Van Gennip: Hybride werken is ‘here to stay’

Van Gennip: Hybride werken is ‘here to stay’

Gegevens

Publicatiedatum
5 april 2024
Auteur
Redactie
Rubriek
Nieuws

BELEID – Hybride werken is ‘here to stay’ en is een onlosmakelijk onderdeel van de future of work, schrijft minister Van Gennip (SZW) donderdag 28 maart in een Kamerbrief over de trends en agenda van de toekomst van hybride werken in Nederland.

Cijfers

In 2022 werkte bijna de helft van de werknemers (45%) soms of meestal thuis. Tussen 2014 en 2019 werkten thuiswerkers gemiddeld 6 uur per week thuis. In 2020, tijdens de coronapandemie, nam dit toe naar gemiddeld 19,4 uur. Na de pandemie nam dit af tot gemiddeld 17 uur in 2021 en gemiddeld 11 uur in 2022.

Van de werknemers tussen 25 en 55 jaar geeft meer dan de helft (54%) aan soms of meestal thuis te werken. Jongeren tussen 15 en 25 jaar werken het minste thuis (15%). Daartussenin zitten werknemers tussen de 55 en 64 jaar (43,5%) en tussen de 65 en 75 jaar (36,1%).

Werknemers met een hbo- of wo-opleiding geven vaker aan soms of meestal thuis te werken (73%) dan werkenden met een mbo- of havo-opleiding (33,5%) of met een vbo-opleiding (13,1%).

Ook tussen sectoren zijn duidelijke verschillen te zien in het aantal werknemers dat aangeeft soms of meestal thuis te werken, schrijft Van Gennip. In het vervoer en opslag (24,1%), de landbouw en visserij (21,1%) en de horeca (10,5%) geven werkenden dit het minste aan. In de financiële dienstverlening (91,2%), ICT (87,3%) en het openbaar bestuur (79,1%) gebeurt dat het meest.

Digitalisering, globalisering en verduurzaming bepalen in hoge mate hoe we in de toekomst zullen werken, hybride werken zal hier een onlosmakelijk onderdeel van zijn, aldus de minister.

Gezondheid

Uit onderzoek door TNO en de Arbeidsinspectie blijkt dat qua gezondheid voor thuiswerkers in de periode na de pandemie geen grotere of andere arbeidsrisico’s bestaan dan daarvoor. Het verzuimpercentage is in alle groepen thuiswerkers zelfs ietwat afgenomen. Wel blijft het beweeg- en zitgedrag van thuiswerkers en hybride werkers een aandachtspunt, evenals de tijd die zij achter een beeldscherm doorbrengen, aldus Van Gennip. Het kabinet zal onderzoeken of er arbovoorzieningen voor hybride werken nodig zijn waarvoor momenteel nog geen vrijstelling bestaat binnen de werkkostenregeling (WKR).

Regelgeving

In de Europese Unie wordt gewerkt aan een revisie van de richtlijn over gezond en veilig beeldschermwerk. Deze revisie zal naar verwachting ook gaan over hybride werken. Het is nog niet bekend wanneer de revisie wordt voltooid.

Verder verwacht de minister dat de Europese Commissie dit jaar een voorstel over telewerk en het recht op onbereikbaarheid bij de Raad en het Europees Parlement zal indienen. Na publicatie van het voorstel zal het kabinet haar inzet bepalen middels een BNC-fiche.

Werkstress

Hybride werken kan leiden tot werkstress. De Arbeidsinspectie kijkt bij inspecties vooral naar het beleid van de werkgever en hoe de werkgever in de praktijk daar uitvoering aan geeft. Zo toetsen inspecteurs in sectoren waarin veel wordt thuisgewerkt of de RI&E aandacht besteedt aan thuiswerken. De Arbeidsinspectie zal de arbeidsrisico’s rond hybride werken blijven monitoren, aldus de minister.

Lees meer: Rijksoverheid