Home

Rechtbank Oost-Brabant, 15-01-2020, ECLI:NL:RBOBR:2020:134, C/01/339703 / HA ZA 18-722

Rechtbank Oost-Brabant, 15-01-2020, ECLI:NL:RBOBR:2020:134, C/01/339703 / HA ZA 18-722

Gegevens

Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Datum uitspraak
15 januari 2020
Datum publicatie
20 januari 2020
ECLI
ECLI:NL:RBOBR:2020:134
Zaaknummer
C/01/339703 / HA ZA 18-722

Inhoudsindicatie

Contradictoir

Uitspraak

vonnis

Civiel Recht

Zittingsplaats 's-Hertogenbosch

zaaknummer / rolnummer: C/01/339703 / HA ZA 18-722

Vonnis van 15 januari 2020

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

DUUKIES BEACHSOCKS B.V.,

gevestigd te Vught,

eiseres in conventie,

verweerster in reconventie,

advocaat mr. D.J.J. Folgering te 's-Hertogenbosch,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

SOCKSHOUSE B.V.,

gevestigd te Rosmalen,

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

advocaat mr. R.G.B. Hermsen te Tilburg.

Partijen zullen hierna Duukies en Sockshouse genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het tussenvonnis van 13 februari 2019

-

de conclusie van antwoord in reconventie, tevens houdende akte vermeerdering eis in reconventie, met producties

-

het proces-verbaal van comparitie van 10 mei 2019.

1.2.

Tenslotte is vonnis bepaald.

2. De feiten

2.1.

Duukies verkoopt beachsocks aan distributeurs, retailers en consumenten. Beachsocks zijn waterschoentjes (voor kinderen) van synthetische stof met een kleur of print, voorzien van een antislipzooltje.

2.2.

Op de website van Sockshouse B.V. – www.sockshouse.nl – staat onder meer het volgende:

"Sockshouse is al meer dan 50 jaar dé importeur en producent van toonaangevende merken op het gebied van internationale beenmode. Daarnaast ontwikkelen en produceren wij hoogwaardige, commerciële en modieuze huiscollecties voor ambulante- en detailhandel, winkelketens, groothandel, retail, warenhuizen en overheidsinstellingen. Wij bieden met onze eigen merken toegevoegde waarde aan lokale en internationale markten.

Binnen Sockshouse heerst een sterke persoonlijke en open cultuur. Een cultuur van pragmatische denkers en doeners. Dromen mag, maar altijd in de sfeer van realistische en commerciële ambities. Altijd met de klant in het vizier en handelen met kennis van zaken. Bij Sockshouse weten we waar we het over hebben en kunnen we altijd vertrouwen op de sterke band met onze partners. Loyaliteit is één van onze belangrijke kernwaardes. Flexibiliteit en betrouwbaarheid zijn de onmiskenbare overige kernwaardes waarop onze sterke cultuur is gebouwd."

2.3.

Duukies brengt jaarlijks een nieuwe collectie beachsocks op de markt. Zij heeft de collecties beachsocks voor de seizoenen 2014 tot en met 2017 door een derde in China laten produceren.

2.4.

In het najaar van 2016 dan wel begin 2017 hebben partijen voor het eerst met elkaar gesproken.

2.5.

De hierna weergegeven correspondentie tussen partijen heeft, tenzij anders weergegeven, per e-mail plaatsgehad.

2.6.

Op 19 januari 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"In ons laatste gesprek gaven jullie aan mij een soort opzet te sturen over hoe onze samenwerking er intern bij jullie ongeveer uit zou kunnen komen te zien. Van welke faciliteiten er gebruik gemaakt kan worden door DBS en hoe we dat financieel zouden kunnen regelen. Zouden jullie mij dit nog willen sturen, we zien elkaar iig 3 februari."

2.7.

In februari 2017 stuurt Duukies samples van haar beachsocks, testrapporten en een brochure naar Sockshouse. Vervolgens reist Sockshouse af naar China om met een fabrikant de mogelijkheden voor de productie van de beachsocks te bespreken.

2.8.

Op 3 maart 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Even een update na mijn reis. Ik heb gesproken met onze fabriek en wanneer we orders voor ze hebben, zijn ze bereid om te investeren en het product in huis te maken, waardoor het iets goedkoper zou kunnen. Ook afhankelijk van het model en aantallen natuurlijk.

Ze hadden ook een zooltje dat veel beter anti-slip is. We hebben wat testen gedaan met water op een glad oppervlak."

2.9.

Op 24 april 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Graag zou ik sampling voor LJN SS2018 in gang zetten.

Alle tekeningen zijn klaar, zie attachement.

@ [naam 1] , wat heb jij hier nog meer voor nodig?"

2.10.

Op 27 april 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Ik zal de artworks doornemen met de leverancier. Daar ben ik zaterdag. Sorry dat ik niet eerder heb kunnen reageren, het was gekkenhuis voor ik vertrok. Ik stuur je alle vragen door en dan spreken we meteen af na mijn trip. Ik ben 8 mei weer terug."

2.11.

Op 11 mei 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Alles goed, hierbij zoals beloofd, het overzicht met een kruis door de stijlen die niet gesampled moeten worden.

Hopelijk is dit nog steeds niet te veel?"

2.12.

Daarop schrijft Sockshouse aan Duukies die dag terug:

"Dank je wel. Ik ga mijn best doen voor je. Ik kom vandaag nog terug op de prijs."

2.13.

Nadat Duukies aan Sockshouse op 15 en 17 mei 2017 nogmaals vraagt om de prijzen, reageert Sockshouse op 18 mei 2017 als volgt:

"(…) Sorry voor het late antwoord.

In principe komt het uit op:

2,95 zonder print

3,05 met print

Maar ik heb het nog steeds niet bevestigd gekregen.

Kan je hiermee werken?"

2.14.

Op 22 mei 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Is de prijs in dollars of euro?

Zou je de samples willen aanvragen en hopelijk kunnen ze zsm hier zijn?

Graag alles samplen in 10-voud in maat 28/29 en maat 32-33"

2.15.

Op dezelfde dag reageert Sockshouse als volgt:

"Dit is in Euro’s. Ik heb helaas nog steeds niet de verpakking bevestigd gekregen. Ik ga daar vandaag achteraan."

2.16.

Daarop vraagt Sockshouse aan Duukies die dag:

"Hoeveel samples heb je nodig per style?"

2.17.

Daarop antwoordt Duukies die dag:

"Ik heb 10 samples per style nodig (12 SMS collectie sets)

6 stijlen in maat 28/29 en 6 stijlen in maat 30/31."

2.18.

Daarop reageert Sockshouse die dag met:

"Wat bedoel je precies met 10 samples? En 12 SMS?"

2.19.

Daarop reageert Duukies die dag als volgt:

"Ik bedoel 12 series( van elke stijl 1)

Voor iedere distributeur een SMS(sales men serie), zodat ze deze weer aan hun klanten kunnen laten zien!

Kan dat?"

2.20.

Ook schrijft Sockshouse aan Duukies nog op 22 mei 2017:

"Goed nieuws. De prijs is inclusief het label met [(…)] het polsbandje.

Ze hebben vorige week alle materialen al besteld, ik krijg morgen wat meer inzicht over de leverdatum van de samples."

2.21.

Op 7 juni 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Wanneer komen de samples ongeveer binnen?"

2.22.

Daarop reageert Sockshouse diezelfde dag als volgt:

"Ik heb net de status opgevraagd. Ik laat je zsm iets weten."

2.23.

Op 12 juni 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Samples zijn eind juni klaar

Fabriek mist alleen het artwork voor printed en rubber logo. Kan je dat nog sturen?"

2.24.

Op diezelfde dag stuurt Duukies aan Sockshouse artwork toe.

2.25.

Op 27 juni 2017 vraagt Duukies aan Sockshouse of de samples al binnen zijn.

2.26.

Daarop laat Sockshouse aan Duukies diezelfde dag weten:

"Ik heb net contact gehad met de fabriek. Ze zijn nog niet helemaal klaar. Hij laat me later vandaag weten, wanneer ze verstuurd kunnen worden. Zodra ik iets hoor, laat ik je iets weten."

2.27.

Op 30 juni 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Monsters hebben een beetje vertraging omdat er bij een artikel wat fout is gegaan en het overnieuw moest. Ik verwacht 11 juli alles in huis te hebben. Kan je daar mee werken of wil je een gedeelte al eerder hebben?"

2.28.

Op 3 juli 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Lukt het om een gedeelte al eerder te hebben?"

2.29.

Daarop reageert Sockshouse diezelfde dag met:

"Ik heb gevraagd of ze willen sturen wat er klaar is en dat zouden ze doen."

2.30.

Bij e-mail van 11 juli 2017 vraagt Duukies aan Sockshouse of er iets binnen is.

2.31.

Daarop reageert Sockshouse die dag met:

"Ik vind het echt heel vervelend, maar ze zijn nog steeds niet klaar en/of vertrokken. Er is blijkbaar maar 1 persoon in de fabriek die dit soort artikelen begeleid. Morgen weet ik meer. Wat is jouw deadline?"

2.32.

Daarop schrijft Duukies aan Sockshouse die dag nog:

"De deadline was eigenlijk vorige week….kunnen ze aangeven hoe lang het nog duurt?"

2.33.

Op 18 juli 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Ik heb wat binnengekregen, maar dit zijn alleen nog maar approval samples.

Zal ik ze naar je toesturen of wil je ze met me doorspreken zodat we de commentaren direct kunnen doorgeven?"

2.34.

Hierop reageert Duukies die dag als volgt:

"Ik ben momenteel met vakantie en 8 augustus terug.

Zou je het me toe kunnen sturen?

Doordat het zo lang heeft geduurd, ben ik bang dat ik het niet meer red voor LJN SS2018. De sales is nu al begonnen en ik moet toch echt wat gaan laten zien.

Ben wel benieuwd hoe ze geproduceerd hebben, zou je het me toewillen sturen?

Hoe lang duurt sampling vanaf goedkeuring?"

2.35.

Daarop reageert Sockshouse op haar beurt als volgt:

"Ik kan het naar je toe sturen, maar misschien is het beter om dan de juiste samples te hebben als je nog geen tijd hebt om er naar te kijken. Deze zijn zonder label en merk. Wanneer zou je tijd hebben om er naar te kijken? Ik vind ze er goed uitzien, alleen de kleuren wat flets, maar dat kan zijn dat dat de keuze was."

2.36.

Op 3 augustus 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Ik heb de samples binnen en het ziet er zo op het oog mooi uit."

2.37.

Partijen spreken af dat Duukies de samples op 14 augustus 2017 bij Sockshouse B.V. kan komen bekijken.

2.38.

Op 9 september 2017 vertrekt Sockshouse met van Duukies Beachsocks B.V. ontvangen samples naar China voor een bezoek aan de fabrikant.

2.39.

Op 28 september 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Alles wordt opnieuw gemaakt en zal zo dicht mogelijk bij jouw andere samples komen. Wel rekening houdend met de andere (betere) kwaliteit van ons materiaal. Kan je nog wel de maatschema’s of size set doorsturen?"

2.40.

Op 29 september 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Helft van de samples is al klaar. Kan jij de size set/spec met naar ons opsturen?"

2.41.

Op 23 oktober 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse onder meer:

"Ik belde even met de vraag wanneer def samples binnen komen, en hoe ordering traject in zijn werk gaat? Wanneer moet georderd worden en wanneer heb je de def prijs? Wanneer is levertijd?"

2.42.

Op 25 oktober 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

Al nieuws over de def prijzen en aanlevertijden?

De tijd begint nu wel te dringen lijkt me ivm [naam 2] ?

2.43.

[naam 2] staat voor Chinees Nieuwjaar en viel in 2018 op 16 februari.

2.44.

Op diezelfde dag reageert Sockshouse:

"Samples zijn gisteren verstuurd. Ik zal nogmaals de levertijden opvragen. Prijs is denk ik niet veranderd, maar zal ik nog even dubbel checken. Heb jij volgende week ergens tijd, zodat we de samples dan even door kunnen spreken?"

2.45.

Op 6 november 2017 laat Sockshouse Duukies weten dat de samples de week ervoor zijn verstuurd.

2.46.

Op 7 november 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

“Levertijd is: als je voor 20 november besteld, kan het weg voor [naam 2] ”

2.47.

Op 15 november 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

“Ik sta op het punt om mijn oude productie op te gaan zeggen, maar toch nog even een dubbele check bij jou ....;)

Het gaat dus echt lukken om uiterlijk alles half februari /1 maart bij klanten te hebben?”

2.48.

In een mailcorrespondentie tussen partijen van 22 november 2017 heeft Duukies Beachsocks B.V. een vragenlijst van Sockshouse B.V. beantwoord. In punt 7 van die vragenlijst staat het volgende (rb: waarbij de vragen/opmerkingen van Sockshouse B.V. staan vetgedrukt en de antwoorden van Duukies Beachsocks B.V. niet vetgedrukt zijn):

"7. Levering

Is er een procedure voor het aanleveren van de goederen in jullie magazijn, zo ja kun je me dan de instructies doorgeven.

Nee is er niet, heb wel met [naam 1] besproken dat er 5 order direct uit fabriek naar de klant mogen. Deze orders met aantallen etc lever ik morgen uiterlijk bij je aan. Dit zijn veelal aziatische klanten. De rest mag naar [naam 3] in [woonplaats] (…)

Zijn er nog bijzonderheden waar we rekening mee moeten houden?

Gewenste leverdatum is verscheping voor Chinese New Year 2018 . > Heel graag!"

2.49.

Op 24 november 2017 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V.:

"Vanwege de kleine aantallen vervalt het voordeel van de uni kleuren tov de geprinte artikelen helaas. Dus wordt het nu een prijs voor alle items van Euro 3,05. Bij grotere aantallen kunnen we dat verschil in de toekomst weer herstellen.

Deze prijs is dan wel weer inclusief import duty en levering in Nederland."

2.50.

Op 27 november 2017 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Heb je onderstaande informatie al voor mij.

Als we voor Chinese NY moeten verschepen, zullen we nu toch echt de orders moeten gaan verwerken!"

2.51.

Op 28 december 2017 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Ik heb gisteren de maat reeks ontvangen, en ze zijn perfect. Wat zijn ze prachtig gemaakt, zelfs de 2 kleinste maatjes, die waren in de vorige fabriek steeds een probleem, maar bij jullie niet;)

(…)

Is er al zicht op de aankomst van de samples voor Amerika?"

2.52.

Op 4 januari 2018 vraagt Duukies aan Sockshouse of zij al informatie heeft over de samples voor Amerika.

2.53.

Daarop reageert Duukies diezelfde dag als volgt:

"De monsters zijn zojuist geleverd.

Echter heeft de leverancier niet de gevraagde maten gestuurd, helaas."

2.54.

Op 11 januari 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse:

"Is het mogelijk om van bijgevoegd bestand (…) samples te laten maken voor volgende collectie?

Graag in maat:

20/21 5x

24/25 5x

28/29 5x

32/33 5x"

2.55.

Op 15 januari 2018 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Alles goed?

Ik was benieuwd hoe het met de producties staat?

Hebben jullie al een datum dat alles klaar is?

En krijg ik nog een sample van de verpakking en bandje te zien of het ok is?"

2.56.

