De minister kan projectsubsidie per kalenderjaar verstrekken aan bevoegde gezagsorganen van scholen ten behoeve van een project in het kader van onderwijstijdverlenging dat wordt uitgevoerd in een samenwerkingsverband.
Subsidieregeling onderwijstijdverlenging basisonderwijs
Subsidieregeling onderwijstijdverlenging basisonderwijs
Opschrift
Aanhef
Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen
Artikel 1. Begripsbepaling
In deze regeling wordt verstaan onder:
minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
school: basisschool als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs die in aanmerking komt voor aanvullende bekostiging voor personeelskosten voor de bestrijding van onderwijsachterstanden als bedoeld in artikel 28, eerste lid, van het Besluit bekostiging WPO;
onderwijstijdverlenging: een verlenging van de effectieve leertijd, waarin de extra tijd benut wordt voor het actief tegengaan van onderpresteren bij leerlingen;
samenwerkingsverband: ten minste drie basisscholen die met ten minste een school voor voortgezet onderwijs en de betreffende gemeente gezamenlijk een project in het kader van onderwijstijdverlenging uitvoeren.
Artikel 2. Te subsidiëren activiteiten
De projectsubsidie wordt met inachtneming van de artikelen 3 tot en met 7 verleend voor projecten die ten doel hebben:
het duurzaam verhogen van leerling-prestaties in het basis- en voortgezet onderwijs door middel van het aanbieden van extra leertijd aan achterstandsleerlingen;
het bewerkstelligen van een betere overgang van achterstandsleerlingen van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs.