Gerechtshof Amsterdam, 05-03-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:772, 200.243.424/01
Gerechtshof Amsterdam, 05-03-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:772, 200.243.424/01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 5 maart 2019
- Datum publicatie
- 8 maart 2019
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2019:772
- Zaaknummer
- 200.243.424/01
Inhoudsindicatie
Bezwaar tegen eiswijziging in hoger beroep. Artikel 130 Rv. Instellen vordering tegen gevoegde partij.
Zie ECLI:NL:GHAMS:2020:1337.
Uitspraak
arrest
___________________________________________________________________ _ _
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.243.424/01
zaak-/rolnummer rechtbank Amsterdam : C/13/528337 / HA ZA 12-1257
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 5 maart 2019
inzake:
1 de vereniging VBO MAKELAAR,
gevestigd te Den Haag,
2. [X] ONROEREND GOED B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
3. [appellante], handelende onder de naam [Y] Makelaardij,
wonend te [woonplaats] ,
appellanten,
advocaat: mr. I.W. VerLoren van Themaat te Amsterdam,
tegen
1 FUNDA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. NEDERLANDSE VERENINGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM,
gevestigd te Nieuwegein,
3. BRAINBAY B.V. (voorheen NVM RESEARCH & DEVELOPMENT B.V.),
gevestigd te Nieuwegein,
geïntimeerden,
advocaat: mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam.
Appellanten worden hierna tezamen aangeduid als VBO c.s. en afzonderlijk als VBO, [X] en [Y] . Geïntimeerden worden hierna tezamen aangeduid als Funda c.s. en afzonderlijk als Funda, NVM en Brainbay.
1 Het geding in hoger beroep
VBO c.s. zijn bij dagvaarding van 20 juni 2018 in hoger beroep gekomen van de vonnissen van de rechtbank Amsterdam die op 25 februari 2015 en 21 maart 2018 onder bovengenoemd zaak-/rolnummer zijn gewezen tussen VBO c.s. als eiseressen enerzijds en Funda als gedaagde en NVM als gevoegde partij aan de zijde van Funda anderzijds.
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- incidentele conclusie ex artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), met producties, van VBO c.s.;
- memorie van grieven, tevens eis(grondslag)vermeerdering, met producties, van VBO c.s.;
- memorie houdende bezwaar tegen de eis(grondslag)vermeerdering van Funda c.s.;
- antwoordmemorie van VBO c.s.
Bij rolbeslissing van 23 januari 2019 is de beslissing op het bezwaar tegen de eis(grondslag)vermeerdering (verder: eiswijziging) bepaald op heden.
Funda c.s. hebben bij memorie bezwaar gemaakt tegen de eiswijziging voor zover deze inhoudt dat de vorderingen B, C1 tot en met 3 en D4 tot en met 8 tegen NVM en/of Brainbay worden ingesteld, VBO de vorderingen B en D6 ten behoeve van zichzelf instelt en de subsidiaire vordering onder D4 wordt ingesteld.
Bij antwoordmemorie hebben VBO c.s. geconcludeerd tot verwerping van het bezwaar, met veroordeling van Funda c.s. in de kosten van het bezwaar tegen de eiswijziging.