Home

Mandaatbesluit eigenaarsrol pSG Ministerie van Justitie en Veiligheid

Geldig van 8 december 2018 tot 12 november 2022
Geldig van 8 december 2018 tot 12 november 2022

Mandaatbesluit eigenaarsrol pSG Ministerie van Justitie en Veiligheid

Opschrift

Aanhef

De secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie en Veiligheid,

Besluit:

Artikel 1

1.

Van het ingevolge artikel 2 van het Mandaatbesluit Ministerie van Justitie en Veiligheid aan de secretaris-generaal verleende mandaat wordt ondermandaat verleend aan de plaatsvervangend secretaris-generaal ten aanzien van de aangelegenheden die de eigenaarsrol betreffende:

  1. de dienst Justitiële informatiedienst;

  2. de baten-lastenagentschappen:

    1. 1°.

      het Centraal Justitieel Incassobureau;

    2. 2°.

      de Dienst JUSTIS;

    3. 3°.

      het Nederlands Forensisch Instituut

  3. de zelfstandige bestuursorganen:

    1. 1°.

      het Instituut Fysieke Veiligheid;

    2. 2°.

      de Onderzoeksraad voor veiligheid;

    3. 3°.

      het Schadefonds Geweldsmisdrijven.

2.

De in het eerste lid genoemde aangelegenheden omvatten in ieder geval de besluiten ten aanzien van benoeming en bezoldiging, verplaatsing, disciplinaire maatregelen en ontslag van hoofden van de taakorganisaties.

Artikel 2

1.

Aan de secretaris-generaal blijft voorbehouden de bevoegdheid om besluiten te nemen, indien deze:

  1. zijn neergelegd in een document, gericht tot:

    1. 1°.

      de Nationale ombudsman, behoudens de afdoening van ontvangstbevestigingen, tussenberichten, waaronder uitstelberichten, en stukken naar aanleiding van verzoeken van de Nationale ombudsman om, ter vermijding van een volledig onderzoek, te bevorderen dat alsnog aan de klacht tegemoet wordt gekomen (interventies);

    2. 2°.

      de president van en de procureur-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden;

  2. worden genomen op grond van:

    1. 1°.
    2. 2°.
    3. 3°.
  3. het verstrekken van reisopdrachten aan functionarissen naar landen buiten Europa alsmede Turkije betreffen.

2.

Aan de secretaris-generaal blijft tevens voorbehouden de bevoegdheid om besluiten te nemen, indien deze:

  1. zijn neergelegd in een document dat betrekking heeft op een verzoek in de zin van de Wet openbaarheid van bestuur, indien inwilliging of afwijzing daarvan belangrijke politieke, bestuurlijke of maatschappelijke gevolgen kan hebben.

Artikel 3

De plaatsvervangend secretaris-generaal wordt gemandateerd als bevoegd gezag in de zin van artikel 4, eerste lid, onderdeel b, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement ten aanzien van de hoofden van de taakorganisaties, bedoeld in artikel 1, onder a en b, onder hun ressorterende ambtenaren.

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6