Home

Rechtbank 's-Gravenhage, 07-05-2009, BI3179, 09-900935-08

Rechtbank 's-Gravenhage, 07-05-2009, BI3179, 09-900935-08

Gegevens

Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Datum uitspraak
7 mei 2009
Datum publicatie
7 mei 2009
ECLI
ECLI:NL:RBSGR:2009:BI3179
Zaaknummer
09-900935-08

Inhoudsindicatie

Verdachte heeft onder invloed van paranoïde-schrizofrenie een oudere vrouw gepoogd van het leven te beroven. Voorts heeft zij een aantal maal gepoogd een overval te begaan, waarin zij tweemaal is geslaagd. Bij deze feiten heeft zij geweld gebruikt en/of hiermee gedreigd. Ontslag ter zake van alle rechtsvervolging. Terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector strafrecht

Meervoudige kamer

Parketnummer 09/900935-08

Datum uitspraak: 7 mei 2009

(Verkort vonnis)

De rechtbank 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, heeft het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1979,

adres: [adres] gedetineerd in

het Penitentiair Psychiatrisch Centrum te Zwolle.

De terechtzitting.

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 27 maart 2009 en 23 april 2009.

De verdachte is niet verschenen op de beide terechtzittingen. De raadsvrouw van verdachte, mr M. Lindhout advocaat te 's-Gravenhage, is op de terechtzitting van 23 april 2009 verschenen en gehoord.

De officier van justitie mr. J.E. Hartjes heeft gevorderd dat het bij dagvaarding telastgelegde onder 1 primair, 2, 3, 4 en 5 zal worden bewezenverklaard, dat verdachte zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging, dat verdachte ter beschikking zal worden gesteld en dat verdachte van overheidswege zal worden verpleegd.

De tenlastelegging.

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:

1

primair:

zij op of omstreeks 18 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door

verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk en al dan niet met voorbedachten

rade een persoon [A] van het leven te beroven,

met dat opzet en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg

- die [A] op/tegen het hoofd heeft geslagen en/of gestompt en/of

- die [A] bij de keel heeft gegrepen en/of (vervolgens) in de keel

heeft geknepen en/of

- met een asbak, althans een hard en/of zwaar voorwerp, meermalen op/tegen

het hoofd heeft geslagen en/of

- met (een) glasscher(f)(ven) op en/of in het hoofd van die [A]

heeft ingestoken,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

subsidiair:

zij op of omstreeks 18 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door

verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd

[A], opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade zwaar

lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet en al dan niet na kalm beraad

en rustig overleg

- die [A] op/tegen het hoofd heeft geslagen en/of gestompt en/of

- die [A] bij de keel heeft gegrepen en/of (vervolgens) in de keel

heeft geknepen en/of

- met een asbak, althans een hard en/of zwaar voorwerp, meermalen op/tegen

het hoofd heeft geslagen en/of

- met (een) glasscher(f)(ven) op en/of in het hoofd van die [A] heeft ingestoken,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

meer subsidiair:

zij op of omstreeks 18 december 2008 te Delft opzettelijk en al dan niet met

voorbedachten rade een persoon (te weten [A]), met dat opzet

en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg,

- op/tegen het hoofd heeft geslagen en/of gestompt en/of

- bij de keel heeft gegrepen en/of (vervolgens) in de keel heeft geknepen

en/of

- met een asbak, althans een hard en/of zwaar voorwerp, meermalen op/tegen

het hoofd heeft geslagen en/of

- met (een) glasscher(f)(ven) op en/of in het hoofd van die [A]

heeft ingestoken,

waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;

2.

zij op of omstreeks 18 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door

verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en / of een ander

wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en / of bedreiging met geweld

[B] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig

goed, geheel of ten dele toebehorende aan Mac Donalds [adres]

aldaar, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,

- zich naar die vestiging van MacDonalds heeft begeven en/of

- haar, verdachtes, gezicht bedekt heeft met een sjaal/das en/of

- (vervolgens) tegen die [B] heeft gezegd: "doe de kassala open. Ik heb

een pistool." althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

3.