Op 16 januari 2018 reageert Sockshouse als volgt:

"Sample verpakking, bandje wordt deze week verstuurd.

Levering hebben we nog geen antwoord op ontvangen, zodra ik deze info ontvang, zal ik je informeren."

2.57.

Die dag nog schrijft Sockhouse aan Duukies Beachsocks B.V.:

"We hebben wat problemen in de productie momenteel. Niet alle fabric is klaar en ze

bevestigen nu pas begin April. Ik heb net gesproken met ze en hij gaat kijken wat er wel

eerder klaar kan zijn. Ik krijg daar vandaag antwoord op. Dus ik houd je op de hoogte.

Wanneer heb jij je producten uiterlijk in huis nodig?

Wat betreft de leveringen voor Azie. Deze liet jij zelf ophalen had ik toch goed begrepen?"

2.58.

Op 12 februari 2018 schrijft Duukies aan Sockshouse het volgende:

"Hebben jullie een update over de productie? Wanneer komt alles aan?"

2.59.

Diezelfde dag nog reageert Sockshouse als volgt:

"Ik heb nog steeds geen concreet antwoord gehad over de leveringen. We onze uiterste

best, maar voor [naam 2] weg gaat in ieder geval niet lukken. Ik ben bang dat we een gedeelte moeten laten vliegen. Zou jij kunnen aangeven, wat je met de meeste spoed nodig hebt?

Dan gaan we kijken wat we als eerste laten komen. De fabrikant heeft veel problemen

gehad vanwege de lage aantallen, dus is ook niet heel happig om wat voor ons te doen. Ik

ga er meteen na [naam 2] heen om de boel te bespreken."

2.60.

Op 15 februari 2018 schrijft Sockshouse aan Duukies:

"Ik ben er morgen niet helaas.

China is dicht, maar we gaan jouw klantorders naar voren schuiven. Verder zou ik voorstellen een gedeelte van wat je dan nog nodig hebt in te laten vliegen en een gedeelte op de boot laten gaan. Dan heb je in ieder gevat alvast wat voorraad."

2.61.

Op 23 februari 2018 schrijft Duukies aan Sockshouse:

"Weet jij al iets over de levering?

Mijn klanten beginnen er nu om te vragen."

2.62.

Die dag reageert Sockshouse als volgt:

"Ik krijg nog steeds geen contact met China. Ik ga vandaag weer proberen.

Sorry."

2.63.

Op 27 februari 2018 laat Sockshouse Duukies weten:

"Nog steeds radio stilte, maar ik blijf proberen. Officieel zijn ze morgen terug, ik had

alleen gehoopt, dat ze er eerder zouden zijn. Ik baal hier ook heel erg van. Ik vlieg er

volgende week sowieso heen om actie ter plekke te gaan ondernemen"

2.64.

Op 5 maart 2018 vraagt Duukies aan Sockshouse:

"Wanneer vlieg jij naar fabriek?

Ik moet vandaag echt iets weten, klanten worden nu

ongeduldig.

Dank alvast (….)"

2.65.

Sockshouse antwoordt die dag aan Duukies:

"Ik vlieg woensdag. Maar ben zondag of maandag ochtend in de fabriek.

Ik vind het ook super vervelend ik zit er iedere dag achteraan, maar ik krijg ook geen antwoorden. Ik baal er ook heel erg van. Net nog geprobeerd, maar geen gehoor. Ik blijf pushen."

2.66.

Sockshouse B.V. laat later die dag aan Duukies Beachsocks B.V. weten:

"Eind maart kunnen ze 10.000 paar klaar hebben. 15/4 is de rest klaar voor verzending.

Te laat, maar in ieder geval een datum nu. Ik ga zeker nog pushen wanneer ik er ben."

2.67.

Daarop schrijft Duukies Beachsocks B.V. die dag:

"Dit is onacceptabel helaas.

Dat is veel te laat, seizoen is dan al begonnen.

Hebben ze dan van alle kleuren iets klaar, of alleen alles van enkele kleuren?"

2.68.

En daarop weer Sockshouse B.V. die dag:

"Ik vind het ook supervervelend. Wanneer de goederen per boot vertrokken waren, zouden ze ook pas medio april hier zijn geweest. Dus wat levertijd betreft, maakt het niet uit. De vliegkosten nemen wij in eerste instantie voor onze rekening om alles binnen te krijgen en dan kijken of we dit kunnen claimen later bij de leverancier.

We gaan zorgen dat de klant orders als eerste klaar zijn. (…)"

2.69.

Op 11 maart 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V.:

"Ik zit nu bij de leverancier en er is wat onduidelijkheid over de artikel nummers en omschrijvingen. Soms staat er een andere omschrijving, soms weer een nummer.

(…)

Kan jij eens kijken of ik alle artikelen goed heb geplaatst?

(…)

Meeste fabric is binnen nu, we gaan zo kijken hoe we het kunnen gaan plannen, zodat je in ieder geval van alles wat gaat krijgen."

2.70.

Op 12 maart 2018 laat Duukies Beachsocks B.V. weten dat alles klopt.

2.71.

Op 19 maart 2018 vraagt Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V.:

"Heb je mij voor al data dat klanten hun orders kunnen ophalen?"

2.72.

Daarop laat Sockshouse B.V. die dag weten:

“Je klant orders staan 7 april klaar om opgehaald te worden. De rest wordt een week later

ingevlogen.

Ik hoop dat het allemaal nog te doen is, dit is echt het beste wat ik voor je heb kunnen regelen. Voor volgend seizoen moeten we dit anders gaan aanpakken en dan zal het ook zeker allemaal soepeler gaan lopen. Alle begin is moeilijk. Laten we dan met een tijdlijn gaan werken."

2.73.

Op 30 maart 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V.:

"7 april staat de eerste order klaar. Die kan dan opgehaald worden. Dan kunnen we air

freight gaan regelen voor de rest van deze order, verwachting is dat dat dan 14 april

weggaat. (papieren, aanmelden, transport naar het vliegveld) Afhankelijk van de

inklaringstijd, kunnen dan de goederen hier een week later binnenstaan. Soms iets sneller,

soms trager, daar hebben we helaas geen invloed op.

Ze zijn eergisteren begonnen met de extra aantallen. Dit wordt behandeld als een sample order en deze zou 40 dagen erover doen om klaar te zijn. Daarna kan deze verstuurd worden. Hoe wil je deze laten versturen?"

2.74.

In een e-mail van 3 april 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan de Chinese fabrikant:

"Could you please let us know what, sizes, weight etc is of the boxes that will be picked up on the 7th of april by our customers?"

2.75.

Op 6 april 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V.:

"Ik ben bezig met de leverancier om een compleet overzicht te krijgen voor al jouw

klanten. Echter is/was China dicht op 5 / 6 / 7 april door Spring Festival, dus zondag zullen

ze pas weer aan het werk gaan.

Maandag zal ik ze gelijk even bellen om het document toe te sturen, zodat jij ook geïnformeerd bent."

2.76.

Op 9 april 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan de Chinese fabrikant:

"(…) could you please sent asap all in information to our distributors?"

2.77.

Op 10 april 2018 schrijft de Chinese fabrikant aan Duukies Beachsocks B.V.:

"The good are not ready to pick up.

And I have not got the exact ready date. Will give you info after I get packing list from our supplier."

2.78.

Daarop schrijft Duukies Beachsocks B.V. die dag aan de Chinese fabrikant:

"Hope you understand this is not ok. But please give [naam 1] and [naam 4] an update, so we can inform our customers."

2.79.

Daarna die dag schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V.:

"Ik ga er vanuit dat je nog geen informatie hebt, maar ik hoop dat je begrijpt dat ik al

vanaf maandag ochtend geen informatie krijg over de status van de order en constant zelf

moet bellen/mailen hierover.

Ik zit met ongelooflijk veel boze distributeurs die op hun beurt weer uit moeten leveren nu het seizoen start. Het is nu weer bijna eind middag en weet nog niet waar ik aan toe ben. Graag hoor ik zsm wat de status is."

2.80.

Daarop reageert Sockshouse B.V. – nog steeds op 10 april 2018 – als volgt:

"Ik begrijp heel goed hoe belangrijk dit voor je is en [naam 4] en ik zijn hier volop mee bezig,

maar we hebben nu pas volledige informatie gekregen.

Wij dachten ook dat alles gewoon klaar zou zijn omdat niet gehoord hebben over vertragingen en als we er naar vroegen, kregen we gewoon de laatste bevestigde levertijd van ze door. Dus ook voor ons is dit een zeer onaangename verrassing. Het heeft alleen nu geen zin om de leverancier daar op dit

moment voor te straffen want dan ben ik bang dat we niets meer krijgen, hij wilde de

order al cancelen toen ik daar was omdat hij er nu al verlies op maakt. Ik heb gepusht om het toch door te zetten.

Ze hebben veel problemen met het maken van de artikelen, ze hebben veel defects en maken nog minder dan de helft van wat ze gepland hadden.

Ik weet dat je hier niets aan hebt. Ik ben ook ontzettend boos geworden op de leverancier. Ook omdat we dit nu pas horen. Het is echt wet van Murphy en het spijt me echt heel erg. Ik had gehoopt dat het anders zou zijn, maar het feit dat ze niet te bereiken waren, zegt al veel. Dit is echt 1 van onze beste leveranciers in China, dus ik weet niet wat er aan de hand is.

Ons team in China is nu extra personeel aan het regelen zodat ze zo snel mogelijk extra

productie kunnen maken.

Morgenochtend hebben we een totaal overzicht van wat wanneer geleverd gaat worden. We weten nu alleen dat er pas 3000 paar goede sokken klaar zijn."

2.81.

Op 11 april 2018 heeft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. telefonisch medegedeeld dat Sockshouse B.V. haar best blijft doen om de beachsocks zo spoedig mogelijk naar Nederland te laten komen.

2.82.

Daarop laat Duukies Beachsocks B.V. diezelfde dag in een e-mail aan Sockshouse B.V. weten:

"Fijn dat jullie er zo mee bezig zijn! Alles is uiteindelijk in het leven op te lossen denk ik dan maar!"

2.83.

Duukies Beachsocks B.V. schrijft op 11 april 2018 naar aanleiding van door van Sockshouse B.V. ontvangen foto’s van beachsocks die op dat moment klaar waren:

"Optie zou kunnen zijn, dat ik morgen vertrek, check of de socks nu klaar zijn goed genoeg zijn en vanuit daar kan beslissen of er door geproduceerd moet worden?

Het probleem zit in het feit dat het seizoen al een maand bezig is..over 4 wkn leveren wordt echt te laat."

2.84.

Diezelfde dag schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V.:

"Als de zending op tijd klaar was geweest en vertrokken zou zijn zoals afgesproken voor Chinese NY per boot, waren ze ook pas volgende week aangekomen. Toen we wisten dat dat niet haalbaar was voor de leverancier, hebben we afgesproken dat we ze zouden invliegen en als ze dan op 14 april weg zouden zijn gegaan, waren ze hier op dezelfde tijd geweest als wanneer ze met de boot vertrokken zouden zijn."

2.85.

Op 12 april 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V.:

"Nog even over de adult socks.

Hier hebben we het in de mail wisseling van 13 maart over gehad, maar daarna niet op terug gekomen. Die zitten er toch wel bij?

Omdat ik in de EAN code lijst de coderingen hiervoor niet zie staan?"

2.86.

Hierop reageert Sockshouse B.V. als volgt:

"Deze is nooit meegenomen in de order die je gestuurd hebt. En is dus ook nooit gecreëerd in ons systeem en dus ook niet ingekocht. Dit is later in een overzicht toegevoegd blijkbaar, wat ik in China toevallig zag bij de indeling per klant omdat de leverancier vragen had erover. Vandaar mijn vraag toen.

Als er orders geplaatst worden dan gaan wij ervan uit dat deze kloppen met de bestellingen die jij hebt gehad. Als deze afwijken, willen we ons best doen om daar nog iets aan te doen om jou te helpen, zoals de extra aantallen in het overzicht die niet besteld waren.

Maar een totaal ander artikel of maat is een ander verhaal."

2.87.

Op 13 april 2018 stuurt Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. een overzicht van de Chinese fabrikant door. Hierop reageert Duukies Beachsocks B.V. die dag als volgt:

"Dank voor de informatie.

Naar de huidige omstandigheid toch fijn dat op 17/18 april de eerste distributeurs uitgeleverd kunnen worden. Goed om te zien dat jullie je nu maximaal inzetten om de schade waar mogelijk te beperken.

Ik ga er wel van uit dat deze levering en de daaropvolgende Leveringen, voldoen aan de norm van de samples, zoals door jullie geleverd. Graag ontvang ik hier een bevestiging van.

De tweede Levering zal op 22/23 april uitgeleverd worden. Deze wordt ingevlogen en moet

dan nog ingeklaard worden. Ik schat in dat deze levering dan rond 30 april in ons

[naam 3] zat zijn.

De laatste bulk zal dan op basis van jouw informatie rond 7 mei in het [naam 3] aanwezig kunnen zijn. Graag ontvang ik een bevestiging van de planning.

Voor alle distributeurs geldt, dat te laat leveren serieuze consequenties heeft voor de

doorverkoop voor de retail. Zo worden bijvoorbeeld de beachsocks in Canada verkocht in

grote warenhuizen die met een leveringsplicht werken. Daar kan nu al niet aan worden

voldaan. Daarnaast heeft dit ook een serieuze impact op de online en webshop verkopen,

omdat het verkoopseizoen voor de voorjaarsvakanties simpelweg al is gestart en ik nu al

nee moet verkopen. Ik zal de komende weken inventariseren welke schade dit met zich

mee heeft gebracht voor Duukies Beachsocks. Op basis daarvan zat ik intern overleggen en

aansluitend het gesprek met jullie aangaan om te bezien hoe deze schade vergoed zal gaan

worden.

Voor nu hoop ik dat er geen verdere tegenslagen meer zullen zijn."

2.88.

Op 19 april 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V.:

"Ik heb zojuist de samples ontvangen, zien er goed uit. Heb jij ook foto’s gezien hoe het er uitziet met verpakking?"

2.89.

Op 23 april 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. het volgende:

"Ik heb net contact gehad met ons kantoor. De [naam 5] heeft de goederen gedeeltelijk

afgekeurd, dus ze zijn niet vertrokken omdat de aantallen nu niet meer voldeden aan wat er weg zou moeten zijn gegaan. Er is nu iemand van ons kantoor heen om de stand van zaken op te nemen. Ik heb gezegd dat alles wat er klaar is vandaag weg moet.

Ik houd je op de hoogte."

2.90.

Hierop reageert Duukies Beachsocks B.V. die dag als volgt:

"Hoe kan dit nu gebeuren? Dit is toch iets wat jullie hadden kunnen voorzien?

Ik begrijp dat er afgelopen zaterdag dus niets is verstuurd?

Ik weet nu niet meer waar vanuit te gaan, het is een complete puinhoop in jullie fabriek.

Ik hoor zo zsm graag een update wat klaar is en wederom wil ik track & codes ontvangen van wat er vertrokken is en wat niet."

2.91.

Daarop reageert Sockshouse die dag:

"Dit zijn de aantallen die nu allemaal verstuurd zijn. Het kan altijd even duren voordat het tracking nummer zichzelf heeft geüpdatet, en heb reeds contact gehad en het is ook daadwerkelijk verstuurd.

