Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-09-2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:5799, 20-4479

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-09-2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:5799, 20-4479

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
21 september 2022
Datum publicatie
25 oktober 2022
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2022:5799
Zaaknummer
20-4479

Inhoudsindicatie

Getuigenbewijs na bewijsopdracht, ontbinding koopovereenkomst, klachtplicht.

Uitspraak

Cluster I Civiele kantonzaken

Zittingsplaats: Bergen op Zoom

Zaak/rolnummer: 8923757 \ CV EXPL 20-4479

vonnis van 21 september 2022

in de zaak van:

[eiser] ,

wonende te [woonplaats] ,

eiser,

gemachtigde: mr. T.H.J. van Beek

tegen:

de commanditaire vennootschap MPG OCCASIONS,

gevestigd te Etten-Leur,

gedaagde,

procederend in persoon door haar vennoot [vennoot] .

Partijen worden hierna [eiser] en MPG genoemd.

1 Het verdere verloop van de procedure

Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:

- het tussenvonnis van 29 december 2021;

- de brief ingekomen op 10 januari 2022 zijdens [eiser] met bijlage;

- het proces-verbaal van het getuigenverhoor van 15 juli 2022;

- de conclusie na enquête zijdens [eiser] ;

- de brief ingekomen op 23 augustus 2022 zijdens MPG.

2 De verdere beoordeling

2.1.

De kantonrechter verwijst naar en neemt over hetgeen is overwogen in het tussenvonnis van 29 december 2021 (hierna: het tussenvonnis).

Bewijsopdracht

2.2.

Aan [eiser] is opgedragen te bewijzen dat:

  1. de op 27 januari 2020 geleverde scooter met kenteken [kenteken] de volgende gebreken vertoonden: de scooter ‘haperde’, waardoor hij niet soepel en constant reed, net alsof de stroomtoevoer telkens werd onderbroken, en

  2. dat die gebreken zich binnen zes maanden na 27 januari 2020 hebben voorgedaan.

2.3.

Van de zijde van [eiser] zijn twee getuigen gehoord: [eiser] zelf en de heer [getuige] , beheerder van het park waar [eiser] woonachtig is. Nu [eiser] partijgetuige is, kan zijn verklaring ten aanzien van de aan hem verstrekte bewijsopdracht alleen tot bewijs dienen in aanvulling op ander bewijs.

Getuigenbewijs punt a bewijsopdracht

2.4.

Naar het oordeel van de kantonrechter is [eiser] erin geslaagd het hem opgedragen bewijs te leveren. De kantonrechter haalt in dat verband allereerst de verklaring van [getuige] aan:

…‘Ik verklaar verder dat ik de heer [eiser] drie keer met mijn bus heb opgehaald, omdat zijn scooter kapot was. De eerste keer moet geweest zijn in het najaar van 2019 op het Raadhuisplein in Zundert. Het ging toen om een rode scooter. De tweede en derde keer was volgens mij een paar weken later om en nabij de Molenstraat in Zundert. Het ging toen om een zwarte scooter. … Ik heb in alle gevallen de scooter zelf in de bus geduwd en merkte daarbij dat als ik gas gaf hij het niet deed of horten en stoten en dan schoot hij vooruit en stopte er weer mee. … Alle keren besprak ik met de heer [eiser] in de bus wat er nou precies met de scooter aan de hand was, wij dachten aan een kabelbreuk. De heer [eiser] gaf tijdens het gesprek aan dat hij meteen contact op zou nemen met MPG Occassions om de klachten te melden.’…

[eiser] heeft onbetwist gesteld dat de eerste bij MPG aangekochte scooter een rode scooter betrof en de vervangende scooter een zwarte scooter. Uit de verklaring van [getuige] volgt dat de zwarte scooter, de vervangende scooter derhalve, een paar weken na het falen van de eerste rode scooter het eveneens begaf en de gebreken vertoonde die [eiser] heeft gesteld: een bij het gas geven hortende en stotende scooter die er steeds mee stopte. [eiser] heeft gesteld dat het net leek alsof de stroomtoevoer telkens werd onderbroken. [getuige] bevestigt deze stelling in zijn verklaring waarin hij stelt dat hij en [eiser] dachten dat er sprake was van een kabelbreuk. [eiser] verklaart vervolgens over de gebreken:

…’Twee weken nadat ik de scooter had gekocht begon deze te haperen en heeft MPG Occasions hem opgehaald om te laten repareren. Na de reparatie bleken echter weer dezelfde problemen zich voor te doen. Ik heb MPG Occasions vervolgens gebeld en deze boden mij toen een tweedehands demo model aan, kleur zwart. Die heb ik aanvaard. Ik heb daar ongeveer 75 kilometer mee gereden, maar vervolgens kreeg ik ongeveer twee tot drie weken na de wissel van de scooter weer dezelfde problemen. …Ik heb de scooter vervolgens op het Oranjeplein kapot en wel laten staan en deze is vervolgens opgehaald door de heer [getuige] . Daarna heb ik nooit meer op de scooter gereden, dit was niet mogelijk omdat het voortdurend horten en stoten levensgevaarlijk was.

