Home

Raad van State, 30-09-2015, ECLI:NL:RVS:2015:3059, 201504576/1/R4 en 201504582/1/R4

Raad van State, 30-09-2015, ECLI:NL:RVS:2015:3059, 201504576/1/R4 en 201504582/1/R4

Gegevens

Instantie
Raad van State
Datum uitspraak
30 september 2015
Datum publicatie
30 september 2015
Annotator
ECLI
ECLI:NL:RVS:2015:3059
Formele relaties
Zaaknummer
201504576/1/R4 en 201504582/1/R4

Inhoudsindicatie

Bij uitspraken van 13 mei 2015 in zaken nrs. 201308222/1/R4 en 201307872/1/R4 heeft de Afdeling de beroepen van [verzoekster] ongegrond verklaard.

Uitspraak

201504576/1/R4 en 201504582/1/R4.

Datum uitspraak: 30 september 2015

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op de verzoeken van:

[verzoekster], wonend te Lexmond, gemeente Zederik,

verzoekster,

om herziening (artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van de uitspraken van de Afdeling van 13 mei 2015 in zaken nrs. 201308222/1/R4 en 201307872/1/R4.

Procesverloop

Bij uitspraken van 13 mei 2015 in zaken nrs. 201308222/1/R4 en 201307872/1/R4 heeft de Afdeling de beroepen van [verzoekster] ongegrond verklaard.

[verzoekster] heeft de Afdeling bij brieven verzocht die uitspraken te herzien.

De zaken zijn door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.

De Afdeling heeft de verzoeken ter zitting behandeld op 17 september 2015, waar [verzoekster] is verschenen.

Overwegingen

1. Ingevolge artikel 8:119, eerste lid, van de Awb kan de Afdeling op verzoek van een partij een onherroepelijk geworden uitspraak herzien op grond van feiten en omstandigheden die:

a. hebben plaatsgevonden vóór de uitspraak,

b. bij de indiener van het verzoekschrift vóór de uitspraak niet bekend waren en redelijkerwijs niet bekend konden zijn, en

c. waren zij bij de Afdeling eerder bekend geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben kunnen leiden.

2. Bij de beoordeling van een herzieningsverzoek is uitsluitend van belang of feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 8:119, eerste lid, van de Awb zijn gesteld. Het bijzondere rechtsmiddel herziening dient er niet toe om het geschil waarover bij uitspraak is beslist opnieuw aan de rechter voor te leggen. Ook is dit rechtsmiddel niet bedoeld om een partij de gelegenheid te bieden om argumenten die in een eerdere procedure naar voren zijn gebracht, of naar voren hadden kunnen worden gebracht, opnieuw onderscheidenlijk alsnog naar voren te brengen en aldus het debat te heropenen nadat is gebleken dat de aangevoerde feiten en omstandigheden niet tot het gewenste resultaat hebben geleid.

3. [verzoekster] richt zich, kort gezegd, tegen de vaststelling van de bestemmingsplannen "Kernen" en "Buitengebied Zederik", alsmede tegen de beëindiging van de daartegen ingestelde beroepsprocedures.

4. In hetgeen [verzoekster] in haar verzoekschriften heeft aangevoerd, ziet de Afdeling geen feiten en omstandigheden gelegen als bedoeld in artikel 8:119, eerste lid, van de Awb. Zulke feiten en omstandigheden zijn niet gelegen in de gestelde illegale demping van de watergangen nabij haar perceel op het adres Achthoven 3 te Lexmond of het bezwaar tegen de, naar gesteld, aan haar perceel toegekende gebiedsaanduiding "wro-zone wijzigingsgebied 1" en evenmin in de stelling dat [verzoekster] onvoldoende is gehoord in het kader van voormelde procedures.

5. Gelet op het voorgaande dienen de verzoeken te worden afgewezen.

6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijst de verzoeken af.

Aldus vastgesteld door mr. W.D.M. van Diepenbeek, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A. Wijker-Dekker, griffier.

w.g. Van Diepenbeek w.g. Wijker-Dekker

lid van de enkelvoudige kamer griffier

Uitgesproken in het openbaar op 30 september 2015

562.