Ik heb nu ze een overzicht laten maken, welke ik morgenvroeg in mijn mail wil hebben, wat er per land nu nog verstuurd gaat worden en wanneer. Zodra ik deze heb zal ik je verder informeren."

2.92.

Duukies schrijft op 24 april 2018 aan Sockshouse B.V.:

"Ik heb zojuist een woedende klant uit Japan aan de lijn... hun order is dus niet verstuurd, alleen tabel is aangemaakt. Het is hun [naam 6] account en zij zien dit in de status.

Ik wil asap een bewijs zien dat het ook daadwerkelijk is verstuurd en mijn klant staat erop dat verzendkosten door fabriek betaald worden. Inmiddels zijn we weer 4 dagen verder dan afgesproken verzenddatum. Mijn klanten geloven mijn updates niet meer.

Graag hoor ik zsm wat nu de juiste informatie is vanuit jullie.

@ [naam 1] , kom jij nog even terug op de verzendkosten van Canada, zoals vorige week

besproken en dus nu ook Japan?"

2.93.

Daarop reageert Sockshouse B.V. die dag als volgt:

"Ze zijn aan het uitzoeken waarom het niet vertrokken is bij [naam 6] . Het stond er gisteren al."

2.94.

Op of omstreeks 25 april 2018 ontvangt Duukies Beachsocks B.V. in haar magazijn in Nederland een partij beachsocks. Op 26 april 2018 schrijft Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V.:

"Hoe fijn het ook is dat er nu al een deel in Nederland is, begrijp ik het toch niet helemaal?

Hier was niets over verteld aan ons?

En Italie en Denemarken hadden prioriteit…

We gaan hier op een later stadium nog wel over hebben, maar laat je weten als ook de rest aankomt in Nederland etc? En wanneer gaat Denemarken weg?

En zit in deze dozen voor Nederland dan ook de Italie order verpakt?"

2.95.

Op 1 mei 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. onder meer dat er in totaal 28.449 paar zijn geproduceerd, en dat er inmiddels 6.746 paar daadwerkelijk zijn geleverd of klaar zijn voor levering.

2.96.

Op 4 mei 2018 schijft Duukies Sockshouse dat zij alle afspraken met Sockshouse partieel ontbindt, voor zover daaraan nog geen uitvoering is gegeven op dat moment. Ook schrijft zij dat additionele leveringen niet meer door Duukies zullen worden afgenomen en geeft zij aan dat partijen in overleg kunnen treden over reeds geproduceerde maar nog niet geleverde beachsocks. Duukies houdt Sockshouse aansprakelijk voor de schade inclusief de gevolgschade en zij geeft aan dat zij eventueel door haar aan Sockshouse nog verschuldigde bedragen zal verrekenen met haar schade.

2.97.

Op 26 april 2018, 4 mei 2018 en 25 mei 2018 heeft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. facturen gestuurd.

2.98.

In een bij e-mail verzonden brief van 11 juli 2018 schrijft Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. onder meer het volgende:

Uiteindelijk zijn 6.771 paar (niet de door u genoemde 6.746 paar) van de bestelde 28.325 paar uitgeleverd voor 4 mei 2018. Op die datum heeft uw cliënte de overeenkomst met cliënte bij e-mail (partieel) ontbonden. Op dat moment verkeerde cliënte echter niet in verzuim, noch was nakoming blijvend onmogelijk. Ook is door uw cliënte geen ingebrekestelling aan cliënte verzonden.

Op 11 mei hebben cliënte en uw cliënte de situatie besproken. Toen stonden in China 17.640 paar gereed voor uitlevering, hetgeen bij e-mail van 16 en 25 mei ook nog eens expliciet onder de aandacht van uw cliënte gebracht is. Het verschil tussen dit totaal (17.640 + 6.771 = 24.411 paar) ten opzichte van het totaal van 28.325 paar, is veroorzaakt door ‘last minute wijzigingen’ van in orderaantallen door uw cliënte. Dat verschil is overigens in de week na 25 mei alsnog geproduceerd zodat thans 20.437 paar gereed staan voor uitlevering.

De kosten van de reeds uitgeleverde 6.771 paar zijn door cliënte gefactureerd aan uw cliënte. Het gaat om de navolgende facturen met telkens een betalingstermijn van 30 dagen:

- 1809551; 26-4-2018; € 2.583,35;

- 1810225; 4-5-2018; € 5.720,28;

- 1812050; 25-5-2018; € 2.135,00;

- 1812051; 25-5-2018; € 1.525,00;

- 1812052; 25-5-2018; € 3.470,90;

- 1812053; 25-5-2018; € 1.854,40;

- 1812054; 25-5-2018; € 4.803,75;

Totaal: € 22.092,68.

Tot dusver heeft uw cliënte niets betaald. De betalingstermijn van voornoemde facturen is reeds ruimschoots verstreken zodat uw cliënte ook rente en buitengerechtelijke kosten verschuldigd is ter zake deze gefactureerde bedragen. Ook heeft uw cliënte gemeld dat zij niets zal betalen en zij heeft de overeenkomst onterecht ontbonden. Uw cliënte heeft gemeld dat zij de 20.437 paar graag wel wenst te ontvangen en dat zij de ter zake verschuldigde koopsom zal verrekenen met haar pretense schade.

Die ‘oplossing’ is voor cliënte niet akkoord en dat heeft zij uw cliënte ook laten weten bij e-mail van 25 mei. Cliënte ziet ook niet in op welke grond zij gehouden zou zij de pretense schade van uw cliënte te vergoeden. Cliënte is niet tekort geschoten in enige verplichting jegens uw cliënte. Voor zover dat wel het geval zou zijn dan is de door uw cliënte genoemde schade niet veroorzaakt door cliënte maar door de leverancier en mede door uw cliënte zelf en daarnaast geldt dat aan de juridische voorwaarden voor schadevergoeding überhaupt niet voldaan is (verzuim). Ook geldt dat het door uw cliënte genoemde schadebedrag nergens anders op gebaseerd is dan op een reeks cijfers die uw cliënte zelf in een Exel tabel gezet heeft. Voor de goede orde: cliënte betwist de juistheid van de door uw cliënte genoemde schade. Cliënte heeft in haar e-mail van 25 mei uw cliënte de mogelijkheid geboden om terug te komen op de eerder door haar ingeroepen onterechte ontbinding. Bij e-mail van 29 mei 2018 heeft uw cliënte laten weten dat zij in haar standpunten volhardt. Thans is ook de betalingstermijn van voornoemde facturen ruimschoots verstreken. Een en ander maakt dat uw cliënte zelf in verzuim is.

Cliënte stelt uw cliënte hierbij aansprakelijk voor de door haar geleden en nog te lijden schade als gevolg van de tekortkoming van uw cliënte in de nakoming van haar verplichtingen jegens cliënte. Gezien de door uw cliënte betrokken standpunten ziet cliënte thans geen andere optie dan dat zij de overeenkomst hierbij ontbindt ter zake de nog uit te leveren producten. Zodra cliënte meer duidelijkheid heeft over de door haar daardoor geleden en te lijden schade zal zij dit aan uw cliënte mededelen."

3 Het geschil

in conventie

3.1.

Duukies vordert na vermeerdering van eis – samengevat – om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:a. te verklaren voor recht dat Sockshouse ter zake van haar verplichting tot productie en levering van de samples voor seizoen 2018 met ingang van 1 juli 2017 in verzuim verkeerde, althans met ingang van een datum in goede justitie te bepalen;

b. te verklaren voor recht dat Sockshouse ter zake van haar verplichting tot productie en levering van de orders van Duukies voor seizoen 2018 met ingang van 16 februari 2018 in verzuim verkeerde, althans met ingang van een datum in goede justitie te bepalen;

c. te verklaren voor recht dat Sockshouse ter zake van haar verplichting tot productie en levering van de samples voor seizoen 2019 met ingang van 1 maart 2018 in verzuim verkeerde, althans met ingang van een datum in goede justitie te bepalen;

d. te verklaren voor recht dat Duukies de overeenkomst met Sockshouse bij e-mail van 4 mei 2018 rechtsgeldig en partieel heeft ontbonden met betrekking tot de levering van 21.229 paar beachsocks;

e. te verklaren voor recht dat Duukies de overeenkomst met Sockshouse bij e-mail van 4 mei 2018 rechtsgeldig en partieel heeft ontbonden met betrekking tot de levering van de samples van haar collectie voor het seizoen 2019;

f. te verklaren voor recht dat Sockshouse aansprakelijk is voor de schade die Duukies heeft geleden en nog zal lijden;

g. Sockshouse te veroordelen tot betaling van € 280.495,00, althans een schadebedrag in goede justitie te bepalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 februari 2018, althans vanaf 4 mei 2018, althans vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van voldoening;

h. Sockshouse te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten van € 2.973,56, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van voldoening;

i. Sockshouse (primair) te bevelen om binnen 50 dagen na betekening van het vonnis alle 17.640 paar beachsocks inclusief de verpakkingen op eigen kosten naar Nederland te vervoeren en in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van Duukies in Nederland te doen vernietigen, althans (subsidiair) Sockshouse te bevelen om binnen 30 dagen na betekening van het vonnis alle 17.640 paar beachsocks inclusief de verpakkingen op eigen kosten in China te doen vernietigen en binnen deze termijn deugdelijk bewijs van de vernietiging aan Duukies over te leggen;

j. aan het bepaalde onder i een dwangsom te verbinden van € 35.000,00 ineens, alsmede een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat Sockshouse in gebreke blijft om tijdig en volledig te voldoen aan het bevel, gevorderd onder i, tot een maximum van € 100.000,00;

k. Sockshouse te veroordelen tot betaling van de proceskosten met inbegrip van de nakosten, vermeerderd met rente.

3.2.

Duukies legt aan haar vorderingen het volgende ten grondslag.

Tussen partijen is een gemengde koop-/aannemingsovereenkomst tot stand gekomen. Op grond van deze overeenkomst heeft Sockshouse zich verbonden om voor Duukies tegen betaling van een vaste prijs beachsocks te produceren via haar fabriek in China. Dit betreft de productie van de samples van de collectie voor de seizoenen 2018 en 2019 en de orders van de collectie voor seizoen 2018. Partijen zijn overeengekomen dat de samples van de collectie voor seizoen 2018 eind juni 2017 geleverd moesten worden, dat de orders van de collectie seizoen 2018 vòòr Chinees Nieuwjaar (ofwel vòòr 16 februari 2018) geleverd moesten worden en dat de samples van de collectie voor seizoen 2019 op 1 maart 2018 geleverd moesten worden. De samples van de collectie voor seizoen 2018 zijn zes maanden later geleverd dan was afgesproken. Dat is veel te laat. Met betrekking tot de orders is de fatale leverdatum niet gehaald. Dit leidt ertoe dat het verzuim van Sockshouse met ingang van 16 februari 2018 zonder ingebrekestelling is ingetreden. Begin mei 2018 heeft Duukies slechts een klein deel van haar orders (minder dan 25%) geleverd gekregen. Deze beachsocks voldeden niet aan de kwaliteitseisen die Duukies hieraan mocht stellen. Op 4 mei 2018 heeft Duukies de overeenkomst partieel ontbonden wat betreft de orders voor seizoen 2018 en de samples voor seizoen 2019 die nog niet door Sockshouse waren geleverd. Zij was hiertoe gehouden op grond van artikel 6:265 BW. Door de ontbinding is Duukies bevrijd van haar verplichtingen. Op grond van artikel 6:277 BW is Sockshouse verplicht om de schade te vergoeden die Duukies heeft geleden en nog zal lijden als gevolg van de partiële ontbinding van de overeenkomst. Ook is Sockshouse aansprakelijk voor de schade die Duukies heeft geleden als gevolg van de grote vertraging van de wel geleverde beachsocks en de slechte kwaliteit van deze beachsocks. Deze schade is door Duukies vooralsnog begroot op een bedrag van € 280.495,00. Daarnaast maakt Duukies aanspraak op de buitengerechtelijke incassokosten. Na de partiële ontbinding heeft Sockshouse Duukies geïnformeerd dat er in haar fabriek in China 17.640 paar beachsocks gereed staan. Duukies heeft geweigerd om deze beachsocks alsnog af te nemen. De beachsocks genieten auteursrechtelijke bescherming. Duukies heeft er belang bij dat zij niet in het handelsverkeer worden gebracht en dat zij worden vernietigd. Sockshouse is aansprakelijk voor de daarmee gepaard gaande kosten.

3.3.

Sockshouse voert hiertegen het volgende verweer.

Partijen hebben een bemiddelingsovereenkomst gesloten en een generieke overeenkomst van opdracht met betrekking tot de begeleiding van de productie van de beachsocks, waarbij Sockshouse een inspanningsverplichting op zich heeft genomen. Zij heeft nooit de verplichting op zich genomen om de samples/orders van Duukies te produceren. Uit e-mailcorrespondentie tussen partijen blijkt dat Sockshouse heeft aangegeven slechts te kunnen bemiddelen tussen Duukies en een Chinese fabrikant waar zij vaker zaken mee deed. Sockshouse is haar inspanningsverplichting naar behoren nagekomen. Zij kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor levertijden en de door Duukies beweerde gebrekkige kwaliteit van de beachsocks. De geleverde beachsocks waren overigens kwalitatief in orde en voldeden aan de door Duukies zelf gestelde eisen. Indien de kwaliteit echt zo slecht was als door Duukies gesteld, had Duukies dit ten tijde van de oplevering redelijkerwijs moeten ontdekken. Op grond van artikel 7:758 lid 3 BW is Sockshouse niet aansprakelijk.

Partijen hebben nooit gesproken over een strakke tijdsplanning en er zijn geen fatale levertermijnen overeengekomen. Er kan door Duukies geen beroep worden gedaan op artikel 6:83a BW. Voor zover de vertraagde leveringen aan Sockshouse te wijten zijn, had Duukies aan Sockshouse een ingebrekestelling moeten sturen, hetgeen zij niet heeft gedaan. Van een verzuim zijdens Sockshouse is dan ook geen sprake. Duukies mocht de overeenkomst niet partieel ontbinden en zij heeft geen recht op schadevergoeding. Indien Sockshouse toch verantwoordelijk is voor de schade, beroept Sockshouse zich op eigen schuld (artikel 6:101 BW) aan de zijde van Duukies. De vertraging in de productie en de levering is veroorzaakt door gedragingen van Duukies zelf. De schadevergoedingsplicht van Sockshouse dient daarom op nihil te worden gesteld. Daarnaast heeft Duukies de door haar gevorderde schade onvoldoende onderbouwd, dan wel ontbreekt het causaal verband tussen de schade en het handelen van Sockshouse. Bij toewijzing van (één van) de vorderingen verzoekt Sockshouse de rechtbank om de gevorderde uitvoerbaar bij voorraad verklaring af te wijzen, dit met het oog op het restitutierisico. De financiële situatie van Duukies is al jaren zeer slecht.

Subsidiair verzoekt Sockshouse dat door Duukies zekerheid wordt gesteld tot het bedrag van de veroordeling, dan wel tot een door de rechtbank te bepalen bedrag, door middel van een bankgarantie.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

in reconventie

3.5.