Met de verklaringen van [getuige] en [eiser] is het bewijs geleverd dat de op 27 januari 2020 geleverde scooter met kenteken [kenteken] de volgende gebreken vertoonde: de scooter ‘haperde’, waardoor hij niet soepel en constant reed, net alsof de stroomtoevoer telkens werd onderbroken. MPG is in de gelegenheid geweest om tegenbewijs te leveren maar heeft hiervan geen gebruik gemaakt en heeft voor het overige geen bewijsmiddelen ter onderbouwing van haar standpunt naar voren gebracht. MPG heeft dus geen tegenbewijs geleverd.

Getuigenbewijs punt b bewijsopdracht

2.5.

Verder is met de verklaringen het bewijs geleverd dat de gebreken zich binnen zes maanden na 27 januari 2020 hebben voorgedaan. Uit beide verklaringen volgt immers dat de gebreken zich binnen enkele weken na het falen van de eerste scooter dan wel de levering van de vervangende scooter hebben voorgedaan. Dit moet dus uiterlijk midden of eind februari 2020 zijn geweest en dus binnen zes maanden na 27 januari 2020. MPG is in de gelegenheid geweest om tegenbewijs te leveren maar heeft hiervan geen gebruik gemaakt en heeft voor het overige geen bewijsmiddelen ter onderbouwing van haar standpunt naar voren gebracht. MPG heeft dus ook op dit punt geen tegenbewijs geleverd. Indien zich bij een consumentenkoop, zoals de onderhavige, binnen zes maanden na de aflevering een gebrek openbaart, wordt de zaak op grond van artikel 7:18 lid 2 BW (oud) vermoed al bij de aflevering niet aan de overeenkomst te hebben beantwoord. MPG heeft dit vermoeden niet weerlegd, zodat tussen partijen vaststaat dat de scooter al bij de aflevering niet aan de overeenkomst beantwoordde.

Tijdig geklaagd?

2.6.

Aan de orde is dan of [eiser] de gebreken aan de vervangende zwarte scooter tijdig bij MPG heeft gemeld. MPG meent van niet, maar de kantonrechter volgt haar hierin niet. Vast staat dat [eiser] MPG direct heeft geïnformeerd over de storing aan de eerste, rode, scooter. Niet valt in te zien waarom [eiser] de storing aan de tweede scooter niet ook meteen bij MPG zou hebben gemeld. Dat het zo is gegaan, blijkt ook uit wat [getuige] en [eiser] hebben verklaard toen zij als getuige werden gehoord.

[getuige] verklaart op dit punt:

…’Alle keren besprak ik met de heer [eiser] in de bus wat er nou precies met de scooter aan de hand was, wij dachten aan een kabelbreuk. De heer [eiser] gaf tijdens het gesprek aan dat hij meteen contact op zou nemen met MPG Occasions om de klachten te melden.’…

[eiser] verklaart hierover:

....’MPG Occassions wilde nadat ik een storing weer had gemeld telefonisch, twee tot drie weken na de wissel van de scooter, niet inruilen en ook anderszins geen oplossing voor de probleem aanbieden. MPG Occasions lachte mij in mijn gezicht uit, ik had de scooter immers zwart gekocht en ik kon toch niets bewijzen. … .’

Nu het gebruikelijk is dat voor dit soort zaken een klachttermijn van ongeveer twee maanden geldt, oordeelt de kantonrechter op basis van de verklaringen en het feit dat [eiser] ook de eerste storing direct heeft gemeld dat [eiser] de klacht tijdig heeft gedaan.

Ontbinding koopovereenkomst

2.7.