zij op of omstreeks 17 december 2008 te Delft met het oogmerk om zich en/of een

ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld

[C] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval

van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Albert Heijn B.V., in elk

geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk geweld en/of welke

bedreiging met geweld bestond(en) uit het

- betreden van de winkel van Albert Heijn aan de [adres] aldaar,

terwijl zij, verdachte een sjaal/das voor haar gezicht had en/of

- (vervolgens) overhandigen van een briefje aan die [C] met daarop de

tekst: "druk niet op de alarmknop, anders ga je dood." en/of "stop al het

geld in mijn tas." en/of "geef al je geld.", althans woorden van gelijke

dreigende aard en/of strekking

- zeggen: "sneller";

4.

zij op of omstreeks 17 december 2008 te 's-Gravenhage met het oogmerk van

wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag, in elk geval

enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan zonnestudio Sunplace en/of

[D], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke

diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of

bedreiging met geweld tegen [E], gepleegd met het oogmerk om die diefstal

voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op

heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit

van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld

bestond(en) uit het

- betreden van zonnestudio sunplace terwijl zij, verdachte, haar gezicht

bedekt had met een sjaal/das en/of de col van een trui en/of

- onverhoeds benaderen van die [E] en/of

- met kracht naar achteren duwen van die [E] en/of

- op dreigende toon zeggen/roepen: "geld nu, la open.";

5.

zij op of omstreeks 09 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door

verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en / of een ander

wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en / of bedreiging met geweld

[F] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag en/of een

kas(sa)(lade), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan

winkel Tibet shop, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,

- zich naar die winkel heeft begeven en/of

- (vervolgens) gezegd heeft: "dit is een overval" en/of "dit is een

penpistool" en/of "geef me de kas", althans woorden van gelijke aard en/of strekking,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.

De bewijsmiddelen.

De rechtbank grondt haar overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.

In die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist met de bewijsmiddelen, dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit vonnis zal worden gehecht.

De bewezenverklaring.

Door de voormelde inhoud van vorenstaande bewijsmiddelen - elk daarvan, ook in zijn onderdelen, gebruikt voor het bewijs van datgene waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft - staan de daarin genoemde feiten en omstandigheden vast. Op grond daarvan acht de rechtbank bewezen en is zij tot de overtuiging gekomen dat de verdachte de op de dagvaarding onder 1 primair, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande, dat de rechtbank bewezen acht - en als hier ingelast beschouwt, zulks met verbetering van eventueel in de tenlastelegging voorkomende type- en taalfouten, dat:

1

primair:

zij op 18 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door verdachte

voorgenomen misdrijf om opzettelijk en met voorbedachten rade een persoon

[A] van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg

- die [A] bij de keel heeft gegrepen en vervolgens in de keel

heeft geknepen en

- met een asbak, meermalen op het hoofd heeft geslagen en

- met (een) glasscher(f)(ven) op en/of in het hoofd van die [A]

heeft ingestoken,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2.

zij op 18 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door verdachte

voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te

bevoordelen door bedreiging met geweld [B] te dwingen tot de afgifte

van een geldbedrag toebehorende aan Mac Donalds [adres] aldaar,

- haar, verdachtes, gezicht bedekt heeft met een sjaal/das en

- tegen die [B] heeft gezegd: "doe de kassala open. Ik heb

een pistool",

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

3.

zij op 17 december 2008 te Delft met het oogmerk om zich wederrechtelijk te

bevoordelen door bedreiging met geweld [C] heeft gedwongen tot de

afgifte van een geldbedrag, toebehorende aan Albert Heijn B.V., welke bedreiging

met geweld bestond uit het

- betreden van de winkel van Albert Heijn aan de [adres] aldaar,

terwijl zij, verdachte een sjaal/das voor haar gezicht had en

- vervolgens overhandigen van een briefje aan die [C] met daarop de

tekst: "druk niet op de alarmknop, anders ga je dood." en "stop al het geld in mijn tas." en

- zeggen: "sneller";

4.

zij op 17 december 2008 te 's-Gravenhage met het oogmerk van

wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag toebehorende aan

zonnestudio Sunplace en/of [D], welke diefstal werd voorafgegaan en/of

vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [E], gepleegd met

het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken , welk

geweld en/of welke bedreiging met geweld bestonden uit het

- betreden van zonnestudio Sunplace terwijl zij, verdachte, haar gezicht

bedekt had met een sjaal/das en/of de col van een trui en

- onverhoeds benaderen van die [E] en

- met kracht naar achteren duwen van die [E] en

- zeggen/roepen: "geld nu, la open.";

5.

zij op 09 december 2008 te Delft ter uitvoering van het door verdachte

voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te

bevoordelen door bedreiging met geweld [F] te dwingen tot de afgifte van

een geldbedrag, toebehorende aan

winkel Tibet shop,

- zich naar die winkel heeft begeven en

- vervolgens gezegd heeft: "dit is een overval" en "dit is een penpistool" en "geef me de kas",

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.