Sockshouse vordert in reconventie – samengevat – om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

1. Duukies te veroordelen tot betaling van € 22.092,68 vermeerderd met de wettelijke handelsrente hierover vanaf 4 mei 2018 tot de dag van voldoening;

2. Duukies te veroordelen tot betaling van € 53.802,00 aan schadevergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 29 mei 2018 tot de dag van voldoening;

3. Duukies te veroordelen om aan Sockshouse te betalen de kosten van vernietiging van de beachsocks, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente;

4. Duukies te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten van € 995,93, vermeerderd met rente indien voldoening niet binnen veertien dagen na het vonnis plaatsvindt;

5. Duukies te veroordelen tot betaling van de proceskosten, vermeerderd met rente.

3.6.

Sockshouse legt aan haar vorderingen ten grondslag dat zij voor 1 mei 2018 6.771 paar beachsocks heeft geproduceerd, die zijn geleverd aan Duukies. Zij heeft hiervoor zeven facturen aan Duukies verzonden van in totaal € 22.092.68.

Uit mededelingen van Duukies heeft Sockshouse mogen afleiden dat Duukies voor deze goederen niet zou betalen omdat zij de facturen met haar schade zou verrekenen. Door die mededelingen raakte Duukies, na het verstrijken van de betalingstermijn van de facturen, van rechtswege in verzuim. Naast het totale factuurbedrag maakt Sockshouse aanspraak op de wettelijke handelsrente en de buitengerechtelijke incassokosten. Op 16 mei 2018 stonden de resterende 17.640 paar beachsocks klaar bij de producent in China. Bij brief van 11 juli 2018 heeft Sockshouse de overeenkomst met Duukies ontbonden ter zake van de nog uit te leveren producten. De schade die Sockshouse hierdoor lijdt, bedraagt € 53.802,00 (17.640 maal € 3,05). Ook lijdt Sockshouse schade omdat de beachsocks die nog in China staan, vernietigd moeten worden. Zij stelt Duukies aansprakelijk voor deze kosten.

3.7.

Duukies voert hiertegen verweer. Zij betwist de hoogte van de facturen van Sockshouse nu de prijs van € 3,05 alleen geldt voor de beachsocks die in Nederland zijn geleverd. Duukies heeft erop vertrouwd dat Sockshouse voor de beachsocks die in China zijn uitgeleverd, de kosten voor import duty en levering in Nederland niet zou doorberekenen. Daarnaast beroept zij zich op verrekening van deze facturen met de door haar geleden schade, zoals gevorderd in conventie.

Voor de gevorderde schade van € 53.802,00 ontbreekt een grondslag. Omdat Sockshouse reeds in verzuim verkeerde, kon Duukies niet in verzuim raken en mocht Sockshouse de overeenkomst niet partieel ontbinden op 11 juli 2018. Daarbij geldt dat de overeenkomst al partieel was ontbonden door Duukies. Ook heeft Sockshouse nagelaten om haar schade te onderbouwen. Duukies gaat ervan uit dat Sockshouse de Chinese fabrikant aansprakelijk heeft gehouden voor de schade die zij Duukies moet vergoeden. Wat betreft de vernietigingskosten betwist Duukies dat deze voor haar rekening komen, gelet op hetgeen zij in conventie heeft aangevoerd.

3.8.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

kwalificatie overeenkomst

4.1.

Tussen partijen staat vast dat zij een overeenkomst met elkaar hebben gesloten. Partijen zijn echter verdeeld over de vraag hoe de overeenkomst tussen hen gekwalificeerd dient te worden.

4.2.

Volgens Duukies hebben partijen een gemengde koop-/aannemingsovereenkomst gesloten. Sockshouse heeft de verplichting op zich genomen de beachsocks te produceren. Voor deze productie heeft Sockshouse gebruik gemaakt van één van haar leveranciers in China. Partijen zijn een prijs per paar beachsocks overeengekomen. Voor de beachsocks die in Nederland worden geleverd bedraagt de prijs inclusief import duty € 3,05. Voor de beachsocks die deel uitmaken van de orders die door de distributeurs direct bij de fabriek in China konden ophalen geldt een lager bedrag, aldus Duukies.

4.3.

Sockshouse betwist dat zij de verplichting op zich heeft genomen om voor Duukies Beachsocks B.V. de beachsocks te produceren. Sockshouse B.V. heeft slechts te kennen gegeven te kunnen bemiddelen tussen Duukies Beachsocks B.V. en de Chinese fabrikant waarmee Sockshouse B.V. vaker zaken mee deed. Een en ander blijkt ook uit het e-mailbericht van Duukies Beachsocks B.V. van 19 januari 2017 (rov 2.6), waarin volgens Sockshouse B.V. wordt gesproken over welke faciliteiten van Sockshouse B.V. Duukies Beachsocks B.V. gebruik zou kunnen maken. Sockshouse heeft Duukies tijdens die productie begeleid. Sockshouse B.V. was slechts een doorgeefluik: zij speelde de informatie vanuit de Chinese fabriek door aan Duukies Beachsocks B.V. en weer terug. Dit blijkt uit een groot aantal e-mailberichten. Van het overeengekomen bedrag ad € 3,05 per paar, betreft een bedrag van

€ 1,10 commissie voor Sockshouse, aldus Sockshouse B.V..

4.4.

In reactie hierop weerspreekt Duukies dat de overeenkomst tussen partijen kan worden gekwalificeerd als een bemiddelingsovereenkomst en een overeenkomst van opdracht. Duukies voert aan dat Sockshouse zelf een overeenkomst met de Chinese fabrikant is aangegaan wat betreft de productie van de beachsocks. Duukies heeft haar orders bij Sockshouse geplaatst en Sockshouse heeft op haar beurt een order bij de fabriek in China geplaatst, aldus Duukies. Daarbij verwijst Duukies naar een e-mailbericht van Sockshouse van 12 april 2018 (rov 2.86). Volgens Duukies Beachsocks B.V. erkent Sockshouse B.V. hierin dat Duukies Beachsocks B.V. haar orders bij Sockshouse B.V. heeft geplaatst en dat Sockshouse B.V. op haar beurt zélf de beachsocks bij haar fabriek heeft ingekocht. Verder wijst Duukies erop dat alleen Sockshouse en niet Duukies met de fabriek in China heeft gecommuniceerd. Tot april 2018 was Duukies ook niet bekend met contactgegevens van de fabriek in China. Ook heeft Sockshouse aan Duukies facturen

gestuurd voor 6.771 paar beachsocks. Uit het feit dat Sockshouse facturen heeft gestuurd kan al niet blijken dat partijen een bemiddelingsovereenkomst hebben gesloten. Sockshouse heeft bovendien nimmer met Duukies gesproken over een commissie per paar beachsocks.

4.5.

Sockshouse stelt vervolgens op haar beurt dat Duukies miskent dat Sockshouse in eigen naam kan handelen met de Chinese fabrikant maar steeds voor rekening van Duukies. Bij mengvormen, wanneer sprake is van een overeenkomst op grond waarvan de ene partij verplicht is voor rekening van de andere partij rechtshandelingen te verrichten, zijn de bepalingen ter zake van lastgeving van overeenkomstige toepassing. Dit volgt uit artikel 7:424 BW. Lastgeving sluit aanneming van werk uit. Dat Sockshouse aldus op eigen naam maar voor rekening van Duukies heeft gehandeld, maakt dat de Chinese fabrikant aan Sockshouse factureert en dat Sockshouse aan Duukies factureert, aldus Sockshouse.

4.6.

De rechtbank stelt voorop dat het antwoord op de tussen partijen verdeeld houdende vraag wordt bepaald door hetgeen hen bij het sluiten van de overeenkomst voor ogen stond (de bedoeling van partijen), mede in aanmerking genomen de wijze waarop partijen feitelijk aan de overeenkomst uitvoering hebben gegeven en aldus daaraan inhoud hebben gegeven.

4.7.

Op Duukies rust op grond van artikel 150 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) de verplichting de feiten te stellen en – in geval van gemotiveerde betwisting – te bewijzen die, indien bewezen, tot de conclusie leiden dat sprake is van een koop-/ aannemingsovereenkomst. Duukies beroept zich immers op de rechtsgevolgen hiervan.

4.8.

Ingevolge artikel 7:1 BW is koop de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de ander om daarvoor een prijs in geld te betalen.

4.9.

Ingevolge artikel 7:750 lid 1 BW is aanneming van werk de overeenkomst waarbij de ene partij, de aannemer, zich jegens de andere partij, de opdrachtgever, verbindt om buiten dienstbetrekking een werk van stoffelijke aard tot stand te brengen en op te leveren, tegen een door de opdrachtgever te betalen prijs in geld.

4.10.

Het is bij de aanneming van werk een heel gangbaar patroon dat degene die het initiatief neemt om een werk tot stand te doen brengen, de uitvoering daarvan integraal aan één aannemer opdraagt en deze aannemer vervolgens op zijn beurt een of meer onderdelen van het werk, onder eigen verantwoordelijkheid, aan een of meer derden in onderaanneming uitbesteedt. In deze structuur bestaat geen contractuele rechtsverhouding tussen de initiatiefnemer en een bij het werk betrokken onderaannemer (zie: Asser/Van den Berg 7-VI 2017/190).

4.11.

Ingevolge artikel 7:425 BW is de bemiddelingsovereenkomst de overeenkomst van opdracht waarbij de ene partij, de opdrachtnemer, zich tegenover de andere partij, de opdrachtgever, verbindt tegen loon als tussenpersoon werkzaam te zijn bij het tot stand brengen van een of meer overeenkomsten tussen de opdrachtgever en derden.

4.12.

Naar het oordeel van de rechtbank heeft Duukies voldoende onderbouwd dat tussen partijen een koop-/aannemingsovereenkomst is gesloten. Hierbij heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen. Sockshouse B.V. presenteert zich op haar website – onder meer – als producent van beenmode (rov 2.2). Voor de productie van de beachsocks, zijnde de vervaardiging van een werk van stoffelijke aard, kan uit onder meer de e-mail van 3 maart 2017 worden afgeleid dat Sockshouse B.V. een fabriek heeft ingeschakeld (zie rov 2.8). Duukies Beachsocks B.V. heeft haar orders ter zake van de productie en levering van de beachsocks uitsluitend bij Sockshouse B.V. geplaatst (zie bijvoorbeeld rov’s 2.9, 2.50, 2.54 en 2.86). Over de betalen prijs per paar beachsocks hebben partijen uitsluitend met elkaar gesproken (rov’s 2.13 tot en met 2.15, 2.20, 2.41. 2.42 en 2.49). Het is ook die prijs – € 3,05 per paar beachsocks – die Sockshouse B.V. middels facturen op haar naam in rekening heeft gebracht bij Duukies Beachsocks B.V.. Sockshouse B.V. meent ook dat Duukies Beachsocks B.V. de in rekening gebrachte bedragen in haar geheel aan Sockshouse B.V. moet betalen. Ervan uitgaande dat de zinsnede ‘onze fabriek’ in de e-mail van Sockshouse B.V. van 3 maart 2017 niet letterlijk moet worden opgevat, blijkt uit het voorgaande voldoende dat Sockshouse B.V. de productie van de beachsocks in onderaanneming aan de Chinese fabrikant heeft uitbesteed. Duukies Beachsocks B.V. heeft kennelijk in dat verband erop gewezen dat zij geen overeenkomst met een Chinese fabrikant heeft gesloten en dat zij tot april 2018 niet eens bekend was met de (contact)gegevens van de desbetreffende fabrikant. Deze toelichting heeft Sockshouse B.V. niet, althans onvoldoende, weersproken. Duukies Beachsocks B.V. heeft voldoende onderbouwd dat met betrekking tot deze overeenkomst Duukies Beachsocks B.V. heeft opgetreden als opdrachtgever, Sockshouse B.V. als hoofdaannemer en de Chinese fabrikant als onderaannemer.

4.13.

Daartegenover heeft Sockshouse B.V. geen concrete feiten en omstandigheden gesteld waaruit volgt dat tussen partijen een bemiddelingsovereenkomst is gesloten en dat door bemiddeling van Sockshouse B.V. tussen Duukies Beachsocks B.V. en de Chinese fabrikant een overeenkomst over de productie en levering van de beachsocks is gesloten. Uit de hiervoor weergegeven mailcorrespondentie blijkt noch het een noch het ander. Uit niets blijkt dat er tussen Duukies en de Chinese fabrikant een overeenkomst is gesloten voor de productie van de beachsocks. Uit niets blijkt dat partijen zijn overeengekomen dat Duukies een bemiddelingsvergoeding (provisie) aan Sockshouse verschuldigd was. Uit de verklaring van de heer [naam 7] , voormalig directeur van Sockshouse, ter comparitie blijkt dat partijen nooit met elkaar over een commissie hebben gesproken maar wel over een prijs voor de beachsocks. Het verweer dat tussen partijen sprake is van een bemiddelingsovereenkomst en een – daaropvolgende – overeenkomst van opdracht wordt door de rechtbank dan ook verworpen. Dat betekent dat niet wordt toegekomen aan een beoordeling van het betoog van Sockshouse dat zij uit hoofde van die overeenkomsten op eigen naam maar voor rekening van Duukies zou hebben gehandeld.

4.14.

Gelet op het voorgaande gaat de rechtbank ervan uit dat hier aan de orde zijnde overeenkomst tussen partijen gekwalificeerd dient te worden als een koop-/aannemingsovereenkomst.

fatale levertermijnen overeengekomen?

4.15.

Partijen zijn voorts verdeeld over het antwoord op de vraag of voor de levering van de samples voor de seizoenen 2018 en 2019 en de orders voor seizoen 2018 fatale leveringstermijnen zijn overeengekomen. De rechtbank overweegt hierover als volgt.

4.16.

Op grond van artikel 6:74 lid 1 BW verplicht iedere toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de verbintenis de schuldenaar tot schadevergoeding. Ingevolge het tweede lid van dat artikel vindt het eerste lid slechts toepassing, tenzij de nakoming blijvend onmogelijk is, indien de schuldenaar in verzuim is komen te verkeren met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de artikelen 6:81 BW e.v. is bepaald.

4.17.

In artikel 6:82 lid 1 BW is bepaald dat verzuim van een schuldenaar intreedt wanneer de schuldenaar in gebreke wordt gesteld bij een schriftelijke aanmaning waarbij hem een redelijke termijn voor de nakoming wordt gesteld en nakoming binnen deze termijn uitblijft.

4.18.

In artikel 6:83 BW is (in de aanhef en onder a) bepaald dat het verzuim zonder ingebrekestelling intreedt wanneer een voor voldoening bepaalde termijn verstrijkt zonder dat de verbintenis is nagekomen (“fatale termijn”), tenzij blijkt dat de termijn een andere strekking heeft.

4.19.

De vraag hoe een overeenkomst moet worden uitgelegd kan niet worden beantwoord op grond van alleen de taalkundige uitleg daarvan. Het komt daarbij aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze overeenkomst mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (vgl. HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635 Haviltex).

wel of niet fatale termijn: ten aanzien van de samples voor seizoen 2018

4.20.

Duukies stelt dat partijen ten aanzien van de samples voor seizoen 2018 een leverdatum van eind juni 2017 zijn overeengekomen. Daarvoor verwijst zij naar de e-mail van Sockshouse van 12 juni 2017 (rov 2.23), waarin Sockshouse schrijft dat de samples eind juni klaar zijn. Op 30 juni 2017 laat Sockshouse B.V. Duukies Beachsocks B.V. echter weten dat deze leverdatum niet wordt gehaald (rov 2.27), aldus Duukies Beachsocks B.V..