Nu [eiser] is geslaagd in zijn bewijsopdracht, is vast komen te staan dat de vervangende zwarte scooter al bij aflevering gebreken vertoonde, waardoor deze niet aan de koopovereenkomst tussen partijen beantwoordde. Er is derhalve sprake van een tekortkoming in de nakoming van de koopovereenkomst die [eiser] , nu eveneens vast staat dat [eiser] tijdig heeft geklaagd, de bevoegdheid geeft de overeenkomst te ontbinden. Uit de verklaring van [eiser] volgt dat MPG meteen bij de melding van de gebreken in februari 2021 heeft laten weten niet van zins te zijn de gebreken aan de scooter te verhelpen, zodat MPG op dat moment in verzuim is gekomen. Nu MPG geen standpunt heeft ingenomen ten aanzien van het verzuim, is het verzuim geen geschilpunt tussen partijen en is de kantonrechter van oordeel dat [eiser] bevoegd was de overeenkomst te ontbinden. De vordering van [eiser] onder punt 1 van het petitum zal worden toegewezen, nu tussen partijen niet in geschil is dat [eiser] de tussen partijen gesloten koopovereenkomst ter zake van de vervangende zwarte scooter bij brief van 12 oktober 2020 aan MPG heeft ontbonden. Als gevolg daarvan is op MPG een ongedaanmakingsverplichting komen te rusten die bestaat uit betaling van de koopsom van de (in eerste instantie geleverde rode en vervolgens de vervangende zwarte) scooter.

[eiser] stelt zich op het standpunt dat hij een bedrag van € 1.750,00 voor de scooter heeft betaald. MPG betwist dat de scooter € 1.750,00 heeft gekost en stelt dat [eiser] dat bedrag niet kan onderbouwen of aantonen. De kantonrechter oordeelt dat MPG het standpunt van [eiser] onvoldoende gemotiveerd heeft betwist en overweegt daartoe als volgt

In zijn getuigenverklaring zegt [eiser] over de prijs:

…’Er was nog een verschil van mening met MPG Occasions, want die hadden die scooter aangeboden voor een bedrag van € 1.750,00 waarbij ik er van uit was gegaan dat het inclusief btw was, omdat ik een particulier ben. MPG Occasions wilde echter mij daarop de btw laten betalen, maar daar was ik het niet mee eens. De enige mogelijkheid om de scooter mee te krijgen voor een bedrag van € 1.750,00 was vervolgens dat MPG Occasions aanbood de scooter zonder bon te verkopen, zwart derhalve. Dat heb ik gedaan. Ik heb de scooter contant afgerekend. Dat was de enige mogelijkheid volgens MPG Occasions. MPG Occasions verzekerde mij dat dit geen invloed had op de garantie.’…

[eiser] heeft dus onder ede verklaard dat hij de scooter op initiatief van MPG zwart gekocht heeft, zonder bon. MPG heeft tegen deze verklaring, hoewel daartoe in de gelegenheid gesteld, niets ingebracht. Daar komt bij dat [eiser] als productie 9 bij conclusie van repliek een advertentie van MPG heeft overgelegd waarbij zij in nagenoeg dezelfde verkoopperiode een soortgelijke scooter te koop aanbood als de scooters in de onderhavige kwestie. De koopprijs van deze scooter was een bedrag van € 1.750,00. MPG heeft dit niet betwist. De kantonrechter oordeelt dat [eiser] zijn stelling dat de koopprijs van de scooter € 1.750,00 bedroeg voldoende heeft onderbouwd en dat MPG deze onvoldoende onderbouwd heeft weersproken. Dit bedrag zal aan [eiser] worden toegewezen.

Buitengerechtelijke incassokosten

2.8.

[eiser] maakt aanspraak op vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter stelt vast dat [eiser] voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat hij buitengerechtelijke incassowerkzaamheden heeft (laten) verricht(en). Gelet op de hoogte van het toe te wijzen bedrag aan hoofdsom, zal de kantonrechter een bedrag van € 317,63 aan incassokosten toewijzen.

Proceskosten

2.9.

MPG zal, als de in het ongelijk gestelde partij, in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser] worden begroot op:

- dagvaarding € 106,47

- griffierecht € 236,00

- getuigentaxe [getuige] € 160,00

- salaris gemachtigde € 561,00 (3 punten × tarief € 187,00)

Totaal € 1.063,47

3 De beslissing

De kantonrechter

3.1.

verklaart voor recht dat de koopovereenkomst tussen [eiser] en MPG met betrekking tot de elektrische scooter is ontbonden;

3.2.

veroordeelt MPG tot betaling aan [eiser] van € 1.750,00;

3.3.

veroordeelt MPG tot betaling aan [eiser] van € 317,63 aan buitengerechtelijke incassokosten;

3.4.

veroordeelt MPG in de kosten van het geding, aan de zijde van [eiser] tot dusver begroot op € 1.063,47;

3.5.

verklaart dit vonnis voor wat betreft punt 3.2. tot en met 3.4. uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. Mulders en in het openbaar uitgesproken op 21 september 2022.