Bewijsoverweging

De raadsvrouw van verdachte heeft ten aanzien van feit 1 aangevoerd dat verdachte handelde in een opwelling en zij derhalve van het primair onder 1 ten laste gelegde voorbedachte raad moet worden vrijgesproken. De rechtbank verwerpt dit verweer. Op basis van de verklaringen van verdachte dat zij in opdracht van stemmen aangeefster [A] moest doden, gevoegd bij de aangifte waaruit volgt dat verdachte in de vroege ochtend bij aangeefster langs ging, eerst een gesprek met haar aanging en haar vervolgens, nadat aangeefster opstond, van achteren aanviel, acht de rechtbank bewezen en is zij tot de overtuiging gekomen dat verdachte het feit zoals onder 1 primair tenlastegelegd heeft begaan. Verdachte heeft immers de tijd gehad zich te beraden over het te nemen besluit en heeft daarmee de gelegenheid gehad over de betekenis en de gevolgen daarvan na te denken en zich daarvan rekenschap te geven. Of er ook daadwerkelijk kalm beraad heeft plaatsgevonden, is niet vereist. Het feit dat verdachte heeft gehandeld in opdracht van stemmen in haar hoofd staat aan het aannemen van handelen met voorbedachten rade niet in de weg.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde.

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar.

Strafbaarheid van de verdachte.

De rechtbank heeft kennis genomen van de pro justitia rapportages van psychiater D.H.M. Lefrandt d.d. 17 maart 2009 en van klinisch psycholoog J.C. Nes d.d. 16 maart 2009.

Beide deskundigen concluderen dat bij verdachte ten tijde van het plegen van het onder 1 primair bewezenverklaarde strafbare feit sprake was van een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van een (floride) psychose veroorzaakt door paranoïde schrizofrenie en cocaïne-afhankelijkheid. Volgens de deskundigen waren er voor verdachte, als gevolg van deze ziekelijke stoornis van de geestvermogens, geen alternatieven voorhanden dan het ten uitvoer brengen van vorenbedoeld feit. Zij was niet in staat haar handelen te bepalen en dient derhalve als niet toerekeningsvatbaar te worden beschouwd.

De rechtbank kan zich met deze conclusies verenigen en maakt deze tot de hare. Nu verdachte ten aanzien van het onder 1 primair bewezenverklaarde feit niet strafbaar is, zal de rechtbank haar ten aanzien van dit feit ontslaan van alle rechtsvervolging.

Ten aanzien van de feiten 2 tot en met 5 concluderen beide deskundigen dat verdachte in haar verklaringen inconsistent is en bovendien het merendeel van de feiten stelt te zijn vergeten. Delictanalyse zou om die reden niet goed mogelijk zijn, waardoor ook geen duidelijke uitspraak kan worden gedaan over de toerekeningsvatbaarheid. Wel concluderen beiden dat volledige ontoerekeningsvatbaarheid uitgesloten zou zijn, omdat uit de verklaringen van verdachte volgt dat bij het plegen van de feiten verrijking om een vakantie te kunnen bekostigen een rol speelde. Er is alsdan sprake van berekenend handelen en hiermee van een keuzemogelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat voornoemde feiten, alle (pogingen tot) overvallen, in een korte periode rondom de onder 1 bewezenverklaarde poging tot moord hebben plaatsgevonden. Voorts stelt de rechtbank vast dat beide deskundigen op basis van hun onderzoek concluderen dat verdachte niet alleen last heeft van visuele en akoestische hallucinaties maar ook van paranoïde en bizarre wanen, welke symptomen naar zij stellen al zeker tien jaar bestaan. In dit verband spreken zij beiden niet alleen van een ernstige psychose ten tijde van de poging tot moord maar ook ten tijde van hun onderzoek enige maanden later. Bovendien merken zij op dat de door hun geconstateerde psychotische toestand mede is beïnvloed door het feit dat verdachte zes maanden voor de onderhavige poging tot moord is gestopt met medicatie en dagelijks cocaïne gebruikt. Gelet op de ernst en de duur van deze door de deskundigen vastgestelde ziekelijke stoornis van de geestvermogens, gevoegd bij voornoemde tijdstippen waarop de feiten 2 tot en met 5 zijn begaan, is de rechtbank met de officier van justitie van oordeel dat de conclusie gerechtvaardig is aan te nemen dat verdachte ook ten aanzien van deze feiten niet in staat was haar handelen in vrijheid te bepalen. Naar het oordeel van de rechtbank doet hier niet aan af dat verdachte zou hebben verklaard dat zij met de overvallen een doel nastreefde, nu dit niet strijdig is met het een eventuele sturing van verdachte door psychotische belevingen.

