Home

Beleidsregel werkgeversrapportage onderzoek arbeidsongevallen

Geldig vanaf 14 juni 2024
Geldig vanaf 14 juni 2024

Beleidsregel werkgeversrapportage onderzoek arbeidsongevallen

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 14-06-2024]

Aanhef

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Besluit:

Artikel 1. Instellen onderzoek door werkgever en opstellen werkgeversrapportage

1.

Na de melding bij de toezichthouder van een arbeidsongeval als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet, en een feitenonderzoek door de toezichthouder ter plaatse, wordt de werkgever door de toezichthouder in de gelegenheid gesteld zelf een onderzoek uit te voeren naar de oorzaken van het ongeval en naar aanleiding daarvan een rapportage en verbeterplan in te dienen bij de toezichthouder.

2.

De rapportage en het verbeterplan vormen tezamen de werkgeversrapportage en bevatten een onderzoek naar de directe en de basisoorzaken van het ongeval alsmede concrete maatregelen tot verbetering van de arbeidsomstandigheden teneinde dergelijke ongevallen te voorkomen. De rapportage en het verbeterplan bevatten ten minste de informatie die is opgenomen in de bijlage bij deze beleidsregel.

3.

De werkgeversrapportage wordt binnen 15 werkdagen na het verzoek tot opstellen ervan ter beoordeling aan de toezichthouder gezonden.

4.

Indien de werkgeversrapportage niet binnen 15 werkdagen na het verzoek tot opstellen ervan is ontvangen, zal de toezichthouder de werkgever de gelegenheid bieden de werkgeversrapportage alsnog binnen 10 werkdagen toe te zenden.

5.

Indien een werkgever op grond van het vierde lid in de gelegenheid is gesteld om de werkgeversrapportage alsnog toe te zenden en de werkgeversrapportage niet binnen de daarvoor gestelde termijn is ontvangen, hervat de toezichthouder het ongevalsonderzoek en stelt deze zo nodig een boeterapport op. De werkgever wordt hier per brief van op de hoogte gesteld.

Artikel 2. Beoordeling werkgeversrapportage

1.

Na ontvangst van de werkgeversrapportage, toetst de toezichthouder deze aan de criteria, die nader zijn uitgewerkt in de bijlage bij deze beleidsregel.

2.

Indien de rapportage naar het oordeel van de toezichthouder voldoet aan de criteria, bedoeld in het eerste lid, bevestigt de toezichthouder dit per brief aan de werkgever en wordt het ongevalsonderzoek afgesloten. De ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging en de bij het arbeidsongeval betrokken persoon of personen ontvangen conform artikel 24, vijfde lid, van de Arbeidsomstandighedenwet een afschrift van de brief. De bij het arbeidsongeval betrokken persoon of personen ontvangen daarnaast de werkgeversrapportage.

3.

Indien de werkgeversrapportage binnen de termijn, genoemd in artikel 1, derde lid, is ontvangen, maar naar het oordeel van de toezichthouder niet voldoet aan de criteria, bedoeld in het eerste lid, zal de toezichthouder de werkgever de gelegenheid bieden de werkgeversrapportage binnen 10 werkdagen te wijzigen en opnieuw toe te zenden. Artikel 1, vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.

4.

Indien de werkgever op grond van artikel 1, vierde lid, dan wel het derde lid, in de gelegenheid is gesteld om de werkgeversrapportage alsnog respectievelijk opnieuw toe te zenden en deze binnen de gestelde termijn is ontvangen, maar naar het oordeel van de toezichthouder niet voldoet aan de criteria, bedoeld in het eerste lid, hervat de toezichthouder het ongevalsonderzoek en stelt deze zo nodig een boeterapport op. De werkgever wordt hier per brief van op de hoogte gesteld.

5.

De toezichthouder kan te allen tijde een onderzoek instellen om te beoordelen of de concrete maatregelen tot verbetering van de arbeidsomstandigheden na een arbeidsongeval hebben plaatsgevonden. Indien de verbeteringen niet zijn gerealiseerd kan de toezichthouder handhaven.

Artikel 3. Uitzonderingen onderzoek werkgever en werkgeversrapportage

1.

In afwijking van artikel 1, eerste lid, krijgt een werkgever geen gelegenheid om zelf een onderzoek uit te voeren en een werkgeversrapportage op te stellen indien het een arbeidsongeval betreft waarbij:

  1. het slachtoffer is overleden;

  2. sprake is van een arbeidsongeval in een Seveso-inrichting als bedoeld in het Besluit activiteiten leefomgeving, waarbij een gevaarlijke stof als bedoeld in artikel 4.2, tweede lid, van dat besluit is betrokken;

  3. sprake is van uitzonderlijk ernstig letsel van het slachtoffer;

  4. een minderjarige werknemer slachtoffer is; of

  5. een familielid tot en met de 3e graad van de werkgever slachtoffer is.

2.

In afwijking van artikel 1, eerste lid, kan de toezichthouder ervan afzien de werkgever in de gelegenheid te stellen om zelf een werkgeversrapportage op te stellen, en stelt de toezichthouder zelf een ongevalsonderzoek in, indien:

  1. de historie van arbeidsongevallen en overtredingen bij de werkgever hiertoe aanleiding geeft;

  2. het een arbeidsongeval betreft met grote maatschappelijke impact; of

  3. dit gelet op alle omstandigheden van het geval naar het oordeel van de toezichthouder niet passend is.

Artikel 4. Inwerkingtreding

Artikel 5. Citeertitel

Bijlage bij Beleidsregel werkgeversrapportage onderzoek meldingsplichtige arbeidsongevallen