Home

Vissersvaartuigenbesluit

Geldig vanaf 1 januari 2017
Geldig vanaf 1 januari 2017

Vissersvaartuigenbesluit

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-01-2017]
[Regeling ingetrokken per 11-01-2002]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 15 november 1988, nr. S/J 32.011/88, Directoraat-Generaal Scheepvaart en Maritieme Zaken;

Overwegende dat het wenselijk is de veiligheidsvoorschriften voor vissersvaartuigen in overeenstemming te brengen met de bepalingen van het op 2 april 1977 te Torremolinos tot stand gekomen Internationaal Verdrag voor de beveiliging van vissersvaartuigen, met Bijlage (Trb. 1980, 139);

Gelet op de artikelen 3, 4 bis, 5, 9, 17, 66 en 73 van de Schepenwet (Stb. 1932, 86);

De Raad van State van het Koninkrijk gehoord (advies van 8 maart 1989, nr. W09.88.0652/K);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 juli 1989, nr. S/J 31.209/89, Directoraat-Generaal Scheepvaart en Maritieme Zaken;

De bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Algemene voorzieningen

§ 1. Inleidende bepalingen

Artikel 1. Toepassing

1.

Het bepaalde in dit besluit is van toepassing op vissersvaartuigen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Schepenwet.

2.

Het bepaalde in dit besluit is niet van toepassing op vaartuigen die worden gebezigd voor visserijonderzoek of voor opleiding van zeevarenden ter visserij. Indien echter deze vaartuigen daarbij geheel of gedeeltelijk dienst doen als vissersvaartuig, ongeacht of dit moet worden verondersteld te zijn begrepen onder de werkzaamheden welke verband houden met het onderzoek of de opleiding waarvoor het vaartuig bestemd is, kan het Hoofd van de Scheepvaartinspectie eisen dat ten minste wordt voldaan aan het bepaalde in dit besluit.

3.

Het bepaalde in dit besluit is niet van toepassing op vaartuigen waarmee bedrijfsmatige recreatie wordt uitgeoefend.

4.

Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie kan voor vaartuigen waarvan de lengte minder dan 24 m bedraagt, afwijkende regels stellen, indien naar zijn oordeel de algemene inrichting van die vaartuigen dit rechtvaardigt, rekening houdend met de veiligheid van vaartuigen en opvarenden.

Artikel 2. Omschrijvingen

Artikel 2a. Omhangbepaling

Artikel 3 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 4. Wederzijdse erkenning

Artikel 5. Gevallen van overmacht

Artikel 6. Aanvullende voorschriften

Artikel 7. Vaargebieden

§ 2. Onderzoek

Artikel 8 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 9. Klassebureaus

Artikel 10. Medewerking bij onderzoek

Artikel 11 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 12. Onderzoeken

Artikel 13. Stoom- en damptoestellen

Artikel 14. Onderzoek van de romp aan de buitenzijde

Artikel 15. Verplichte kennisgeving

Artikel 16. Handhaving van de toestand na een onderzoek

Artikel 17. Wijze van handelen bij schade

Artikel 18 [Vervallen per 01-05-1998]

§ 3. Certificaten

Artikel 19 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 20. Aanvragen van certificaten

Artikel 21. Het ter inzage leggen van certificaten

Artikel 22. Certificaat van deugdelijkheid

Artikel 23. Veiligheidscertificaat voor vissersvaartuigen

Artikel 24. Certificaat van ontheffing

Artikel 25 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 26. Het intrekken van certificaten

Hoofdstuk 2. Constructie, waterdichte indeling en uitrusting

§ 1. Constructie en waterdichte indeling

Artikel 27. Constructie

Artikel 28. Waterdichtheid en waterdichte indeling

Artikel 29. Waterdichte deuren

Artikel 30. Uitvoering van waterdichte deuren, terugslagkleppen of afsluiters in pijpdoorvoeringen van waterdichte schotten; mangaten

Artikel 31. Waterdichte afsluitingen

Artikel 32. Openingen in de huid, de dekken, de bovenbouw en de dekhuizen

Artikel 33. Luikopeningen en de afsluiting daarvan door luiken van een ander materiaal dan hout