4.21.

Sockshouse heeft echter gemotiveerd betwist dat partijen met betrekking tot de levering van de samples een fatale levertermijn zijn overeengekomen. Zij heeft daarbij gewezen op de e-mail van Duukies Beachsocks B.V. van 22 mei 2017 (rov 2.14). Hieruit blijkt dat zij aan Sockshouse B.V. opdracht heeft gegeven om de samples te produceren en te leveren en daarbij door het gebruik van het woord “hopelijk” hooguit de wens heeft geuit dat de levering zo spoedig mogelijk gebeurt. Dat Duukies Beachsocks B.V. ook in haar e-mail van 7 juni 2017 aan Sockshouse B.V. vraagt wanneer de samples “ongeveer” klaar zullen zijn (rov 2.21), wijst niet op het bestaan van een fatale leverdatum op dit punt. Dat Sockshouse B.V. daarop bij genoemde e-mail van 12 juni 2017 laat weten dat de samples eind juni klaar zijn, is dan ook onvoldoende om te moeten aannemen dat partijen terzake een fatale termijn zijn overeengekomen. Partijen zijn op dat moment hooguit een geplande levertermijn – zonder ingebrekestellende kracht – overeengekomen. Gesteld noch gebleken is dat partijen na 12 juni 2017 alsnog voor de samples seizoen 2018 een fatale termijn zijn overeengekomen. Nu vaststaat dat Duukies Sockshouse ter zake van een niet tijdige levering van de samples 2018 geen ingebrekestelling in de zin van artikel 6:82 lid 1 BW heeft verstuurd, is Sockshouse B.V. in zoverre niet in verzuim komen te verkeren. De gevorderde verklaring voor recht dat Sockshouse met betrekking tot de productie en levering van de samples voor seizoen 2018 in verzuim verkeerde, wordt daarom afgewezen.

wel of niet fatale termijn: ten aanzien van de orders voor seizoen 2018

4.22.

Duukies stelt zich onder verwijzing naar de correspondentie van 22 november 2017 op het standpunt dat partijen ter zake van de levering van de orders voor seizoen 2018 hebben afgesproken dat de volgende vier klanten (distributeurs) vóór 16 februari 2018 hun orders direct bij de fabriek in China kunnen ophalen:

• [naam 8] (Japan);

• [naam 9] (Canada);

• [naam 10] (Thailand);

• [naam 11] (HongKong).

De overige orders zouden vóór 16 februari 2018 (voor Chinees Nieuwjaar) worden verscheept naar Nederland, waardoor zij uiterlijk eind maart, begin april 2018, afgeleverd zouden worden bij het magazijn van Duukies in Nederland, aldus Duukies.

4.23.

Ter comparitie brengt Duukies Beachsocks B.V. onder verwijzing naar de e-mail van Sockshouse B.V. van 19 maart 2018 (rov 2.72) naar voren dat partijen een tweede fatale termijn zijn overeengekomen.

4.24.

De rechtbank overweegt dat in de hiervoor onder rov 4.23 weergegeven stelling ligt besloten de stelling van Duukies Beachsocks B.V. dat partijen over de leverdata ten aanzien van de orders voor seizoen 2018 – na de eerdere in rov 4.22 geschetste afspraak – nieuwe afspraken hebben gemaakt.

4.25.

Sockshouse B.V. betwist (reeds in punt 69 van haar conclusie van antwoord) dat partijen met de door Duukies Beachsocks B.V. genoemde e-mail van 19 maart 2018 (rov 2.72) (opnieuw) fatale levertermijnen ter zake van de collectie 2018 zijn overeengekomen. Sockshouse B.V. wijst erop dat uit die e-mail volgt dat het volgend jaar wél met een tijdlijn moet worden gewerkt. Dat betekent dat voor deze order geen (heldere) deadlines zijn overeengekomen, aldus Sockshouse B.V..

4.26.

De rechtbank overweegt als volgt. De door Duukies Beachsocks B.V. aangehaalde e-mail van 19 maart 2018 (rov 2.72) staat niet op zichzelf. Vanaf 15/16 januari 2018 waren de eerste tekenen dat de productie van de orders voor het seizoen 2018 niet vlotte zoals partijen – dat in ieder geval – hadden gehoopt. De rechtbank verwijst hiervoor naar de e-mail van Sockshouse B.V. van 16 januari 2018 (rov 2.57). Op 12 februari 2018 wordt duidelijk dat levering, althans de inscheping vóór ‘ [naam 2] ’, aldus uiterlijk 15 februari 2018, niet wordt gehaald. Dit blijkt uit de e-mail van Sockshouse B.V. van 12 februari 2018 (rov 2.59). Vaststaat dat partijen na die tijd met elkaar zijn blijven corresponderen over de levering van de beachsocks (rov’s 2.60 tot en 2.70). Zo bericht Sockshouse B.V. op 5 maart 2018 dat ze eind maart 10.000 paar klaar hebben en dat op 15 april de rest klaar is voor verzending (rov 2.66) en reageert Duukies Beachsocks B.V. hierop door te schrijven dat dat veel te laat is (rov 2.67). Op 19 maart 2018 vraagt Duukies Beachsocks B.V. aan Sockshouse B.V. opnieuw naar leverdata (rov 2.71). Hierop geeft Sockshouse B.V. in die eerdergenoemde e-mail van die dag een concreet antwoord (rov 2.72). Op 30 maart 2018 verduidelijkt Sockshouse B.V. dat ten aanzien van de orders die worden ingevlogen dat deze op 14 april 2018 weggaan en 21 april 2018 in Nederland kunnen zijn (rov 2.73). In haar e-mail van 11 april 2018 (rov 2.84) bevestigt Sockshouse B.V. ook zowel de door Duukies Beachsocks B.V. gestelde eerdere als nieuwe afspraak. Duukies Beachsocks B.V. heeft de correspondentie met Sockshouse B.V. voortgezet en op de nieuwe leverdata niet gereageerd.

4.27.

Gelet op het voorgaande neemt de rechtbank als vaststaand aan dat partijen op 19 maart 2018 ter zake van de orders voor seizoen 2018 – al dan niet opnieuw – fatale levertermijnen zijn overeengekomen. Voor de in rov 4.22 genoemde klanten van Duukies Beachsocks B.V. die hun orders bij de fabriek in China konden ophalen zijn partijen als (nieuwe) fatale levertermijn 7 april 2018 overeengekomen. Voor de – overige – orders die moesten worden ingevlogen is als fatale levertermijn 21 april 2018 overeengekomen.

4.28.

Gesteld noch gebleken is dat partijen nadien van die afspraken zijn teruggekomen. Hierbij heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen. Op 13 april 2018 stuurt Sockshouse B.V. aan Duukies Beachsocks B.V. een overzicht van de Chinese fabrikant door. Hierop reageert Duukies Beachsocks B.V. met haar e-mail van 13 april 2018 (rov 2.87). Uit deze e-mail van Duukies Beachsocks B.V. blijkt dat zij uitsluitend om schade te beperken de door Sockshouse B.V. toegezegde leveringen, zoals verwoord in deze e-mail, zal afnemen en Duukies Beachsocks B.V. aldus niet weer opnieuw latere levertermijnen wilde overeenkomen.

4.29.

Vaststaat dat Sockshouse de fatale levertermijnen, zoals geschetst in rov 4.27, niet heeft gehaald waardoor zij in verzuim is komen te verkeren. De gevorderde verklaring voor recht ter zake van haar verplichting tot productie en levering van de orders van Duukies voor seizoen 2018 zal dan ook worden afgewezen voor zover die betrekking heeft op een leverdatum van 16 februari 2018 en zal worden toegewezen als na te melden.

wel of niet fatale termijn: ten aanzien van de samples seizoen 2019

4.30.

Duukies stelt zich op het standpunt dat partijen voor de samples seizoen 2019 een fatale leverdatum van 1 maart 2018 zijn overeengekomen.

4.31.

Sockshouse betwist dat partijen terzake een fatale levertermijn zijn overeengekomen.

4.32.

De rechtbank overweegt dat het aan Duukies Beachsocks B.V. is om nadere feiten en omstandigheden te stellen waaruit volgt dat partijen ten aanzien van de samples 2019 fatale termijnen zijn overeengekomen. Ter comparitie heeft Duukies Beachsocks B.V. verwezen naar haar e-mailbericht van 11 januari 2018 (rov 2.54). Uit dit bericht blijkt echter niet dat Duukies Beachsocks B.V. aan deze opdracht een levertermijn wenst te verbinden. Haar ter comparitie ingenomen stelling dat het gebruikelijk is dat sampleorders binnen 40 dagen worden geleverd, kan Duukies Beachsocks B.V. niet baseren op een wijsheid achteraf. Van dit laatste is kennelijk sprake omdat Duukies Beachsocks B.V. ermee volstaat te verwijzen naar een e-mailbericht van Sockshouse aan haar van 30 maart 2018 (rov 2.73) waarin staat vermeld dat een sample order binnen 40 dagen klaar is en deze daarna kan worden verstuurd. Gelet op het voorgaande heeft Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende gesteld dat partijen ten aanzien van de samples seizoen 2019 fatale levertermijnen zijn overeengekomen. De daarop gebaseerde verklaring voor recht komt daarom niet voor toewijzing in aanmerking.

ten aanzien van de kwaliteit van de geleverde beachsocks

4.33.

Duukies voert aan dat de geleverde beachsocks niet voldoen aan de kwaliteitseisen die Duukies hieraan mag stellen. Zij stelt dat zij in de loop van juni 2018 klachten van gebruikers van de beachsocks heeft ontvangen die uitwijzen dat er stof van een slechte kwaliteit is gebruikt, dat het antislipzooltje niet deugdelijk is en dat het stiksel/de stiknaden onnauwkeurig zijn aangebracht. Ter onderbouwing van haar stellingen verwijst zij naar e-mails en foto’s die zij als productie 52 bij de dagvaarding in het geding heeft gebracht. Ook voert zij aan dat er tijdens het productieproces veel defecten waren en dat een deel van de productie door de fabrikant en/of Sockshouse is afgekeurd.

4.34.

Sockshouse betwist dat de door haar geleverde beachsocks kwalitatief niet in orde waren. Zij wijst erop dat Duukies foto’s in het geding heeft gebracht van beachsocks met patronen van flamingo’s en palmbomen die niet door de Chinese fabrikant zijn geproduceerd. Kennelijk heeft zij oude voorraad, afkomstig van een andere fabrikant, aan haar klanten geleverd. Verder wijst Sockshouse B.V. erop dat de enige specificatie die Duukies Beachsocks B.V. ter zake van de kwaliteit aan Sockshouse B.V. kenbaar heeft gemaakt testrapporten van TÜV zijn. Blijkens die rapporten is getest op de volgende

eigenschappen: is het gebruikte garen 100% nylon, kunnen de zooltjes meer dan 5.000 schuurbewegingen maken en voldoen de producten aan de voorwaarden voor “UV50+”. Sockshouse B.V. heeft de beachsocks laten testen door het internationale testbureau [naam 12] . De rapporten van [naam 12] zijn als productie 89 bij conclusie van antwoord in het geding gebracht. Indien de genoemde testrapporten met elkaar worden vergeleken, blijken de beachsocks die door de Chinese fabrikant zijn geproduceerd van dezelfde kwaliteit te zijn als de beachsocks die Duukies Beachsocks B.V. eerder heeft laten produceren, aldus Sockshouse B.V..

4.35.

In reactie hierop stelt Duukies Beachsocks B.V. ter comparitie dat uit het door Duukies Beachsocks B.V. overgelegde rapport volgt dat slechts twee beachsocks zijn getest. Niet duidelijk is van wie de beachsocks afkomstig zijn en wanneer deze beachsocks zijn vervaardigd. Verder erkent Duukies Beachsocks B.V. ter comparitie dat de foto’s betrekking hebben op patronen met flamingo’s en palmbomen en dat Sockshouse B.V. die beachsocks niet heeft geproduceerd. Verder stelt Duukies Beachsocks B.V. dat er een fabricagefout is gemaakt. Bij de geleverde beachsocks blijkt dat er gebruik is gemaakt van een katoenen draad. Duukies Beachsocks B.V. heeft echter samples goedgekeurd waarbij een nylon draad is gebruikt.

4.36.

De rechtbank overweegt als volgt. Vast staat dat Sockshouse 6.746 paar beachsocks aan Duukies heeft geleverd. Duukies Beachsocks B.V. heeft niet weersproken dat deze beachsocks dienen te voldoen aan de kwaliteitseisen, zoals gespecificeerd in de eerdergenoemde testrapporten van TÜV. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 52 bij de dagvaarding een aantal foto’s en e-mails overgelegd. Hieruit leidt de rechtbank af dat slechts van vijf paar, door Sockshouse geleverde, beachsocks klachten zijn ontvangen. Op een aantal andere foto’s zijn echter beachsocks te zien met flamingo’s en palmbomen waarvan Duukies Beachsocks B.V. heeft erkend dat deze niet door Sockshouse B.V. zijn geproduceerd en geleverd. Voorts zijn op een aantal andere overgelegde foto’s uitsluitend (antislip)zolen te zien zonder dat verder duidelijk wordt of deze beachsocks wel of niet door Sockshouse B.V. zijn geproduceerd en geleverd. Naar het oordeel van de rechtbank heeft Duukies Beachsocks B.V. daarmee een onjuist en onvolledig beeld geschetst van de kwaliteit van door Sockshouse B.V. geleverde beachsocks. Bovendien wijzen de door Sockshouse B.V. ingebrachte rapporten van [naam 12] juist erop dat de geleverde beachsocks wel aan de kwaliteitseisen voldoen. Bij deze stand van zaken kan niet worden aangenomen dat de door Sockshouse B.V. geleverde 6.746 paar beachsocks kwalitatief onvoldoende zijn.

tussenconclusie

4.37.

Gelet op het voorgaande gaat de rechtbank uit van het volgende. Partijen hebben met elkaar een koop-/aannemingsovereenkomst gesloten waarbij Sockshouse B.V. zich jegens Duukies Beachsocks B.V. zich heeft verbonden om beachsocks te produceren en te leveren. Partijen zijn uitsluitend ten aanzien van de levering van de orders voor seizoen 2018 fatale termijnen overeengekomen. Daarbij is ten aanzien van de distributeurs [naam 8] (Japan), [naam 9] (Canada), [naam 10] (Thailand) en [naam 11] (HongKong) als fatale levertermijn 7 april 2018 overeengekomen. Ten aanzien van de overige orders die naar Nederland moesten worden ingevlogen zijn partijen als fatale levertermijn 21 april 2018 overeengekomen. Vast staat dat deze termijnen niet zijn gehaald waardoor Sockshouse B.V. te dien aanzien in verzuim is komen te verkeren.

partiële ontbinding?

4.38.

Ingevolge artikel 6:265 lid 1 BW geeft iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van een van haar verbintenissen aan de wederpartij de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, tenzij de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt.

Ingevolge artikel 6:265 lid 2 BW ontstaat, voor zover nakoming niet blijvend of tijdelijk onmogelijk is, de bevoegdheid tot ontbinding pas, wanneer de schuldenaar in verzuim is.

