Home

Rechtbank Oost-Brabant, 12-11-2020, ECLI:NL:RBOBR:2020:6984, WR 20/027

Rechtbank Oost-Brabant, 12-11-2020, ECLI:NL:RBOBR:2020:6984, WR 20/027

Gegevens

Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Datum uitspraak
12 november 2020
Datum publicatie
15 november 2021
ECLI
ECLI:NL:RBOBR:2020:6984
Zaaknummer
WR 20/027

Inhoudsindicatie

Wraking. Beslissing van de rechter om skype-zitting te houden, in plaats van een fysieke zitting is processueel van aard. HR 25 september 2018, ECLI:NL:HR:2018:1413

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK OOST-BRABANT

Wrakingskamer

Zaaknummer: WR 20/027

Beslissing van 12 november 2020

van de meervoudige wrakingskamer van de rechtbank op het verzoek van

[verzoekster] ,

wonende in [woonplaats] ,

hierna te noemen: verzoekster,

strekkende tot de wraking van

mr. H.T.J.F. Verhappen,

rechter in deze rechtbank

hierna te noemen: de rechter.

1 Het procesverloop

1.1.

Verzoekster is eiseres in een erfrechtkwestie (met zaak-/rolnummer [nummer] ). Gedaagden in deze procedure zijn de zus en broer van verzoekster. Verzoekster wordt in deze procedure bijgestaan door advocaat mr. J.A.A. van der Weijst.

1.2.

Op 17 september 2020 is in de procedure een comparitie van partijen gehouden, ten overstaan van de rechter. Verzoekster was hierbij aanwezig, bijgestaan door mr. Van der Weijst. De zus en broer van verzoekster waren ook aanwezig, bijgestaan door advocaat

mr. M.J. Germs. De comparitie werd online gehouden, via Skype for Business (hierna: Skype). Tijdens de comparitie heeft verzoekster de rechter gewraakt. De rechter heeft aangegeven dat hij niet berust in de wraking, waarna hij de comparitie heeft geschorst.

1.3.

Bij brief van 22 september 2020 (inclusief 11 producties) heeft mr. Van der Weijst het wrakingsverzoek toegelicht. De rechter heeft bij e-mail van 23 september 2020 gereageerd. Op 9 oktober 2020 heeft mr. Van der Weijst het wrakingsverzoek nader toegelicht.

1.4.

Het wrakingsverzoek is behandeld op de zitting van 29 oktober 2020.

Verzoekster is verschenen, bijgestaan door mr. Van der Weijst die het wrakingsverzoek aan de hand van een pleitnota (inclusief 4 producties) heeft toegelicht. De rechter is niet verschenen. De voorzitter van de wrakingskamer heeft mr. Roeterdink aangewezen om de zaak op zitting te behandelen.

2 De feiten

2.1.

De comparitie zou aanvankelijk gehouden worden op een fysieke zitting, op

17 maart 2020. De zaak was op dat moment onder behandeling van een andere rechter.

Die zitting is vanwege de corona-crisis geannuleerd. De comparitie is verplaatst naar de zitting van 17 september 2020, in de verwachting dat dan in de rechtbank weer fysieke zittingen zouden kunnen worden gehouden.

2.2.

Bij brief van 30 juni 2020 heeft de rechtbank verzoekster (via mr. Van der Weijst) laten weten dat de comparitie wordt gehouden op de zitting van 17 september 2020. Daarbij is aangegeven dat die zitting vanwege de getroffen coronamaatregelen online, via Skype, zal worden gehouden. Bij brief van 11 juli 2020 heeft mr. Van der Weijst zich hierover beklaagd en aangedrongen op een fysieke zitting.

2.3.

De rechter heeft de zaak omstreeks 7 september 2020 overgenomen. Bij e-mail van 8 september 2020 heeft de rechtbank mr. Van der Weijst laten weten dat de zaak zal worden behandeld door de rechter en dat die van oordeel is dat er geen gegronde redenen zijn om de zaak op een fysieke zitting te behandelen.

2.4.

Bij brief van 10 september 2020 heeft mr. Van der Weijst zich er opnieuw over beklaagd dat de comparitie online wordt gehouden en opnieuw aangedrongen op een fysieke zitting. Bij e-mail van 11 september 2020 heeft de rechtbank mr. Van der Weijst laten weten dat de rechter het verzoek om een fysieke zitting te houden nogmaals heeft beoordeeld, maar dat hij geen reden ziet om de Skype-zitting niet door te laten gaan.

2.5.

Op 14 september 2020 heeft mr. Van der Weijst een klacht ingediend bij de president van de rechtbank over de beslissing om een Skype-zitting te houden.

Mr. Van der Weijst heeft die klacht ook onder de aandacht gebracht van de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Oost-Brabant.

3 Het wrakingsverzoek

3.1.

In de kern genomen komt het wrakingsverzoek er op neer dat de rechter heeft besloten dat een Skype-zitting zal worden gehouden en ook niet is teruggekomen op deze beslissing, terwijl verzoekster uitdrukkelijk wenst dat een fysieke zitting wordt gehouden.

In een civiele procedure hebben partijen op grond van artikel 6 EVRM in beginsel recht op een openbare en mondelinge behandeling in ten minste één instantie. Een Skype-zitting voldoet niet aan dit vereiste, omdat deze niet openbaar is. Bovendien is het houden van fysieke zittingen de norm. Dit is het beleid van de rechtbank en dat is ook kenbaar gemaakt aan de advocatuur.

De rechter heeft niet of nauwelijks gereageerd op de argumenten van verzoekster, maar volstaan met de mededeling dat hij de beslissing om een Skype-zitting te houden nog eens heeft beoordeeld en geen aanleiding heeft gezien om terug te komen op die beslissing.

De rechter heeft in zijn e-mail van 8 september 2020 aangegeven dat er geen gegronde reden wordt gezien voor een fysieke zitting, mede gelet op de lange(re) doorlooptijd die daar het gevolg van zal zijn. De rechter miskent hiermee dat het voor verzoekster geen probleem is dat het langer duurt voordat de zaak op een fysieke zitting wordt behandeld en vervolgens uitspraak wordt gedaan.

Verder wijst verzoekster op dat wat er gebeurde bij aanvang van de Skype-zitting. Bij het inloggen door verzoekster en mr. Van der Weijst bleek dat de zitting al was aangevangen.

In het proces-verbaal staat hierover: “Ik zie dat mr. Van der Weijst wel is ingelogd, maar dat hij zijn camera en microfoon uit heeft staan. Blijkbaar wil hij niet van zich laten horen”. Door deze opmerking van de rechter is bij verzoekster de vrees ontstaan dat er geen sprake zou zijn van een voldoende onpartijdige behandeling van haar zaak.

Tot slot heeft verzoekster opmerkingen gemaakt over het proces-verbaal van de comparitie. Dit is volgens haar geen juiste weergave van wat tijdens de comparitie is gezegd.

4 De beoordeling

5 Beslissing