Artikel 34. Toepassing van houten luiken

Artikel 35. Openingen boven voortstuwingsruimten

Artikel 36. Andere openingen in het dek

Artikel 37. Luchtkokers

Artikel 38. Vul- en luchtpijpen

Artikel 39. Voorzieningen voor peilen

Artikel 40. Patrijspoorten, ramen en vaste lichtranden

Artikel 41. Spuipijpen, inlaat- en uitlaatopeningen

Artikel 42. Waterloospoorten

§ 2. Uitrusting en keuring van materialen

Artikel 43. Uitrusting voor het ankeren en het meren

Artikel 44. Anker- en meergerei

Artikel 45. Het keuren van materialen - algemeen

Artikel 46. Beproevingstoestellen

Artikel 47. Kosten beproeving

Artikel 48. Bijwonen beproeving

Artikel 49. Keuring, keuringseisen, enzovoort

Artikel 50. Keuringsmerk

Artikel 51. Afkeuringsmerk

Artikel 52. Gevallen waarin materialen niet worden gekeurd

Artikel 53. Afkeuring

Artikel 54. Ankers, kenmerken, gewicht

Artikel 55. Beproeving van ankers

Artikel 56. Ankerkettingen

Artikel 57. Beproeving van ankerkettingen

Artikel 58. Tabel, aangevende de te gebruiken belasting bij het beproeven van ankers

Artikel 59. Tabel, aangevende de te gebruiken belasting bij het beproeven van ankerkettingen met dam

Hoofdstuk 3. Stabiliteit en de daarmede verband houdende zeewaardigheid

§ 1. Stabiliteit en de daarmede verband houdende zeewaardigheid

Artikel 60. Algemeen

Artikel 61. Stabiliteitscriteria

Artikel 62. Vervuld raken van visruimen

Artikel 63. Bijzondere vismethoden

Artikel 64. Invloed van de wind

Artikel 65. Water aan dek

Artikel 66. Bedrijfstoestanden

Artikel 67. IJsafzetting

Artikel 68. Hellingproef

Artikel 69. Stabiliteitsgegevens

Artikel 70. Keeschotten

Artikel 71. Boeghoogte

Artikel 72. Maximum toelaatbare diepgang

Artikel 73. Waterdichte indeling en lekstabiliteit

Hoofdstuk 4. Machine-installaties, elektrische installaties en tijdelijk onbemande machinekamers

§ 1. Algemeen

Artikel 74. Algemeen

§ 2. Machine-installaties

Artikel 75. Machine-installaties

Artikel 76. Voortstuwingsvermogen

Artikel 77. Stoom- en damptoestellen, aanzetluchtvaten en andere drukhouders

Artikel 78. Stoomketels, voedingwatersystemen en stoomleidingen

Artikel 79. Stoomafsluiters

Artikel 80. Systemen voor samengeperste lucht

Artikel 81. Communicatie tussen brug, machinekamer, bedieningsplaats hulpstuurinrichting, verblijven van kapitein en hoofdwerktuigkundige

Artikel 82. Bediening van de voortstuwingsinstallatie

Artikel 83. Gebruik van ontvlambare oliën

Artikel 84. Lensinrichting

Artikel 85. Inrichting van lens- en ballastleidingen

Artikel 86. Aftapinrichting

Artikel 87. Uitvoering lens- en ballastleidingen

Artikel 88. Afmetingen lensleidingen

Artikel 89. Lenspompen

Artikel 90. Rechtstreekse zuigpijpen

Artikel 91. Aantal en capaciteit van lenspompen

Artikel 92. Voorzieningen in verband met beschadiging van de lensleiding

Artikel 93. Bescherming tegen geluidhinder

Artikel 94. Stuurinrichtingen en roer

Artikel 95. Alarminstallatie voor werktuigkundigen

Artikel 96. Koelinstallaties, koel- en vriesruimten

§ 3. Elektrische installaties

Artikel 97. Toepassing

Artikel 98. Omschrijvingen

Artikel 99. Toegelaten spanningen

Artikel 100. Materiaal, inrichting en opstelling

Artikel 101. Invloed op instrumenten en maatregelen tegen storing in of veroorzaakt door elektronische navigatie- en communicatie-apparatuur

Artikel 102. Elektrische hoofdkrachtbron

Artikel 103. Installaties voor navigatielantaarns en middelen tot het geven van geluidsseinen

