Home

Rechtbank Zwolle-Lelystad, 08-03-2005, AT4590, 246665 CV 04-4118

Rechtbank Zwolle-Lelystad, 08-03-2005, AT4590, 246665 CV 04-4118

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Datum uitspraak
8 maart 2005
Datum publicatie
25 april 2005
ECLI
ECLI:NL:RBZLY:2005:AT4590
Zaaknummer
246665 CV 04-4118

Inhoudsindicatie

kantonzaak, bij verkoop via internet dient aanbieder zo nodig te bewijzen welke concrete informatie de klant bij het totstandkomen van de overeenkomst via internet heeft gekregen. In het onderhavige geval betreft dat informatie over een gratis abonnement en de wijze waarop dat een betaalabonnement zou worden.

Uitspraak

R E C H T B A N K Z W O L L E - L E L Y S T A D

sector kanton – locatie Zwolle

zaaknr. : 246665 CV 04-4118

datum : 8 maart 2005

Vonnis in de zaak van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

LIS B.V., mede handelend onder de namen genoemd in het exploot van dagvaarding d.d. 22 juli 2004,

gevestigd te Emmen,

eisende partij,

verder ook te noemen: LIS,

gemachtigde: mr. G.F.M.G Heutink, advocaat te Apeldoorn,

tegen

[GEDAAGDE],

wonende te [woonplaats],

gedaagde partij,

verder ook te noemen: [gedaagde],

in persoon procederend.

Het verdere verloop van de procedure

Na het tussenvonnis gedateerd 23 november 2004 hebben partijen ieder een akte genomen, waarna het vonnis op heden is bepaald.

[gedaagde] heeft een video-CD ter griffie gedeponeerd.

De nadere beoordeling

1.

Blijkens voornoemd tussenvonnis diende LIS in de eerste plaats aan te geven op welke wijze haar (potentiële) klanten op 15 januari 2004 --de datum waarop [gedaagde] zijn persoonlijke gegevens op de website van LIS heeft ingevuld-- werden geïnformeerd dat het in eerste in-stantie een gratis abonnement betrof en dat dit abonnement bij gebreke van tijdige opzegging zou worden omgezet in een betaald abonnement. In de tweede plaats diende LIS uitsluitsel te geven met betrekking tot de vraag of het door haar overgelegde exemplaar van de algemene voorwaarden via haar website was te raadplegen en zo ja, hoe precies.

2.

LIS heeft bij akte stukken in het geding gebracht door haar aangeduid als "een afdruk van print-screen van de website van Lis". Ook heeft LIS aan de hand van die stukken uitgelegd op welke wijze de aanmeldingsprocedure verloopt.

[gedaagde] heeft betwist dat hij destijds kennis heeft genomen van de gegevens zoals die door LIS bij akte zijn gepresenteerd. Met betrekking tot de algemene voorwaarden heeft [gedaag-de] gesteld dat hij zich niet meer kan herinneren of die voorwaarden destijds via de computer waren te raadplegen.

3.

Uit de door LIS overgelegde stukken en haar toelichting daarop blijkt niet dat haar presentatie op de website op 15 januari 2004 identiek was aan de door haar bij akte overgelegde stukken. Uit het door [gedaagde] gevoerde verweer kan worden opgemaakt dat de website destijds an-ders was ingericht, omdat [gedaagde] heeft verklaard de presentatie niet eerder te hebben ge-zien.

LIS was blijkens rechtsoverweging 4 van het tussenvonnis uitdrukkelijk verzocht omtrent de presentatie aan de (potentiële) klanten van LIS op 15 januari 2004 informatie te verschaffen. Nu LIS dit heeft nagelaten en uit het nadere verweer van [gedaagde] kan worden afgeleid dat die presentatie er op 15 januari 2004 anders uitzag, heeft LIS niet aan haar informatiever-plichting voldaan en haar vordering niet voldoende onderbouwd

Uit het vooraanstaande vloeit voort dat evenmin inlichtingen zijn verschaft met betrekking tot de vraag of de algemene voorwaarden op 15 januari 2004 middels de website van LIS waren te raadplegen en zo ja, hoe. Weliswaar volgt uit de print-screen van de website zoals die door LIS is overgelegd dat die mogelijkheid bestaat, maar nu niet vaststaat dat de website er op 15 januari 2004 net zo uitzag, blijft ook dit punt onopgehelderd.

4.

Op grond van het vooraanstaande wordt geconcludeerd dat LIS, hoewel zij daartoe uitdruk-kelijk in de gelegenheid is gesteld, haar vordering niet voldoende heeft onderbouwd zodat die vordering behoort te worden afgewezen. Hetgeen op de video-CD staat kan buiten beschou-wing worden gelaten.

LIS dient als verliezende partij in de proceskosten te worden veroordeeld.

De beslissing

De kantonrechter:

- wijst de vordering af;

- veroordeelt LIS in de proceskosten aan de zijde van [gedaagde], welke kosten tot op heden op nihil zijn begroot.

Aldus gewezen door mr. C.H. de Haan, kantonrechter te Zwolle en uitgesproken op de open-bare terechtzitting van 8 maart 2005 in aanwezigheid van de griffier.