Home

Noodwet financieel verkeer

Geldig vanaf 1 november 2007
Geldig vanaf 1 november 2007

Noodwet financieel verkeer

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-11-2007]

Aanhef

Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regelen te stellen inzake voorzieningen op het gebied van het financiële verkeer in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

Artikel 1

Voor de toepassing van het bij en krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder:

  1. Onze Minister: Onze Minister van Financiën;

  2. de Bank: De Nederlandsche Bank N.V.;

  3. banken: alle ondernemingen en instellingen, tot wier bedrijf behoort het ter beschikking stellen of houden van gelden ten behoeve van derden, met uitzondering van de Bank; in geval van twijfel of een onderneming of instelling als bank in de zin van deze wet moet worden beschouwd, beslist Onze Minister;

  4. [Vervallen.]

  5. noodgeld: betaalmiddelen, welke van overheidswege in omloop worden gebracht ter vervanging van ’s Rijks munten;

  6. hulpgeld: penningen, bonnen, zegels en dergelijke, welke door anderen dan de overheid of de Bank in buitengewone omstandigheden in omloop worden gebracht of als betaalmiddel worden gebruikt;

  7. schadeloosstelling:

    1. de schadeloosstelling of vergoeding wegens vordering in eigendom van onroerende en roerende zaken, dan wel wegens wegruiming krachtens artikel 16 van de Oorlogswet voor Nederland;

    2. de schadeloosstelling wegens onteigening;

    3. de vergoeding ter verkrijging bij minnelijke regeling van te onteigenen of te vorderen onroerende en roerende zaken;

    4. de vergoeding of verzekeringsuitkering wegens tenietgaan, verlies of beschadiging van onroerende en roerende zaken;

    5. de uitkering uit hoofde van een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering voor of in verband met schade aan onroerende en roerende zaken;

  8. overeenkomst van levensverzekering: een overeenkomst van levensverzekering als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, gesloten door een levensverzekeraar waarop die wet van toepassing is;

  9. overeenkomst van schadeverzekering: een overeenkomst van schadeverzekering als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, gesloten door een schadeverzekeraar waarop die wet van toepassing is;

  10. overeenkomst van natura-uitvaartverzekering: een overeenkomst van natura-uitvaartverzekering als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, gesloten door een natura-uitvaartverzekeraar waarop die wet van toepassing is;

  11. beheerder: een rechtspersoon die het beheer voert over een of meer beleggingsinstellingen;

  12. gereglementeerde markt: een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht of een met een gereglementeerde markt vergelijkbaar systeem uit een staat die geen lidstaat is.

Artikel 2

1.

Onverminderd de artikelen 7, eerste lid, en 8, eerste lid, van de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden kunnen, ingeval buitengewone omstandigheden dit noodzakelijk maken, bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze Minister-President, de artikelen 3 tot en met 32 gezamenlijk of afzonderlijk in werking worden gesteld.

2.

Wanneer het in het eerste lid bedoelde besluit is genomen, wordt onverwijld een voorstel van wet aan de Tweede Kamer gezonden omtrent het voortduren van de werking van de bij dat besluit in werking gestelde bepalingen.

3.

Wordt het voorstel van wet door de Staten-Generaal verworpen, dan worden bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze Minister-President, de bepalingen die ingevolge het eerste lid in werking zijn gesteld, onverwijld buiten werking gesteld.

4.

Bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze Minister-President, worden bepalingen die ingevolge het eerste lid in werking zijn gesteld,buiten werking gesteld, zodra de omstandigheden dit naar Ons oordeel toelaten.

5.

Het besluit, bedoeld in het eerste, derde en vierde lid, wordt op de daarin te bepalen wijze bekendgemaakt. Het treedt in werking terstond na de bekendmaking.

6.

Het besluit, bedoeld in het eerste, derde en vierde lid, wordt in ieder geval geplaatst in het Staatsblad.

Hoofdstuk II. Kredietbeperking

Artikel 3 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk III. Bankenmoratorium

Artikel 4 [Nog niet in werking]

Artikel 5 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk IV. Rentevaststelling

Artikel 6 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk V. Noodgeld

Artikel 7 [Nog niet in werking]

Artikel 8 [Nog niet in werking]

Artikel 9 [Nog niet in werking]

Artikel 10 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk VI. Bescherming geldcirculatie

Artikel 11 [Nog niet in werking]

Artikel 12 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk VII. Giraal betalingsverkeer

Artikel 13 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk VIII. Bepalingen inzake de bank

Artikel 14 [Nog niet in werking]

Artikel 15 [Vervallen per 01-06-1998]

Artikel 16 [Vervallen per 01-06-1998]

Hoofdstuk IX. Moratorium levensverzekeringsondernemingen, pensioen- en spaarfondsen en beleggingsinstellingen

Artikel 17 [Nog niet in werking]

Artikel 18 [Nog niet in werking]

Artikel 18a [Nog niet in werking]

Hoofdstuk IXA. Korting op dekking terrorismerisico door verzekeringsondernemingen

Artikel 18b

Artikel 18c

Artikel 18d

Hoofdstuk X. Dekking oorlogsrisico door levensverzekeringsondernemingen, pensioen- en spaarfondsen

Artikel 19 [Nog niet in werking]

Artikel 20 [Nog niet in werking]

Artikel 21 [Nog niet in werking]

Artikel 22 [Nog niet in werking]

Artikel 23 [Nog niet in werking]

Artikel 24 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk Xa. Bepalingen inzake de effectenbeurzen

Artikel 24a [Nog niet in werking]

Hoofdstuk XI. Betaling schadeloosstellingen

Artikel 25 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk XII. Financieel verkeer met het buitenland

Artikel 26 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk XIII. Bepalingen van bijzondere aard

Artikel 27 [Nog niet in werking]

Artikel 28 [Nog niet in werking]

Artikel 29 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 30 [Nog niet in werking]

Artikel 31 [Nog niet in werking]

Artikel 32 [Nog niet in werking]

Artikel 33

Artikel 34

Artikel 35

Hoofdstuk XIV. Slotbepalingen

Artikel 36

Artikel 37

Artikel 38

Artikel 39