Artikel 104. Installaties in ruimten met explosiegevaar

Artikel 105. Tijdelijke verlichting van gevaarlijke ruimten (elektrische veiligheidslamp)

Artikel 106. Dekwerktuigen

Artikel 107. Vislieren

Artikel 108. Noodbrandbluspompen

Artikel 109. Noodstopinrichtingen

Artikel 110. Elektrische aanzetinrichtingen voor voortstuwingsmotoren

Artikel 111. Telefoons of andere spreekverbindingen

Artikel 112. Elektrische noodkrachtbron aan boord van vaartuigen waarvan de lengte 45 m of meer bedraagt.

Artikel 113. Elektrische noodkrachtbron aan boord van vaartuigen waarvan de lengte minder dan 45 m bedraagt.

Artikel 114. Opstelling accumulatorenbatterijen

Artikel 115. Ventilatie van accuruimten

Artikel 116. Diverse voorschriften betreffende accumulatorenbatterijen

Artikel 117. Algemene voorschriften betreffende schakel- en verdeelinrichtingen

Artikel 118. Plaatsing van schakelaars

Artikel 119. Aanloopinrichtingen voor motoren

Artikel 120. Elektrische verwarmings- en kooktoestellen

Artikel 121. Smeltveiligheden en maximumschakelaars

Artikel 122. Meet- en controletoestellen

Artikel 123. Draagbare isolatiemeters en spanningaanwijzers

Artikel 124. Algemene eisen voor verlichtingsarmaturen en lampen

Artikel 125. Lampengroepen

Artikel 126. Handlampen

Artikel 127. Verlichting ter controle van de vullings in ruimten voor machines en ketelruimen

Artikel 128. Beveiliging en belasting van elektrische leidingen

Artikel 129. Soort en aanleg van elektrische leidingen

Artikel 130. Kabeldoorvoeringen door schotten of dekken

Artikel 131. Voorschriften in verband met het gebruik van het casco van het vaartuig als terugleider

Artikel 132. Voorzorgsmaatregelen tegen gevaren van elektrische oorsprong

§ 4. Tijdelijk onbemande machinekamers

Artikel 133. Brandbeveiliging

Artikel 134. Beveiliging tegen vervuld raken

Artikel 135. Verbindingen

Artikel 136. Alarminstallatie

Artikel 137. Bijzondere voorschriften voor machine- en ketelinstallaties en elektrische installaties

Artikel 138. Veiligheidssysteem

Hoofdstuk 5. Bescherming tegen, opsporing en bestrijding van brand

§ 1. Brandbescherming voor vaartuigen waarvan de lengte 55 m of meer bedraagt

Artikel 139. Algemeen

Artikel 140. Constructie

Artikel 141. Schotten binnen ruimten voor accommodatie en dienstruimten

Artikel 142. Bescherming van trappen en liftschachten in ruimten voor accommodatie, dienstruimten en controlestations

Artikel 143. Deuren in brandwerende schotten

Artikel 144. Brandwerendheid van schotten en dekken

Artikel 145. Constructiedetails

Artikel 146. Ventilatiesystemen

Artikel 147. Verwarmingsinstallaties

Artikel 148. Diversen

Artikel 149. Gasflessen en bijbehorende installaties, alsmede opslag van gevaarlijke materialen

Artikel 150. Voorzieningen voor ontsnapping

Artikel 151. Automatische sprinkler-, brandalarm- en brandontdekkingsinstallaties (methode II F)

Artikel 152. Automatische brandalarm- en brandontdekkingsinstallaties (methode III F)

Artikel 153. Vast aangebrachte brandblusinstallaties voor laadruimten die bestemd zijn voor ladingen die in hoge mate brandgevaarlijk zijn

Artikel 154. Brandbluspompen

Artikel 155. Hoofdbrandblusleidingen

Artikel 156. Brandkranen, brandslangen en straalpijpen

Artikel 157. Brandblustoestellen

Artikel 158. Draagbare brandblustoestellen in controlestations, ruimten voor accommodatie en dienstruimten

