Home

Warenwet

Geldig van 26 juli 1995 tot 21 februari 1997
Geldig van 26 juli 1995 tot 21 februari 1997

Warenwet

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 26-07-1995 tot 21-02-1997]

Aanhef

Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten:

Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is in verband met de huidige omstandigheden gewijzigde wettelijke voorschriften vast te stellen ter bevordering van de goede hoedanigheid van waren, en regelen vast te stellen betreffende de aanduiding van waren;

Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

1.

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

waren: eetwaren, waaronder tevens worden begrepen kauwpreparaten, andere dan van tabak, en drinkwaren, alsmede andere roerende zaken;

verhandelen: het te koop aanbieden, uitstallen, verkopen, afleveren of voorhanden of in voorraad hebben van een waar;

Onze Minister: Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur.

2.

Deze wet is niet van toepassing ten aanzien van hetgeen geschiedt in de sfeer van de particuliere huishouding of van een daarmee bij algemene maatregel van bestuur gelijkgestelde andere huishouding.

3.

Deze wet is ten aanzien van het voorhanden of in voorraad hebben van een waar niet van toepassing indien aannemelijk kan worden gemaakt dat de waar niet voor aflevering bestemd is. Voorts is deze wet ten aanzien van het afleveren van een waar niet van toepassing indien aannemelijk kan worden gemaakt dat het afleveren geschiedt ter vernietiging van de waar of om de waar in overeenstemming te brengen met regels, bij of krachtens deze wet met betrekking tot die waar gesteld.

4.

Bij algemene maatregel van bestuur gestelde regels kunnen een beperking inhouden tot daarbij omschreven categorieën van gevallen. Met betrekking tot het verhandelen van waren kunnen zij eveneens een beperking inhouden tot een of meer der in het eerste lid als verhandelen aangemerkte handelingen.

5.

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen voorts bij of krachtens deze wet gestelde regels, bij de maatregel aangegeven, ten aanzien van waren, behorende tot een bij de maatregel aangewezen categorie, of voor bij de maatregel omschreven categorieën van gevallen geheel of gedeeltelijk buiten toepassing worden verklaard.

Artikel 2

In geval van oorlog of oorlogsgevaar kan bij koninklijk besluit worden bepaald dat Onze Minister van Defensie gebieden kan aanwijzen, waarin deze wet niet van toepassing is op voor militair gebruik bestemde waren.

Artikel 3

In het belang van de volksgezondheid, van de veiligheid, van de eerlijkheid in de handel of van goede voorlichting omtrent waren kunnen met betrekking tot waren regels worden gesteld op de voet van het in de artikelen 4 tot en met 9 bepaalde.

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 15

Artikel 16

Artikel 17

Artikel 18

Artikel 19

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22

Artikel 23

Artikel 24

Artikel 25

Artikel 26

Artikel 27

Artikel 28

Artikel 29

Artikel 30

Artikel 31

Artikel 32

Artikel 33 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 34

Artikel 35 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 36

Artikel 37