Home

Gerechtshof Den Haag, 07-06-2022, ECLI:NL:GHDHA:2022:915, 200.304.814/01

Gerechtshof Den Haag, 07-06-2022, ECLI:NL:GHDHA:2022:915, 200.304.814/01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
7 juni 2022
Datum publicatie
14 juni 2022
Annotator
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2022:915
Formele relaties
Zaaknummer
200.304.814/01

Inhoudsindicatie

Overheidsaanbesteding. Deugdelijkheid van de puntentoekenning.

Uitspraak

Afdeling Civiel recht

Zaaknummer : 200.304.814/01

Zaak- en rolnummer rechtbank : C/09/619926 / KG ZA 21-1029 (ECLI:NL:RBDHA:2021:13970)

inzake

gevestigd in Zeist,

appellante,

hierna te noemen: SIGV,

advocaat: mr. A.J. van Heeswijck te Heerenveen,

tegen

zetelend in Den Haag,

geïntimeerde,

hierna te noemen: de Staat,

advocaat: mr. J.E. Palm te Den Haag,

in welk geding is tussengekomen:

gevestigd in Amsterdam,

tussenkomende partij,

hierna te noemen: Thebigword,

advocaat mr. Ph.W.M. ter Burg te Den Haag.

1. Deze zaak gaat over een aanbesteding voor vertaalopdrachten voor het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak. SIGV heeft op de aanbesteding ingeschreven, maar de opdracht is niet aan haar gegund. Zij is het daar niet mee eens omdat zij vindt dat aan haar ten onrechte een lage score is toegekend. Zij vordert daarom dat de gunningsbeslissing wordt ingetrokken en dat haar inschrijving opnieuw wordt beoordeeld. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van SIGV afgewezen. Het hof wijst de vorderingen in hoger beroep ook af.

Het procesverloop

2.1

Het hof heeft kennis genomen van de volgende stukken:

- de stukken van de procedure bij de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag;

- het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 13 december 2021;

- de appeldagvaarding van 3 januari 2022, met daarin de grieven tegen het vonnis;

- de incidentele memorie tot tussenkomst, subsidiair voeging van Thebigword van 8 februari 2022, met één productie;

- de memorie van antwoord van de Staat in de hoofdzaak van 21 februari 2022;

- de memorie van antwoord in het incident van de Staat, van 22 februari 2022;

- de memorie van antwoord in het incident van SIGV, van 22 februari 2022;

- het arrest van 15 maart 2022 in het incident tot tussenkomst, althans voeging van Thebigword, waarin Thebigword is toegelaten als tussenkomende partij;

- de memorie na tussenkomst van Thebigword van 12 april 2022;

- de akte van SIGV van 26 april 2022, met één productie;

- de antwoordakte van Thebigword van 10 mei 2022;

- de antwoordakte van de Staat van 10 mei 2022.

2.2

Ten slotte is arrest bepaald.

Feitelijke achtergrond

3. Het hof gaat uit van de volgende feiten.

a. De Staat heeft een Europese openbare aanbesteding georganiseerd voor vertaaldienstverlening ten behoeve van het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak (hierna: de aanbesteding). Het gunningscriterium is de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de beste prijs-kwaliteit verhouding. De aanbesteding is onderverdeeld in vier percelen.

In bijlage 8 van het Beschrijvend Document (BD) staan de subgunningscriteria kwaliteit vermeld, te weten “(bij)scholing vertalers”, “Rbtv stimulans” en “kwaliteitsborging”. Het daarbij te behalen maximaal aantal punten/de weging is respectievelijk: 300, 150 en 150 punten. De scoretoekenning staat in een tabel met als scores A tot en met F, met als omschrijving zeer goed/uitstekend (A) tot en met slecht (F) en met een percentage van de maximaal te behalen score van 100% (A) tot en met 0% (F).

Score D is voldoende, het daarbij te behalen percentage van de maximaal te behalen score is 55% en de daarbij behorende omschrijving luidt: “uit de beschrijving volgt dat de (bij het betreffende (sub)gunningcriterium geformuleerde) doelstellingen van de deelnemers worden gehaald, maar de beschrijving nauwelijks of geen meerwaarde (neutraal) voor de deelnemers biedt boven het gestelde in het programma van eisen.”

Score E is matig, het daarbij te behalen percentage van de maximaal te behalen score is 25% en de bijbehorende omschrijving luidt: “uit de beschrijving volgt dat de (bij het betreffende (sub)gunningscriterium geformuleerde) doelstellingen van de deelnemers niet in voldoende mate worden gehaald.”