Ingevolge artikel 6:267 lid 1, eerste volzin, BW vindt de ontbinding plaats door een schriftelijke verklaring van de daartoe gerechtigde

4.39.

De rechtbank stelt vast dat tussen partijen niet in geschil is dat Duukies Beachsocks B.V. op 4 mei 2018 middels een schriftelijke verklaring de tussen partijen gesloten overeenkomst partieel heeft ontbonden. De ontbinding is volgens die verklaring partieel voor zover het gaat om de afspraken waaraan op dat moment nog geen uitvoering is gegeven. Als onbetwist is komen vast te staan dat ten aanzien van de orders voor seizoen 2018 Duukies Beachsocks B.V. bij Sockshouse B.V. een order heeft geplaatst van 28.325 paar beachsocks en dat Sockshouse B.V. ter zake van die order na ommekomst van de fatale termijnen, zoals hiervoor geschetst in rov 4.37, vóór 4 mei 2018 maar 6.746 paar beachsocks aan Duukies Beachsocks B.V. heeft geleverd. Kennelijk heeft Duukies Beachsocks B.V. het oog op de ontbinding van de overeenkomst voor zover het gaat om de op 4 mei 2018 niet geleverde 21.579 paar beachsocks (28.325 minus 6.476). Ten aanzien van deze niet geleverde beachsocks is komen vast te staan dat de fatale termijnen niet zijn gehaald en dat Sockshouse B.V. te dien aanzien in verzuim is komen te verkeren. Dat betekent dat Duukies Beachsocks B.V. op 4 mei 2018 de onderhavige overeenkomst heeft kunnen ontbinden voor zover deze de productie en levering van genoemde 21.579 paar beachsocks betreft. En dat brengt weer mee dat de gevorderde verklaring voor recht dat Duukies de overeenkomst met Sockshouse bij e-mail van 4 mei 2018 rechtsgeldig en partieel heeft ontbonden met betrekking tot de (tekortkoming in de nakoming van de) levering van – het mindere, namelijk – 21.229 paar beachsocks voor toewijzing in aanmerking komt.

schade

4.40.

De rechtbank stelt het volgende voorop.

4.41.

Ingevolge artikel 6:277 BW is, in het geval een overeenkomst geheel of gedeeltelijk wordt ontbonden, de partij wier tekortkoming een grond voor ontbinding heeft opgeleverd, verplicht haar wederpartij de schade te vergoeden die deze lijdt, doordat geen wederzijdse nakoming doch ontbinding van de overeenkomst plaatsvindt.

Deze bepaling stelt buiten twijfel dat niet alleen de door de wanprestatie geleden schade, maar ook de schade die door de ontbinding wordt veroorzaakt, voor vergoeding in aanmerking komt (TM, Parl. Gesch. BW Boek 6, p. 1036).

4.42.

Ingevolge artikel 6:98 BW komt voor vergoeding slechts in aanmerking schade die in zodanig verband staat met de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid van de schuldenaar berust, dat zij hem, mede gezien de aard van de aansprakelijkheid en van de schade, als een gevolg van deze gebeurtenis kan worden toegerekend.

4.43.

De rechtbank overweegt dat bij een gedeeltelijke ontbinding het bepaalde in artikel 6:277 BW alleen van toepassing is met betrekking tot het gedeelte dat onder de ontbinding valt. Gelet op wat hiervoor in rov 4.39 is overwogen, geldt een verplichting tot schadevergoeding dus alleen de ontbinding van de onderhavige overeenkomst voor wat betreft de levering van 21.579 paar beachsocks (van de orders voor seizoen 2018). Ten aanzien van de hiervoor genoemde wél door Sockshouse geleverde 6.746 paar beachsocks geldt artikel 6:277 BW dan ook niet.

4.44.

Bij de berekening van haar schade heeft Duukies de situatie waarin zij zou hebben verkeerd indien het schadeveroorzakende handelen van Sockshouse zich niet had voorgedaan vergeleken met de situatie nadat het schadeveroorzakende handelen van Sockshouse zich had voorgedaan. De rechtbank kan zich in dit uitgangspunt vinden.

4.45.

Als productie 72 bij akte vermeerdering van eis in conventie heeft Sockshouse B.V. een (vernieuwd) schadeoverzicht in het geding gebracht. Aan de hand van dit overzicht stelt Duukies dat zij ter zake van haar collectie voor seizoen 2018 in ieder geval een bedrag van

€ 198.436,98 aan schade heeft geleden en dat zij ter zake van haar collectie voor seizoen 2019 in ieder geval een bedrag van € 82.058,17 aan schade heeft geleden. Het overzicht bevat per jaar een aantal schadeposten. Ook bevat het overzicht (daarna) een post besparingen en andere schadeposten. De rechtbank zal al die posten hierna bespreken.

schade 2018

ten aanzien van de distributeurs [naam 8] (Japan), [naam 9] (Canada), [naam 10] (Thailand) en [naam 11] (HongKong).

4.46.

Vast staat dat van de geleverde 6.746 paar beachsocks in totaal 2.946 paar beachsocks zijn geleverd aan de distributeurs [naam 8] (Japan), [naam 9] (Canada), [naam 10] (Thailand) en respectievelijk [naam 11] (HongKong). Laatstgenoemde deellevering komt qua totaalaantal overeen met het totaal aan geplaatste orderaantallen van deze distributeurs. Gelet hierop en wat hiervoor onder rov 4.43 is overwogen, geldt voor deze deelleveringen artikel 6:277 BW niet. Dat, naar Duukies Beachsocks B.V. stelt, deze distribiteurs allen minder hebben (aan)betaald aan haar dan dat zij op grond van door hen geplaatste orders aan facturen in rekening heeft gebracht, brengt, wat hier ook van zij, dan ook niet mee dat Sockshouse B.V. op grond van artikel 6:277 BW gehouden is schadevergoeding te betalen.

ten aanzien van distributeur [naam 13]

4.47.

Duukies heeft in haar schadeoverzicht opgenomen dat [naam 13] bij haar een order heeft geplaatst van 2.510 paar beachsocks. Tijdens de comparitie van partijen heeft Sockshouse dit orderaantal betwist. Daartoe heeft zij onder verwijzing naar productie 55 bij de dagvaarding de volgende toelichting gegeven. [naam 13] heeft bij Duukies Beachsocks B.V. 2.430 paar beachsocks voor kinderen besteld. Verder heeft [naam 13] 80 paar beachsocks voor volwassenen besteld. Laatstgenoemde beachsocks maken echter geen deel uit van de order van 28.325 paar beachsocks van de collectie voor het seizoen 2018. Duukies Beachsocks B.V. heeft deze toelichting niet weersproken, zodat hiervan hierna wordt uitgegaan.

4.48.

Vaststaat dat er 1.121 paar geleverd zijn waardoor er (2.430 – 1.121=) 1.309 paar beachsocks te weinig zijn geleverd. Deze tekortkoming in de nakoming valt onder de hiervoor geschetste gedeeltelijk ontbinding van de overeenkomst, zodat in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing is. De hoogte van de schade bedraagt € 8.508,50 (1.309 maal

€ 6,50) minus de inkoopwaarde van de omzet. Uit het schadeoverzicht van Duukies volgt dat de inkoopwaarde van de beachsocks € 3,05 per paar bedraagt. Dat leidt tot een totale inkoopwaarde van € 3.992,45 (1.309 maal € 3,05). Gelet hierop bedraagt de schade

€ 4.516,05.

ten aanzien van distributeur [naam 14]

4.49.

De rechtbank overweegt als volgt. Vast staat dat van de 6.746 paar beachsocks 1.531 geleverd zijn aan distributeur [naam 14] (hierna: [naam 14] ). In zoverre is Sockshouse op grond van artikel 6:277 BW niet gehouden om schadevergoeding te betalen. Gelet hierop valt zonder nadere toelichting die niet is gegeven niet in te zien wat de relevantie is van de stelling van Duukies Beachsocks B.V. dat ten aanzien van laatstgenoemde deellevering zij van deze distribiteur een bedrag van € 196,85 minder heeft ontvangen, dan in rekening gebracht.

4.50.

Niet in geschil is dat deze distributeur bij Duukies Beachsocks B.V. een order had geplaatst van 3.000 paar beachsocks. Dat betekent dat er (3.000 – 1.531=) 1.469 paar beachsocks te weinig zijn geleverd. Deze tekortkoming in de nakoming valt onder de hiervoor geschetste gedeeltelijk ontbinding van de overeenkomst, zodat in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing is. De hoogte van deze schade bedraagt € 9.328,15 (1.469 maal € 6,35) minus de inkoopwaarde van de omzet. Die inkoopwaarde bedraagt € 4.480,45 (1.469 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve € 4.847,70.

4.51.

Tijdens de comparitie van partijen heeft Duukies ten aanzien van deze distributeur verklaard dat zij alles terug heeft moeten nemen inclusief de oude voorraad. Zij vordert hiervoor in totaal een bedrag van € 17.068,80 aan gemaakte extra kosten. Zij heeft echter niet gesteld waarom zij alles terug heeft moeten nemen. Nu Duukies deze schadepost onvoldoende heeft onderbouwd, zal deze in zoverre worden afgewezen.

ten aanzien van distributeur [naam 15]

4.52.

De rechtbank overweegt als volgt. Vast staat dat van de 6.746 paar beachsocks 631 aan distributeur [naam 15] zijn geleverd. In zoverre is Sockshouse op grond van artikel 6:277 BW niet gehouden om schadevergoeding te betalen. Gelet hierop gaat de rechtbank voorbij aan de stelling van Duukies Beachsocks B.V. dat deze levering (verder) niet door deze distributeur werd verkocht, omdat Duukies Beachsocks B.V. dat niet wilde vanwege de slechte kwaliteit van de beachsocks. Hierbij wordt in aanmerking genomen wat hiervoor in rov 4.36 is overwogen.

4.53.

Duukies heeft in haar schadeoverzicht opgenomen dat [naam 15] bij haar een order had geplaatst van 1.024 paar beachsocks. Tijdens de comparitie van partijen heeft Sockshouse dit aantal betwist. Daartoe heeft zij onder verwijzing naar productie 55 bij de dagvaarding toegelicht dat het gaat om een order van 1.000 paar. Duukies Beachsocks B.V. heeft deze toelichting niet weersproken, zodat hiervan hierna wordt uitgegaan.

4.54.

Ervan uitgaande dat deze distributeur bij Duukies Beachsocks B.V. een order had geplaatst van 1.000 paar beachsocks, betekent dat er (1.000 – 631=) 369 paar beachsocks te weinig zijn geleverd. Deze tekortkoming in de nakoming valt onder de hiervoor geschetste gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst, zodat in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing is.

4.55.

De hoogte van deze schade bedraagt € 2.398,50 (369 maal € 6,50)

minus de inkoopwaarde van de omzet. Die inkoopwaarde bedraagt € 1.125,45 (369 maal

€ 3,05). De schade bedraagt derhalve € 1.273,05.

ten aanzien van distributeur [naam 16]

4.56.

In het schadeoverzicht van Duukies staat opgenomen dat deze distributeur 1.000 orders had geplaatst bij Duukies en dat deze distributeur niets geleverd heeft gekregen. Sockshouse betwist dat deze distributeur een order van 1.000 paar beachsocks heeft geplaatst. De rechtbank volgt Sockshouse hierin. Duukies verwijst in haar schadeoverzicht naar productie 55 bij de dagvaarding, maar de rechtbank heeft vastgesteld dat tussen de overgelegde inkooporders van distributeurs, een inkooporder van [naam 16] ontbreekt. Nu niet is gebleken dat deze distributeur een order bij Duukies heeft geplaatst, is de gevorderde schade in zoverre niet onderbouwd.

ten aanzien van de distributeurs [naam 17]

4.57.

Deze distributeurs staan wel als zodanig in het schadeoverzicht vermeld, echter vast is komen vast te staan dat zij bij Duukies Beachsocks B.V. geen orders hebben geplaatst. In zoverre bestaat geen verplichting tot schadevergoeding.

ten aanzien van de agenten [naam 18] , [naam 19] en [naam 20] .

4.58.

Duukies gaat in haar schadeoverzicht ervan uit dat genoemde drie agenten in totaal 1.500 paar beachsocks zouden hebben verkocht. De verkoopomzet zou dan € 12.750,-- (1.500 maal € 8,50) zijn geweest.

4.59.

Sockshouse betwist de gestelde verkoopaantallen. Duukies Beachsocks B.V. heeft niet onderbouwd dat de agenten bestellingen hebben geplaatst, aldus Sockshouse B.V..

4.60.

In reactie hierop heeft Duukies Beachsocks B.V. ter comparitie het volgende naar voren gebracht. Agenten werken met korte termijnen. Zij verzamelen orders van retailers. Vanaf maart/april zouden de agenten de orders indienen. Daar is het vanwege deze – gebrekkige – levering niet van gekomen, aldus Duukies Beachsocks B.V..

4.61.

De rechtbank overweegt dat de door Duukies Beachsocks B.V. gegeven toelichting, zoals hiervoor onder rov 4.60 is geschetst, niet klopt. Als Duukies Beachsocks B.V. zou hebben moeten leveren aan de agenten dan had Duukies Beachsocks B.V. dat moeten doen uit een levering van Sockshouse B.V. waarvan de fatale termijn zou verstrijken op 21 april 2018 (zie rov 4.37). Tot die datum kan dan ook niet worden aangenomen dat de beachsocks niet (tijdig) geleverd konden worden. Verder is Duukies Beachsocks B.V. eerst op 4 mei 2018 ertoe overgegaan de overeenkomst met Sockshouse B.V. – gedeeltelijk – te ontbinden. Duukies Beachsocks B.V. had volgens haar eigen toelichting tot op dat moment orders van agenten hebben moeten ontvangen, maar dat is kennelijk niet het geval. Gelet op het voorgaande kan niet worden aangenomen dat de agenten voor seizoen 2018 orders bij Duukies Beachsocks B.V. zouden hebben geplaatst. In zoverre heeft Duukies Beachsocks B.V. haar gestelde schade niet onderbouwd.

ten aanzien van retailer [naam 21]

4.62.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75a (bij conclusie van antwoord in reconventie) een order van [naam 21] overgelegd van 1.276 paar beachsocks voor het seizoen 2018 voor een bedrag van € 9.418,79. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van deze order bij Duukies Beachsocks B.V. niet. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse B.V. niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies Beachsocks B.V. op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.63.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.64.

De hoogte van deze schade bedraagt € 9.418,79 minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 3.891,80 (1.276 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 5.526,99.

ten aanzien van retailer [naam 22]

4.65.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75b (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 22] van 20 februari 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 146 paar beachsocks voor een bedrag van

€ 1.223,64. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse B.V. niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies Beachsocks B.V. op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.66.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.67.

De hoogte van deze schade bedraagt € 1.223,64 minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 445,30 (146 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 778,34.

ten aanzien van retailer [naam 23]

4.68.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75c (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 23] van 5 maart 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 200 paar beachsocks voor een bedrag van € 1.721,50. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.69.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.70.

De hoogte van deze schade bedraagt € 1.721,50 minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 610,-- (200 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 1.111,50.

ten aanzien van retailer [naam 24]

4.71.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75d (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 25] van 5 april 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 128 paar beachsocks voor een bedrag van € 1.105,50. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.72.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.73.