Artikel 159. Brandblusvoorzieningen in ruimten voor machines

Artikel 160. Bijzondere voorzieningen in ruimten voor machines

Artikel 161. Internationale walaansluiting

Artikel 162. Brandweeruitrustingen

Artikel 163. Samenstelling brandweeruitrusting

Artikel 164. Brandbeveiligingsplan

Artikel 165. Uitvoering brandbeveiligingsplan

Artikel 166. Onmiddellijke beschikbaarheid van brandbestrijdingsmiddelen

Artikel 167. Toelating van vervangende middelen

Artikel 168. Niet voorgeschreven vast aangebrachte brandblusinstallaties

§ 2. Brandbescherming voor vaartuigen, waarvan de lengte minder dan 55 m bedraagt

Artikel 169. Algemeen

Artikel 170. Constructieve brandbeveiliging

Artikel 171. Ventilatiesystemen

Artikel 172. Verwarmingsinstallaties

Artikel 173. Diversen

Artikel 174. Gasflessen en bijbehorende installaties, alsmede opslag van gevaarlijke materialen

Artikel 175. Voorzieningen voor ontsnapping

Artikel 176. Automatische brandalarm- en brandontdekkingsinstallaties

Artikel 177. Brandbluspompen

Artikel 178. Hoofdbrandblusleiding

Artikel 179. Brandkranen, brandslangen en straalpijpen

Artikel 180. Brandblustoestellen

Artikel 181. Draagbare brandblustoestellen in controlestations, ruimten voor accommodatie en dienstruimten

Artikel 182. Brandblusvoorzieningen in ruimten voor machines

Artikel 183. Brandweeruitrusting

Artikel 184. Brandbeveiligingsplan

Artikel 185. Onmiddellijke beschikbaarheid van brandbestrijdingsmiddelen

Artikel 186. Toelating van vervangende middelen

Artikel 187. Niet voorgeschreven vast aangebrachte brandblusinstallaties

Hoofdstuk 6. Voorzieningen voor de bemanning

§ 1. Bescherming van de bemanning

Artikel 188. Bescherming van de bemanning

Artikel 189. Dekopeningen

Artikel 190. Verschansingen, relingen en beveiligingsmiddelen

Artikel 191. Trappen en ladders

Artikel 192. Toegangen, uitgangen en liften

§ 2. Verblijven van de bemanning

Artikel 193. Verblijven van de bemanning

Artikel 193a

Artikel 193b

Hoofdstuk 7. Reddingmiddelen en -voorzieningen en veiligheidsmiddelen

§ 1. Algemeen

Artikel 194. Gesleepte vaartuigen

Artikel 195. Beoordeling, beproeving en keuring van reddingmiddelen en -voorzieningen

Artikel 196. Produktiecontrole

§ 2. Bepalingen ten aanzien van het vaartuig

Artikel 197. Communicatiemiddelen

Artikel 198. Persoonlijke reddingmiddelen

Artikel 199. Groepsreddingmiddelen en hulpverleningsboten

Artikel 200. Bedieningsaanwijzingen

Artikel 201. Bezetting van groepsreddingmiddelen en het toezicht daarop

Artikel 202. Verzamel- en inschepingsvoorzieningen

Artikel 203. Tewaterlatingsplaatsen

Artikel 204. Plaatsing van groepsreddingmiddelen

Artikel 205. Plaatsing van hulpverleningsboten

Artikel 206. Voorzieningen voor tewaterlating en terugzetten van groepsreddingmiddelen

Artikel 207. Voorzieningen voor inscheping, tewaterlating en terugzetten van hulpverleningsboten