In het BD is bepaald dat er ondergrenzen gelden, te weten voor alle subgunningscriteria een minimale score van een voldoende oftewel een minimale score van 55% van de punten. Indien de inschrijving op een of meerdere van de subgunningscriteria lager scoort dan dat gestelde minimum, komt de inschrijving niet voor gunning in aanmerking en wordt deze terzijde gelegd.

Ten aanzien van subgunningscriterium 2 “Rbtv stimulans” vermeldt bijlage 8 bij het BD (paragraaf 2.2.2) als doelstelling: “Het OM/ de Rechtspraak wenst uitbreiding van het Rbtv (Register beëdigde tolken en vertalers) in het aantal in het Rbtv opgenomen talen en vertalers per taal zodat er te allen tijde voldoende aanbod is van gekwalificeerde vertalers om te voldoen aan de wettelijke verplichting van het OM/ de Rechtspraak hieromtrent.”

De vraagstelling op dit subgunningscriterium luidt: “Welke bijdrage gaat inschrijver leveren aan de uitbreiding van het Rbtv in aantal talen waarvoor in het Rbtv vertalers zijn opgenomen en in het aantal vertalers in het Rbtv onderscheiden naar taal gelet op de behoefte? Besteed daarbij minimaal aandacht aan de volgende aspecten:

Aantallen talen;

Aantallen vertalers.”

Als toevoeging is daarbij opgenomen: “Uit uw beschrijving, die zoveel als mogelijk SMART is geformuleerd, moet blijken tot welke concrete resultaten de inrichting van uw dienstverlening leidt en hoe u deze resultaten gedurende de looptijd van de overeenkomst blijft garanderen.

i. SIGV heeft op de aanbesteding ingeschreven. Op 11 oktober 2021 heeft de Staat schriftelijk aan SIGV meegedeeld dat hij voornemens is om de raamovereenkomsten voor de vier percelen niet aan SIGV te gunnen, met de vermelding aan wie hij voornemens is de percelen wel te gunnen (hierna: de gunningsbeslissing). De Staat heeft daarbij toegelicht dat bij de beoordeling van de inschrijving van SIGV op het subgunningscriterium kwaliteit voor alle percelen is vastgesteld dat de inschrijving niet een minimale score van een voldoende (55% van het totaal aantal te behalen punten) heeft behaald op subgunningscriterium 2, wat betekent dat de inschrijving voor alle percelen niet in de verdere beoordeling wordt betrokken en niet in aanmerking komt voor gunning. De motivering hiervan, die in een bijlage bij de brief is neergelegd, luidt, voor zover thans relevant:

“Op basis van de beoordelingsmatrix is het beoordelingsteam tot de volgende score gekomen: 55,50 punten (37%) […]

Het beoordelingsteam heeft onderstaand punt positief beoordeeld:

Er is sprake van een plan om Rbtv vertalers te werven door middel van het aanbieden van een leer-werkplek.

Aandachtspunten zijn:

Een concreet plan waarin beschreven wordt hoe en welke bijdrage geleverd gaat worden aan de uitbreiding van het Rbtv in het aantal in het Rbtv opgenomen talen en vertalers per taal, mist.

De talen waarop u zich focust (Arabisch, Farsi en Tigrinya) zijn, gezien de concrete behoefte van het OM/ de Rechtspraak, niet de juiste talen om op te focussen.

De voorgenomen aanpak focust op opleiding van kandidaat-vertalers. Dat biedt echter geen zekerheid dat deze vertalers ook tot het Rbtv worden toegelaten. Het niet benoemen van deze stap heeft het beoordelingsteam als ontoereikend beoordeeld.

Werving van Rbtv vertalers vindt slechts plaats vanuit één kanaal middels een leer-werkplek. Het beoordelingsteam heeft er onvoldoende vertrouwen in dat dit leidt tot voldoende uitbreiding van het aantal in het Rbtv opgenomen talen en vertalers per taal.”

Vorderingen en beslissing van de voorzieningenrechter

4.1

SIGV heeft de Staat in kort geding gedagvaard. SIGV vorderde, zakelijk weergegeven, de Staat te gebieden de gunningsbeslissing in te trekken, de inschrijvingen opnieuw te beoordelen door een nieuw samen te stellen beoordelingscommissie en een nieuwe gunningsbeslissing te nemen, met inachtneming van de geldende opschortende termijn, voor wat betreft deze laatste twee onderdelen voor zover de Staat de opdracht nog wenst te gunnen, met veroordeling van de Staat in de proceskosten.

4.2

De voorzieningenrechter heeft de vorderingen afgewezen.

Vorderingen in hoger beroep en bezwaren tegen het vonnis

Beoordeling door het hof

Beslissing