De hoogte van deze schade bedraagt € 1.105,50 minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 390,40 (128 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 715,10.

ten aanzien van retailer [naam 26]

4.74.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75e (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 26] van 5 april 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 50 paar beachsocks voor een bedrag van € 440,--. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse B.V. niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies Beachsocks B.V. op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.75.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.76.

De hoogte van deze schade bedraagt € 440,-- minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 152,50 (50 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 287,50.

ten aanzien van retailer [naam 27]

4.77.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75f (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 27] van 19 maart 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 58 paar beachsocks voor een bedrag van € 476,--. Uit de omschrijving van deze factuur blijkt dat deze retailer op 13 september 2017 ten aanzien van deze bestelling al een bedrag van € 238,-- heeft (aanbetaald). Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse niet meer – dan de 6.746 – paar beachsocks heeft geleverd, Duukies op haar beurt geen enkele paar beachsock aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.78.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.79.

De hoogte van deze schade bedraagt € 476,-- minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 176,90 (58 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 299,10.

ten aanzien van retailer [naam 28]

4.80.

De rechtbank overweegt als volgt. Duukies Beachsocks B.V. heeft als productie 75g (bij conclusie van antwoord in reconventie) een factuur aan retailer [naam 28] van 5 april 2018 overgelegd ter zake van een bestelling van 40 paar beachsocks voor een bedrag van € 360,--. Sockshouse B.V. betwist de plaatsing van een daarmee verband houdende order van deze retailer bij Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende. Voorts is komen vast te staan dat doordat Sockshouse B.V. niet meer – dan de 6.746 paar – beachsocks heeft geleverd, Duukies Beachsocks B.V. op haar beurt geen beachsocks aan deze distributeur heeft kunnen leveren.

4.81.

Aangezien de gedeeltelijke ontbinding wordt geacht mede betrekking te hebben op de levering aan deze retailer, is in zoverre artikel 6:277 BW van toepassing.

4.82.

De hoogte van deze schade bedraagt € 360,-- minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt € 122,-- (40 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve

€ 238,--.

ten aanzien van retailer [naam 29]

4.83.

De rechtbank stelt vast dat in het overzicht ten aanzien van de retailer [naam 29] een order is opgevoerd van 50 paar beachsocks. Met betrekking tot deze door Sockshouse B.V. betwiste order, ontbreekt enige onderbouwing. Voor het bestaan van een order van deze retailer heeft Duukies Beachsocks B.V. dan ook onvoldoende gesteld. In zoverre kan geen verplichting tot betaling van schadevergoeding worden aangenomen.

ten aanzien van de webshopverkoop

4.84.

Duukies Beachsocks B.V. brengt in het overzicht tot uitdrukking dat zij 7.574 paar beachsocks via de webshop zou hebben kunnen verkopen.

4.85.

De rechtbank overweegt als volgt. Tegenover de betwisting van Sockshouse B.V. dat Duukies Beachsocks B.V. 7.574 paar beachsocks aan webshopverkopen zou zijn misgelopen, stelt de rechtbank vast dat feit van algemene bekendheid is dat via websites consumentengoederen worden verkocht. Dat Duukies Beachsocks B.V. in 2018 in het geheel geen webshopverkopen zou hebben gehad, kan dan ook niet worden aangenomen. De rechtbank stelt echter ook vast dat Duukies Beachsocks B.V. geen enkel inzicht heeft gegeven waarop zij het aantal van 7.574 paar beachsocks aan webshopverkopen – in 2018 – heeft gebaseerd. In zoverre is geen verantwoorde schatting van het aantal webshopverkopen te maken. Het enige gegeven waarop de rechtbank een schatting kan baseren zijn de door Duukies Beachsocks B.V. overgelegde – en niet door Sockshouse B.V. betwiste – pre-orders van haar webwinkel (productie 23 bij de dagvaarding), die in totaal – handmatig geteld – 160 paar beachsocks betreffen. De rechtbank gaat er verder vanuit dat Duukies Beachsocks B.V. ook tijdens het verkoopseizoen via haar webwinkel orders zou hebben ontvangen. Voor wat betreft de omvang hiervan zal de rechtbank aansluiting zoeken bij de hiervoor vastgestelde aantallen aan pre-orders. Verder volgt de rechtbank Sockshouse in haar standpunt dat Duukies schade ten onrechte heeft berekend op basis van de verkoopprijs van de beachsocks van € 19,95 inclusief btw (in plaats van € 16,49 exclusief btw) omdat de btw niet als schade kan worden gevorderd. Een en ander leidt tot de volgende schadepost: 320 maal € 13,44 (€ 16,49 - € 3,05) = € 4.300,80.

ten aanzien van – misgelopen – vervolgorders in mei/juni 2018 bij distributeurs en retailers

4.86.

Duukies Beachsocks B.V. brengt in haar overzicht tot uitdrukking haar stelling dat zij vervolgorders in mei/juni 2018 is misgelopen bij haar (eerdergenoemde) distribiteurs – in totaal 5.200 paar beachsocks – en retailers – in totaal 1.616 paar beachsocks.

4.87.

Sockshouse B.V. betwist dat Duukies Beachsocks B.V. deze omzetten zou zijn misgelopen. Sockshouse B.V. wijst erop dat Duukies Beachsocks B.V. hiervoor geen enkele onderbouwing heeft gegeven.

4.88.

In reactie hierop stelt Duukies Beachsocks B.V. dat het gaat om schattingen die zijn gebaseerd op ervaringen in het verleden.

4.89.

De rechtbank stelt vast dat Duukies haar schattingen niet met stukken heeft gestaafd. Het had op de weg van Duukies gelegen om bijvoorbeeld vervolgorders van voorgaande jaren (2014 tot en met 2017) over te leggen als onderbouwing van haar stelling dat – het gebruikelijk is dat – de distributeurs en de retailers rond mei/juni een vervolgorder bij Duukies plaatsen voor de snel verkopende maten of stijlen. Zij heeft dit echter nagelaten. In zoverre heeft Duukies Beachsocks B.V. haar gestelde schade onvoldoende onderbouwd.

schade 2019

misgelopen orders (voorafgaande opmerking)

4.90.

Duukies Beachsocks B.V. stelt dat veertien klanten geen orders hebben geplaatst voor de collectie 2019 door de te late en gebrekkige levering van Sockshouse B.V. van de collectie 2018. Uit het overzicht leidt de rechtbank af dat het gaat vijf distributeurs, te weten [naam 9] Canada, [naam 10] Thailand, [naam 11] Hongkong, [naam 8] Japan en [naam 13] , alle drie eerdergenoemde agenten, en de retailers [naam 21] , [naam 26] , [naam 27] , [naam 28] en [naam 29] . De rechtbank zal hierna, per klant of per categorie klanten, op de stellingen van Duukies Beachsocks B.V. ingaan.

misgelopen orders distributeurs

4.91.

Ten aanzien van de distributeurs [naam 9] Canada, [naam 10] Thailand, [naam 11] Hongkong en [naam 8] Japan overweegt de rechtbank als volgt. Onder verwijzing naar wat hiervoor is overwogen in rov 4.46 neemt de rechtbank als vaststaand aan dat aan hen de orders voor seizoen 2018 zijn geleverd, dat de gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst geen betrekking heeft op deze leveringen en dat artikel 6:277 BW in zoverre niet van toepassing is. Bijgevolg is het bepaalde van artikel 6:277 BW evenmin van toepassing op de gestelde misgelopen orders van deze distributeurs voor de collectie 2019.

4.92.

Ten aanzien van de distributeur [naam 13] overweegt de rechtbank als volgt. In de overgelegde e-mail van deze distributeur aan Duukies Beachsocks B.V. van 28 juni 2018 (productie 59 bij de dagvaarding) staat onder meer:

"Na de problemen met de levering van collectie 2018 hebben wij de uitstaande orders zo goed als mogelijk afgehandeld en alle klanten (30-tal) persoonlijk benaderd. Wij merken echter nu al een afname aan orders, ondanks het intensief communiceren van onze huidige voorraad. De gebruikelijke re-orders zullen ook nagenoeg afwezig blijven, terwijl het hoogseizoen volop bezig is en wij voorgaande jaren in de piekmaanden zaten met Duukies Beachsocks (DB). Wij hebben extra tijd gestoken in de communicatie naar onze klanten, niet alleen om de ontstane situatie uit te leggen en zo veel mogelijk maatwerk te bieden maar ook om het vertrouwen voor 2019 te kunnen herstellen. Dit laatste blijkt lastig, gezien het feit dat velen teleurgesteld zijn in de slechte levering en niet willen aangeven of zij klant blijven voor 2019. Dit zou betekenen dat wij voor het eerst na een 5-jarige samenwerking met velen klanten zouden verliezen. Uiteraard doen wij er alles aan om het vertrouwen in DB te herstellen maar we kunnen niet aangeven op dit moment of dit gaat lukken. In dat gevat heeft het verlies van collectie 2018 niet alleen negatief effect op onze omzet van 2018 maar ook op die van 2019. En dit terwijl Duukies Beachsocks enorm aan het groeien was qua naamsbekendheid en verkoop, ook voor ons als distributeur in Nederland.

Wij wensen jou heel veel succes toe in het herstel van de opgelopen schade en vooral in de

heropbouw van het merk, dat jij in 5 jaar met groot succes hebt opgebouwd. Waar wij

kunnen, helpen wij daar graag aan bij."

Op grond van deze e-mail heeft Duukies Beachsocks B.V. voldoende onderbouwd dat het voor deze distributeur een zware klus zal worden om voor het seizoen 2019 klanten te behouden. Bijgevolg is voldoende onderbouwd dat wat deze distributeur betreft het aantal orders voor het seizoen 2019 zal afnemen. Hierbij neemt de rechtbank in aanmerking wat zij hiervoor in rov’s 4.47 en 4.48 heeft overwogen. De rechtbank ziet echter niet in dat Duukies Beachsocks B.V. in 2019 een order van [naam 13] van 4.336 paar beachsocks zou zijn misgelopen, inclusief de misgelopen vervolgorders mei/juni. Deze distributeur heeft immers voor het seizoen 2018 een order geplaatst van slechts 2.430 paar beachsocks (zie rov 4.47). Ten aanzien van de gestelde vervolgorders verwijst de rechtbank naar rov 4.89. Op geen enkele wijze heeft Duukies Beachsocks B.V. onderbouwd dat deze distributeur voor het seizoen 2019 meer dan 2.430 paar beachsocks aan orders zou hebben geplaatst. Verder valt op grond van de inhoud van genoemde e-mail niet te verwachten dat het aantal orders voor het seizoen 2019 helemaal zou opdrogen, maar wel voor een groot deel. Gelet op een en ander stelt de rechtbank de schatting van Duukies Beachsocks B.V. bij naar 2.000 paar beachsocks aan misgelopen orders van [naam 13] in 2019. Verder gaat de rechtbank voor de bepaling van de schade uit van dezelfde cijfers/marges als in 2018. De hoogte van deze schade bedraagt

€ 13.000,-- (2.000 maal € 6,50) minus de inkoopwaarde van de omzet. Die inkoopwaarde bedraagt € 6.100,-- (2.000 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve € 6.900,--.

misgelopen orders agenten

4.93.

Zoals hiervoor in rov 4.61 is overwogen, acht de rechtbank het onaannemelijk dat de eerdergenoemde drie agenten bij Duukies Beachsocks B.V. orders voor seizoen 2018 zouden hebben geplaatst. De gestelde beëindiging van de relatie tussen Duukies Beachsocks B.V. en deze agenten kan dus niet het gevolg zijn van een niet tijdige levering van de collectie 2018. In zoverre heeft Duukies Beachsocks B.V. haar gestelde schade niet onderbouwd.

misgelopen orders retailers [naam 22] , [naam 26] , [naam 27] , [naam 28] en [naam 29]

4.94.

Ten aanzien van de retailers [naam 22] , [naam 26] , [naam 27] en [naam 28] overweegt de rechtbank als volgt. Gelet op wat hiervoor onder rov’s 4.62 tot en met 4.64 en rov’s 4.74 tot en met 4.82 is overwogen gaat de rechtbank ervan uit dat deze retailers orders hebben geplaatst voor seizoen 2018 en dat ten aanzien van die orders geen beachsocks zijn geleverd. Dat door deze gang van zaken deze retailers hun relatie met Duukies Beachsocks B.V. hebben beëindigd, acht de rechtbank aannemelijk. Sockshouse heeft uitsluitend als verweer gevoerd dat Duukies geen producties heeft overgelegd waaruit blijkt dat deze retailers hun relatie met Duukies hebben beëindigd. Hiermee heeft zij naar het oordeel van de rechtbank echter onvoldoende gemotiveerd betwist dat het Duukies niet is gelukt om deze retailers aan boord te houden.

4.95.

In haar schadeberekening gaat Duukies er vanuit dat deze retailers in 2019 weer precies hetzelfde aantal orders zouden hebben geplaatst als over 2018, inclusief de misgelopen vervolgorders mei/juni. Dit uitgangspunt kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden gevolgd. Ten aanzien van de gestelde vervolgorders verwijst de rechtbank naar rov 4.89. Ten aanzien van het seizoen 2018 moet aldus ervan worden uitgegaan dat deze retailers bij elkaar 298 paar beachsocks aan orders hebben geplaatst. Verder is het, zoals ook Sockshouse heeft aangevoerd, van allerlei factoren afhankelijk of deze retailers het jaar daarop weer tot een(zelfde) bestelling zouden zijn gekomen en het is sowieso nog maar de vraag of de relatie in stand zou zijn gebleven. Verkoopresultaten en de vraag of partijen al een langere handelsrelatie met elkaar hadden spelen daarbij een rol. Duukies Beachsocks B.V. heeft over deze omstandigheden niets gesteld. Gelet op het voorgaande zal de rechtbank Duukies Beachsocks B.V.’ schatting van het aantal misgelopen orders in 2019 bijstellen naar 260 paar beachsocks. Verder gaat de rechtbank voor de bepaling van de schade uit van dezelfde cijfers/marges als in 2018. De hoogte van deze schade bedraagt (260 maal € 8,50 = ) € 2.210,-- minus de inkoopwaarde van de omzet. Die waarde bedraagt is € 793,-- (260 maal € 3,05). De schade bedraagt derhalve € 1.417,--.

4.96.

Ten aanzien van de retailer [naam 29] overweegt de rechtbank als volgt. Gelet op hetgeen hiervoor in rov. 4.83 is overwogen gaat de rechtbank ervan uit dat deze retailer geen order heeft geplaatst voor seizoen 2018. De gestelde beëindiging van de relatie tussen Duukies en deze retailer kan dus niet het gevolg zijn van een niet tijdige levering van die gestelde order. In zoverre heeft Duukies Beachsocks B.V. haar gestelde schade niet onderbouwd.

besparingen

4.97.

Duukies wijst erop dat er behalve schade ook besparingen op vaste kosten of andere voordelen voor haar zijn ontstaan. Zij heeft deze besparingen, die op grond van het schadeoverzicht van Duukies € 4.275,-- bedragen, in mindering gebracht op de schade.