Gelet op het voorgaande acht de rechtbank verdachte ook ten aanzien van de feiten 2 tot en met 5 niet strafbaar, en zal zij verdachte ook ten aanzien van deze feiten ontslaan van alle rechtsvervolging.

Motivering van de maatregel

Na te melden maatregel is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan uit de processtukken en tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.

Voorts wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft onder invloed van paranoïde-schrizofrenie een oudere vrouw gepoogd van het leven te beroven. Voorts heeft zij een aantal maal gepoogd een overval te begaan, waarin zij tweemaal is geslaagd. Bij deze feiten heeft zij geweld gebruikt en/of hiermee gedreigd. Dit zijn alle feiten waarbij de veiligheid van personen en/of goederen in gevaar is gebracht.

Psychiater D.H.M. Lefrandt concludeert in de pro justitia rapportage van 17 maart 2009 dat tien jaar behandeling noch de psychose noch voornoemd gevaar heeft weten te verminderen. Verdachte heeft een zeer intensieve, langdurige behandeling nodig in een instelling met een zeer hoog beveiligingsniveau, aldus deze deskundige. Dit is alleen mogelijk binnen een tbs-kliniek door middel van de maatregel tbs met bevel tot verpleging van overheidswege, waartoe hij in voornoemde rapportage dan ook adviseert. Ook psycholoog J.C. van Nes adviseert in de pro justitia rapportage van 16 maart 2009, gelet op de ernst van de problematiek, het bij herhaling mislopen van eerdere behandelingen, het zeer ernstige maatschappelijke gevaar en de grote kans op recidive, om de maatregel tbs met dwangverpleging op te leggen.

Voorts hebben zowel de officier van justitie als de raadsvrouwe geconcludeerd tot oplegging van de maatregel tbs met dwangverpleging. De raadsvrouwe heeft aangegeven dat dit ook de wens van verdachte is.

Op grond van het voorgaande is de rechtbank oordeel dat het opleggen van de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege geboden is. De rechtbank heeft daarbij gelet op de buitengewone ernst van met name het onder 1 primair bewezenverklaarde feit. De rechtbank is van oordeel dat de algemene veiligheid van personen en goederen oplegging van deze maatregel eist. Deze algemene veiligheid van personen en goederen eist evenzeer de gedwongen verpleging van verdachte. Uit de rapportages van de beide deskundigen blijkt immers ondubbelzinnig dat behandeling van verdachte noodzakelijk is.

De toepasselijke wetsartikelen.

De op te leggen maatregel is gegrond op de artikelen:

- 37a, 37b, 45, 57, 287, 310, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht;

Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

Beslissing.

De rechtbank,

verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de bij dagvaarding onder 1, primair, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde feiten heeft begaan en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:

ten aanzien van het onder 1 primair bewezenverklaarde feit:

poging tot moord;

ten aanzien van de onder 2 en 5 bewezenverklaarde feiten:

poging tot afpersing, meermalen gepleegd;

ten aanzien van het onder 3 bewezenverklaarde feit:

afpersing;

Ten aanzien van het onder 4 bewezenverklaarde feit:

diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken;

verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;

verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;

verklaart verdachte niet strafbaar;

ontslaat verdachte ter zake van alle rechtsvervolging;

gelast de terbeschikkingstelling van verdachte;

beveelt dat de terbeschikkinggestelde van overheidswege zal worden verpleegd.

Dit vonnis is gewezen door

mrs P. Poustochkine, voorzitter,

O.M. Harms en C. van den Steenhoven-Blanken, rechters,

in tegenwoordigheid van mr drs J.M.T. Boeter, griffier,

en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 mei 2009.