Artikel 208. Lijnwerptoestellen

Artikel 209. Gereedheid voor gebruik, onderhoud en inspecties

§ 3. Bepalingen ten aanzien van reddingmiddelen en -voorzieningen

Artikel 210. Algemene eisen voor reddingmiddelen en -voorzieningen

Artikel 211. Reddingboeien

Artikel 212. Reddinggordels

Artikel 213. Overlevingspakken

Artikel 214. Hulpmiddelen tegen warmteverlies

Artikel 215. Valschermsignalen

Artikel 216. Handstakellichten

Artikel 217. Drijvende rooksignalen

Artikel 218. Algemene eisen voor reddingvlotten

Artikel 219. Automatisch opblaasbare reddingvlotten

Artikel 220. Vaste reddingvlotten

Artikel 221. Algemene eisen voor reddingboten

Artikel 222. Geheel overdekte reddingboten

Artikel 223. Hulpverleningsboten

Artikel 224. Tewaterlatings- en inschepingsmiddelen

Artikel 225. Lijnwerptoestellen

Artikel 226. Instructies voor onderhoud aan boord

§ 4. Veiligheidsmiddelen

Artikel 227. Loodsladders

Artikel 228. Veiligheidslampen

Artikel 229. Voor het visserijbedrijf bestemde voorzieningen

Artikel 230. Hefwerktuigen

Artikel 231. Medische uitrusting aan boord

Artikel 232. Bewaren van de medische uitrusting

Artikel 233. Gescheiden bewaren van geneesmiddelen en antidota van verplegingsartikelen

Artikel 234. Nummering, afschrift lijst, benamingen

Artikel 235. Levering van geneesmiddelen en antidota

Artikel 236. Aanvullende geneesmiddelen, verplegingsartikelen en antidota

Artikel 237. Geneeskundig handboek

Artikel 238 [Vervallen per 01-02-2002]

Hoofdstuk 8. Optreden in noodsituaties

§ 1. Intern optreden in noodsituaties

Artikel 239. Communicatie aan boord en alarminstallaties

Artikel 240. Alarmrol en instructies voor noodgevallen

Artikel 241. Appèls en oefeningen

Artikel 242. Opleiding en instructie voor het optreden in noodsituaties

Artikel 243. Aantekening in het scheepsdagboek

Artikel 244. Veiligheidsplan

§ 2. Procedures met betrekking tot nood-, spoed- en veiligheidsberichten

Artikel 245. Alarm-, nood- en spoedseinen

Artikel 246. Procedures met betrekking tot noodberichten

Artikel 247. Veiligheidsseinen en berichten omtrent gevaren

§ 3. Routering van vaartuigen

Artikel 248. Routering van vaartuigen

Hoofdstuk 9. Radio

§ 1. Algemeen, stations

Artikel 249. Omschrijvingen

Artikel 250. Radiotelegraafstation

Artikel 251. Radiotelefoonstation

Artikel 252. VHF radiotelefonie-installatie

Artikel 253. Vrijstellingen

§ 2. Luisterdienst

Artikel 254. Luisterdienst radiotelegrafie

Artikel 255. Luisterdienst radiotelefonie

Artikel 256. Luisterdienst VHF radiotelefonie

§ 3. Installaties

Artikel 257. Radiotelegraafstations

Artikel 258. Radiotelegrafie-installaties

Artikel 259. Radiotelegrafie-auto-alarmtoestellen

Artikel 260. Richtingzoekers

Artikel 261. Radiotelegrafie-installaties voor reddingboten

Artikel 262. Draagbare radiotoestellen voor groepsreddingmiddelen

Artikel 263. Noodradiobakens voor groepsreddingmiddelen

Artikel 264. Periodieke keuring van noodradiobakens

Artikel 265. Portofoon voor groepsreddingmiddelen

Artikel 266. Radiotelefoonstations

Artikel 267. Radiotelefonie-installaties

Artikel 268. VHF radiotelefonie-installatie

Artikel 269. Reserve-onderdelen

§ 4. Radiodagboeken

Artikel 270. Dagboek bestemd voor radiotelegrafie

Artikel 271. Model van het dagboek bestemd voor radiotelegrafie

Artikel 272. Dagboek bestemd voor radiotelefonie

Artikel 273. Model van het dagboek bestemd voor radiotelefonie

Artikel 274. Dagboek bestemd voor VHF radiotelefonie

Hoofdstuk 10. Hulpmiddelen bij de navigatie

§ 1. Hulpmiddelen bij de navigatie

Artikel 275. Vrijstellingen

Artikel 276. De brug van een vaartuig

Artikel 277. Kompassen

Artikel 278. Middelen voor dieptemeting

Artikel 279. Radarinstallaties

Artikel 280. Nautische instrumenten

Artikel 281. Zeekaarten, nautische publikaties, enzovoort

Artikel 282. Uitrusting voor het geven van seinen

Artikel 283. Richtingzoekers

Artikel 284. Log

Artikel 285. Hulpmiddelen ter voorkoming van aanvaringen

Hoofdstuk 11. Niet voorgeschreven uitrusting

§ 1. Niet voorgeschreven uitrusting

Artikel 286. Niet voorgeschreven uitrusting

Hoofdstuk 12. Vervallen

Artikel 287 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 287a [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 288 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 289 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 290 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 291 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 292 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 293 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 294 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 295 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 296 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 297 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 298 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 299 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 300 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 301 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 302 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 303 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 304 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 305 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 306 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 307 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 308 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 309 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 310 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 311 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 312 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 313 [Vervallen per 01-02-2002]

