Home

Rechtbank Rotterdam, 08-10-2020, ECLI:NL:RBROT:2020:9645, KTN-8342184_08102020

Rechtbank Rotterdam, 08-10-2020, ECLI:NL:RBROT:2020:9645, KTN-8342184_08102020

Gegevens

Instantie
Rechtbank Rotterdam
Datum uitspraak
8 oktober 2020
Datum publicatie
28 oktober 2020
ECLI
ECLI:NL:RBROT:2020:9645
Zaaknummer
KTN-8342184_08102020

Inhoudsindicatie

nakoming studieovereenkomst

Uitspraak

Zaaknummer: 8342184 \ CV EXPL 20-720

uitspraak: 8 oktober 2020

vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid OIL MOVEMENT SERVICES B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

eiseres,

gemachtigde: mr. Ph. Ekering,

tegen

[gedaagde] ,wonende te [woonplaats gedaagde] ,

gedaagde,

procederend in persoon.

Partijen worden hierna aangeduid als “OMS” en “ [gedaagde] ”.

1. Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure volgt uit het volgende:

-

het exploot van dagvaarding van 11 februari 2020, met producties;

-

het mondelinge antwoord van [gedaagde] ;

-

de conclusie van repliek, met producties;

-

de conclusie van dupliek, met producties.

De uitspraak van het vonnis is nader bepaald op heden.

2. De vaststaande feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten:

  1. [gedaagde] is sinds 25 januari 2017 werkzaam voor OMS. Bij Uitzendovereenkomst Fase 3 (1) is de arbeidsovereenkomst verlengd met ingang van 26 juli 2018 en is bepaald dat deze van rechtswege zal eindigen op 26 juli 2019.

  2. [gedaagde] is door OMS tewerkgesteld bij Vopak Terminal Botlek West (hierna: Vopak).

  3. [gedaagde] is gestart met de opleiding ‘Procesoperator B tankopslag’ bij VOTOB Academy (hierna: de opleiding).

4. Partijen hebben ten aanzien van de opleiding op 1 augustus 2017 een studieovereenkomst gesloten. In deze studieovereenkomst is het volgende opgenomen:Startdatum : juni 2017Verwachte einddatum : juni 2019Duur : 2 jaarTotale kosten : € 6957,50

[...]

Artikel 2

Werkgever draagt de kosten van de hierboven omschreven opleiding bij een aaneengesloten dienstverband bij OMS bv van 24 maanden na het met succes afronden van de opleiding. Te weten €6957,50,- euro, waarvan bijgevoegd een specificatie. De werknemer zal hiervoor in eerste instantie een eigen bijdrage van €100,- (netto) per 4 weken moeten leveren. Mocht de werknemer 2 jaar na het behalen van zijn opleiding werkgever verlaten of nog steeds in dienst zijn bij de werkgever dan zal de werknemer deze eigen bijdrage volledig terugbetaald krijgen.*

[...]

Artikel 6

OMS bv is gerechtigd de kosten van de opleiding terug te vorderen indien:

• het dienstverband eindigt door opzegging van inlener, werknemer en/of OMS bv gedurende

de looptijd van de opleiding. De werknemer zal worden belast voor 100% van de totale

opleidingskosten.

• het dienstverband eindigt door opzegging van inlener, werknemer en/of OMS bv binnen 24

maanden na voltooiing van de opleiding. Terugbetaling zal plaatsvinden conform de

onderstaande formule:

€6957,50,- x (24 maanden – het aantal reeds verstreken maanden) –––––––––––––––––––

24 maanden

In beide gevallen (gedurende de looptijd van de opleiding en binnen 24 maanden na behalen van de

opleiding) zal dit bedrag verrekend worden met de ingehouden 4-wekelijkse bijdrage van de werknemer (€ 100,- netto per 4 weken). **

De werkgever acht het redelijk en billijk tot een dergelijke verrekening over te gaan, gezien het feit dat de werknemer in bovengenoemde situaties, de werkgever geen of weinig tijd gunt te renderen van de genoten opleiding.

5. In mei 2019 heeft Vopak als inlener partijen te kennen gegeven de samenwerking met [gedaagde] per direct te willen beëindigen. [gedaagde] heeft zich vervolgens ziek gemeld.

6. Op 16 juli 2019 heeft [gedaagde] zich bij OMS hersteld gemeld.

7. De arbeidsovereenkomst is van rechtswege geëindigd per 26 juli 2019.

8. Bij brief van 26 juli 2019 heeft OMS aanspraak gemaakt op betaling van de kosten van de opleiding minus het spaartegoed van € 2.600,-.

3. De vordering, de grondslag en het verweer

3.1

OMS heeft gevorderd om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen tot:

  1. betaling aan haar van € 4.271,02 aan hoofdsom en € 26,20 aan tot en met 21 januari 2020 verschenen rente, te vermeerderen met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 22 januari 2020, althans vanaf de dag waarop deze dagvaarding is betekend tot aan de dag dat de gehele vordering is voldaan;

  2. betaling aan haar van € 552,10 aan buitengerechtelijke incassokosten, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;

  3. betaling van de kosten van de procedure alsmede de nakosten, één en ander te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het te dezen te wijzen vonnis;

3.2

Tegen de achtergrond van de vaststaande feiten heeft OMS aan haar eis het volgende ten grondslag gelegd. De arbeidsovereenkomst tussen OMS en [gedaagde] is van rechtswege geëindigd per 26 juli 2019. Uit hoofde van het bepaalde in artikel 6 van de tussen partijen gesloten studieovereenkomst is [gedaagde] gehouden tot betaling van de opleidingskosten van € 6.957,50 inclusief btw waarvan na inhoudingen op het loon conform artikel 2 van de studieovereenkomst een bedrag resteert van € 4.271,02.

3.3

[gedaagde] heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vordering. Op hetgeen hij in dit kader heeft aangevoerd, zal – voor zover van belang – bij de beoordeling van het geschil worden ingegaan.

4. De beoordeling van het geschil

5. De beslissing