Daarnaast heeft zij een bedrag van € 1.275,-- opgevoerd als ‘besparing variabele kosten seizoen 2019’. Dit bedrag is eveneens in mindering gebracht op de schade. Aldus zal een totaalbedrag van € 5.550,-- op de toe te wijzen bedrag aan schadevergoeding in mindering worden gebracht.

assistentiekosten

4.98.

Duukies Beachsocks B.V. stelt dat zij kosten heeft gemaakt ter beperking van de schade. Zij vordert in dat verband assistentiekosten voor een bedrag van € 2.417,00 die door [naam 30] bij haar in rekening zijn gebracht. Deze facturen zijn overgelegd als productie 58 bij de dagvaarding.

4.99.

Sockshouse betwist dat deze kosten (assistentiewerkzaamheden) betrekking hebben op de beachsocks. De rechtbank volgt dit standpunt. Uit de facturen valt op geen enkele wijze af te leiden dat deze zien op extra assistentiekosten die noodzakelijk waren om te voorkomen dat Duukies door het handelen van Sockshouse klanten zou kwijtraken of anderszins schade zou lijden. In zoverre heeft Duukies haar gestelde schade niet onderbouwd.

productiekosten samples voor het seizoen 2019

4.100. Duukies vordert tevens de kosten van de productie van de samples voor het seizoen 2019 ad € 3.162,50 die zij door een derde heeft laten produceren. Gelet echter op wat hiervoor in rov 4.21 is overwogen, kunnen deze kosten niet als schade worden aangemerkt.

reis-, verblijf-, visum-, import- en vervoerskosten

4.101. In het schadeoverzicht van Duukies staat voorts een schadepost opgenomen van € 2.602,12 met betrekking tot reis-, verblijf en visumkosten (‘ivm begeleiden productie op locatie’) en een schadepost import- en vervoerskosten orders van € 5.487,58. Deze kostenposten zullen worden afgewezen omdat zij door Duukies onvoldoende zijn onderbouwd.

compensatie leveringsproblemen

4.102. Duukies heeft in het overzicht als schadeposten opgenomen: ‘ [naam 16] extra korting 5% van € 99,94’ en ‘ [naam 14] : extra korting € 2.194,73’. Zij stelt dat zij deze kortingen door toedoen van Sockshouse B.V. heeft moeten geven om deze klanten te kunnen behouden.

4.103. Ten aanzien van distributeur [naam 16] gaat de rechtbank onder verwijzing naar rov 4.56 ervan uit dat deze distributeur ten aanzien van de collectie voor het seizoen 2018 geen orders heeft geplaatst. In zoverre kan dan ook niet worden aangenomen dat door de gebrekkige levering van die collectie Duukies Beachsocks B.V. korting aan deze distributeur heeft moeten geven om deze klant te behouden.

4.104. Ten aanzien van distribiteur [naam 14] overweegt de rechtbank als volgt. Gelet op wat hiervoor in rov’s 4.49 tot en met 4.51 is overwogen gaat de rechtbank ervan uit dat bij deze distributeur sprake is van een gedeeltelijke niet-levering ten aanzien van seizoen 2018. Als onbetwist staat vast dat Duukies deze korting vanwege die gebrekkige levering heeft verleend om deze klant te behouden. Gelet hierop zal deze schadepost ad € 2.194,73 worden toegewezen.

4.105. Ook stelt Duukies Beachsocks B.V. als schadepost ten aanzien van distributeur [naam 14] : ‘terugname 2667 paar tegen € 6,40 vergoeding per paar’ voor een bedrag van € 17.068,80. Duukies Beachsocks B.V. verwijst naar haar eigen factuur aan deze distributeur van 3 oktober 2018 (productie 74a bij de conclusie van antwoord in reconventie). Vaststaat echter dat deze distributeur slechts een levering van 1.531 paar beachsocks ter zake van de collectie 2018 heeft ontvangen. Zonder nadere onderbouwing die ontbreekt kan niet worden aangenomen dat de gestelde schadepost van 2.667 paar beachsocks betrekking heeft op de levering van de collectie 2018. In zoverre komt de gevorderde schade niet voor toewijzing in aanmerking.

4.106. Ten slotte stelt Duukies Beachsocks B.V. als schadepost ‘creditfactuur [naam 13] :116 paar’ voor een bedrag van € 754,--. Zoals hiervoor in rov’s 4.47 en 4.48 is overwogen, neemt de rechtbank als vaststaand aan dat Sockshouse B.V. een deel van de order van deze distributeur niet heeft geleverd. Duukies Beachsocks B.V. heeft met de stukken die zijn bijgevoegd als productie 78 bij de conclusie van antwoord in reconventie voldoende onderbouwd dat deze distributeur op 21 november 2017 aan Duukies Beachsocks B.V. een aanbetaling heeft gedaan die meer beachsocks betreft dat deze distributeur uiteindelijk geleverd heeft gekregen en dat het verschil genoemde creditfactuur rechtvaardigt. Gelet hierop zal deze schadepost ad € 754,-- worden toegewezen.

eigenschuldverweer

4.107. Sockshouse beroept zich op eigen schuld aan de zijde van Duukies en stelt dat de schadevergoedingsplicht van Sockshouse op grond hiervan dient te worden verminderd.

4.108. Ingevolge artikel 6:101 BW wordt, wanneer de schade mede een gevolg is van een omstandigheid die aan de benadeelde kan worden toegerekend, de vergoedingsplicht verminderd door de schade over de benadeelde en de vergoedingsplichtige te verdelen in evenredigheid met de mate waarin de aan ieder toe te rekenen omstandigheden tot de schade hebben bijgedragen, met dien verstande dat een andere verdeling plaatsvindt of de vergoedingsplicht geheel vervalt of in stand blijft, indien de billijkheid dit wegens de uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten of andere omstandigheden van het geval eist.

4.109. Zoals hiervoor in rov 4.27 is overwogen, gaat de rechtbank ervan uit dat partijen op 19 maart 2018 ten aanzien van orders voor seizoen 2018 (nieuwe) fatale levertermijnen zijn overeengekomen. De gestelde vertragingen waarover Sockshouse B.V. rept in punt 151 van haar conclusie – dit betreffen de onderwerpen ‘beachsocks voor volwassenen’, ‘niet vóór 20 november 2017 besteld’, ‘maattabellen later doorsturen’, ‘wijzigingen van aantallen en samples pas een maand later ophalen’ – waren op 19 maart 2018 in ieder geval niet meer aan de orde. Ten aanzien van de stelling dat Duukies Beachsocks B.V. de afleveradressen bleef wijzigen, valt niet in te zien waarom dit een omstandigheid is die leidt tot vermindering van de schadevergoedingsplicht. Met betrekking tot de stelling van Sockshouse dat Duukies de resterende 17.640 paar per 16 mei 2018 had moeten afnemen om de schade te beperken voor het seizoen 2019, overweegt de rechtbank dat Duukies de overeenkomst rechtsgeldig op 4 mei 2018 (gedeeltelijk) heeft ontbonden en dat om die reden afname van het ‘restant’ op 16 mei 2018 niet aan de orde kon zijn.

tussenconclusie ten aanzien van de schade

4.110. Gelet op voorgaande overwegingen zal de rechtbank de schade van Duukies vaststellen op een bedrag van € 35.159,86. Na aftrek van de besparingen zoals opgenomen in rov. 4.97 resteert een bedrag van € 29.609,86. Een en ander betekent dat de gevorderde verklaring voor recht dat Sockshouse aansprakelijk is voor de schade die Duukies heeft geleden voor toewijzing in aanmerking komt en deze te begrenzen op een bedrag van

€ 29.609,86. Verder heeft Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende geconcretiseerd dat zij nog schade zal lijden als gevolg van de gedeeltelijke ontbinding. In zoverre komt de gevorderde verklaring voor recht niet voor toewijzing in aanmerking.

vordering tot vernietiging resterende 17.640 paar beachsocks (met oplegging dwangsom)

4.111. Met betrekking tot deze vordering heeft Sockshouse ter zitting erkend dat de sokken vernietigd moeten worden omdat ze niet worden afgenomen. Zij heeft de rechtbank verzocht om de subsidiaire vordering toe te wijzen, desnoods met een certificaat, om zodoende aanzienlijke kosten te kunnen besparen.

4.112. Als onbetwist staat vast dat Duukies belang heeft bij de vernietiging van de beachsocks. Zij heeft primair gevorderd dat deze vernietiging in Nederland plaatsvindt omdat zij er dan zicht op heeft dat de beachsocks daadwerkelijk worden vernietigd. Nu Sockshouse heeft aangeboden om bij vernietiging in China (hetgeen Duukies subsidiair heeft gevorderd), een bewijs van de vernietiging in de vorm van een certificaat aan Duukies te verstrekken, zal de rechtbank de subsidiaire vordering toewijzen. Daarbij wordt overwogen dat Sockshouse er belang bij heeft dat de vernietiging plaatsvindt tegen zo laag mogelijke kosten en dat het belang van Duukies gewaarborgd is door de verstrekking van een certificaat. De vordering zal op na te melden wijze worden toegewezen.

4.113. De gevorderde dwangsom zal eveneens worden toegewezen, zij het dat de rechtbank het gevorderde bedrag van € 35.000,-- ineens zal afwijzen, omdat zij van oordeel is dat dit onder de gegeven omstandigheden disproportioneel is.

buitengerechtelijke incassokosten

4.114. Duukies Beachsocks B.V. vordert een bedrag dat is gebaseerd op het bepaalde in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. De onderhavige vordering heeft echter geen betrekking op één van de situaties waarin genoemd besluit van toepassing is. De rechtbank zal de vraag of buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd zijn daarom toetsen aan de eisen voor dergelijke vorderingen zoals deze zijn geformuleerd in het Rapport BGK-integraal. Voldaan dient te worden aan het vereiste dat alleen redelijke kosten die in redelijkheid zijn gemaakt kunnen worden toegewezen. Sockshouse B.V. heeft onvoldoende de stelling van Duukies Beachsocks B.V. betwist dat aan het genoemde vereiste is voldaan. Aangezien een deel van de gevorderde hoofdsom wordt afgewezen, worden de in conventie gevorderde buitengerechtelijke incassokosten toegewezen tot het toepasselijke liquidatietarief dat hoort bij het aan hoofdsom toegewezen bedrag als na te melden.

in reconventie

betaling openstaande facturen

4.115. In reconventie vordert Sockshouse uit hoofde van de onderhavige overeenkomst een factuurbedrag van € 22.092,68 met betrekking tot 6.771 paar geleverde beachsocks. Duukies heeft niet weersproken dat zij dit aantal beachsocks heeft ontvangen.

4.116. Duukies verweert zich tegen de hoogte van het factuurbedrag met de stelling dat de prijs van € 3,05 per paar beachsocks die Sockshouse bij haar in rekening heeft gebracht, alleen geldt voor de beachsocks die verscheept dienden te worden naar Nederland. Duukies Beachsocks B.V. stelt dat zij op grond van een e-mail van Sockshouse B.V. van 24 november 2017 (rov 2.49) erop heeft vertrouwd dat Sockshouse met betrekking tot de in China aan de distributeurs geleverde beachsocks, de omgerekende kosten voor import duty en levering in Nederland niet aan Duukies zou doorberekenen. Die kosten heeft Sockshouse B.V. voor de levering ter plaatse in China niet gemaakt, aldus Duukies Beachsocks B.V..

4.117. De rechtbank overweegt als volgt. Uit de inhoud van die e-mail van 24 november 2017 (rov 2.49) blijkt juist een bedoeling van Sockshouse B.V. om voor alle beachsocks de prijs van € 3,05 in rekening te brengen en dat bij de vaststelling van die prijs zijn inbegrepen de kosten ter zake van de import duty en levering in Nederland. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat – ter zake van de orders voor seizoen 2018 – de te leveren beachsocks naar Nederland in omvang veel groter zijn dan de levering ter plaatse in China. De rechtbank is dan ook van oordeel dat Duukies Beachsocks B.V. onvoldoende heeft onderbouwd dat partijen met betrekking tot de levering van de beachsocks voor seizoen 2018 een lagere prijs dan € 3,05 zijn overeengekomen. Het verweer van Duukies wordt dan ook verworpen.

4.118. Duukies beroept zich voorts op verrekening met haar schade. Dit beroep slaagt. Het gevorderde factuurbedrag zal verrekend worden met het in conventie toewijsbare schadebedrag. De vordering in reconventie tot betaling van voornoemd factuurbedrag zal daarom worden afgewezen, nu deze door verrekening op de voet van artikel 6:127 BW teniet is gegaan.

buitengerechtelijke incassokosten

4.119. Sockshouse B.V. legt aan haar gevorderde buitengerechtelijke incassokosten ten grondslag de werkzaamheden die zij heeft moeten verrichten om de vordering zoals hiervoor geschetst onder rov 4.115 te kunnen incasseren. Nu laatstgenoemde vordering niet voor toewijzing in aanmerking komt (rov 4.118), deelt de vordering tot vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten hetzelfde lot.

schadevergoeding in verband met partiële ontbinding

4.120. De vordering van Sockshouse B.V. van een bedrag van € 53.802,- aan schadevergoeding die Sockshouse baseert op haar gestelde gedeeltelijke ontbinding bij brief van 11 juli 2018 wordt door de rechtbank afgewezen. In conventie is reeds overwogen dat Duukies de overeenkomst op 4 mei 2018 rechtsgeldig heeft ontbonden met betrekking tot de levering van 21.229 paar beachsocks. Dit betekent dat Sockshouse nadien de overeenkomst – ter zake van de levering van 17.640 paar beachsocks – niet meer kon ontbinden. In zoverre ontbreekt een grondslag voor deze vordering.

kosten vernietiging beachsocks

4.121. Ten slotte vordert Sockshouse de kosten van vernietiging van de beachsocks. Zij heeft echter niet gesteld wat de grondslag is van deze vordering en waarom deze kosten, na ontbinding van de overeenkomst, voor rekening van Duukies zouden moeten komen. Voor toewijzing van deze vordering is dan ook geen grond.

in conventie en in reconventie

4.122. Uit hetgeen in conventie is overwogen volgt dat Sockshouse gehouden is om een schadebedrag van € 29.609,86 aan Duukies te voldoen.Uit hetgeen in reconventie is overwogen volgt dat Duukies op haar beurt gehouden is een factuurbedrag van € 22.092,68 aan Sockshouse te voldoen en dat haar beroep op verrekening van dit bedrag met het door haar verschuldigde schadebedrag is gehonoreerd.

Dit leidt ertoe dat Sockshouse B.V. per saldo een bedrag van € 7.517,18 verschuldigd is, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 4 mei 2018 tot aan de dag van voldoening. Dit bedrag zal in conventie worden toegewezen.

4.123. Sockshouse heeft verweer gevoerd tegen de gevorderde uitvoerbaar bij voorraad verklaring van het vonnis. Zij stelt (met name) dat sprake is van een restitutierisico. Zij wijst erop dat het eigen vermogen van Duukies in 2015 € 65.533,00 negatief, in 2016 € 62.514,00 negatief en in 2017 € 175.503,00 negatief is. Naar het oordeel van de rechtbank heeft Sockshouse daarmee voldoende geconcretiseerd dat sprake is van een restitutierisico. De vordering om het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren zal daarom worden afgewezen.

proceskosten

4.124. Nu partijen over en weer in het ongelijk worden gesteld, zullen de proceskosten worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5 De beslissing