Artikel 314 [Vervallen per 01-05-1998]

Hoofdstuk 13. Vervoer van personen en lading

§ 1. Vervoer van personen

Artikel 315. Vervoer van personen

§ 2. Vervoer van lading

Artikel 316. Algemene eisen

Artikel 317. Gevaarlijke stoffen

Artikel 318. Deklading

Hoofdstuk 14. Verplichtingen van de kapitein en van de eigenaar

§ 1. Verplichtingen van de kapitein

Artikel 319. Diepgang van het vaartuig

Artikel 320. Sterkte en stabiliteit

Artikel 321. Peilen

Artikel 322. Reddingmiddelen en -voorzieningen

Artikel 323. Alarmrol en instructies voor noodgevallen

Artikel 324. Veiligheidsplan, brandbeveiligingsplan of brandbeveiligingsboekje

Artikel 325. Appèls en oefeningen, opleiding en instructie

Artikel 326. Voorzorgsmaatregelen tegen brand

Artikel 327. Sluiten van waterdichte deuren, enzovoort

Artikel 328. Gebruik beschermende uitrusting

Artikel 329. Elektrische inrichtingen

Artikel 330. Besturing van het vaartuig

Artikel 331. Kompassen

Artikel 332. Manoeuvreereigenschappen en stopwegen

Artikel 333. Richtingzoekers

Artikel 334. Luisterdienst

Artikel 335. Elektronische navigatiemiddelen

Artikel 336. Bemanning

Artikel 337. Voeding en drinkwater

Artikel 338. Vervoer van lading

Artikel 339. Alarm-, nood- en spoedseinen

Artikel 340. Verplichtingen en procedure aangaande noodberichten

Artikel 341. Veiligheidsseinen en berichten omtrent gevaren

Artikel 342. Routering van vaartuigen

Artikel 343. Dagboeken

Artikel 344. Radiodagboek

Artikel 345. Loodsladders

Artikel 346. Verplichte boekwerken

§ 2. Verplichtingen van de eigenaar

Artikel 347. Onderzoek van de romp aan de buitenzijde

Artikel 348. Het verschaffen van de nodige middelen

Artikel 348a. Veiligheid en gezondheid van de bemanning

Artikel 349. Kennisgeving van onderzoek van de romp aan de buitenzijde en herstellingen

Hoofdstuk 15. Bijzondere voorschriften in tijden van oorlog, oorlogsgevaar en daaraan verwante of daarmede verband houdende buitengewone omstandigheden

§ 1. Bijzondere voorschriften in tijden van oorlog, oorlogsgevaar en daaraan verwante of daarmede verband houdende buitengewone omstandigheden

Artikel 350. Bijzondere voorschriften

§ 2. Verplichtingen van de kapitein

Artikel 351. Bijzondere voorschriften

Artikel 352. Marinebescheiden

Hoofdstuk 16. Strafbepaling

§ 1. Strafbepalingen ten aanzien van de kapitein

Artikel 353. Niet nakoming van het bepaalde in artikel 322

Artikel 354 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 355 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 356 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 357 [Vervallen per 01-05-1998]

§ 2

Artikel 358 [Vervallen per 01-05-1998]

Artikel 359 [Vervallen per 01-05-1998]

§ 3

Artikel 360 [Vervallen per 01-05-1998]

Hoofdstuk 17. Overgangsbepalingen

§ 1. Overgangsbepalingen

Artikel 361. Constructie, inrichting en uitrusting

Hoofdstuk 18. Slotbepalingen

§ 1. Slotbepalingen

Artikel 362

Artikel 362a. Publicatie van ministeriële regelingen

Artikel 363. Citeertitel

Inhoud Vissersvaartuigenbesluit