Home

Rechtbank Midden-Nederland, 29-06-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:4904, UTR 21/980

Rechtbank Midden-Nederland, 29-06-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:4904, UTR 21/980

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
29 juni 2021
Datum publicatie
21 juli 2022
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2021:4904
Zaaknummer
UTR 21/980

Inhoudsindicatie

Niet-ontvankelijk. Geen machtiging en geen griffierecht betaald.

Uitspraak

Zittingsplaats Utrecht

Bestuursrecht

zaaknummer: UTR 21/980

te Utrecht, eiseres,

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep van eiseres tegen het besluit van verweerder van

21 december 2020.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Eiseres heeft namelijk het griffierecht niet (op tijd) betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.

2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In dit geval is het griffierecht € 360,-.

3. Als het griffierecht niet (op tijd) wordt betaald is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiseres niets aan kan doen.

4. De rechtbank heeft eiseres op 17 april 2021 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eiseres het griffierecht binnen vier weken moet betalen aan de rechtbank.

5. De rechtbank heeft het bedrag niet (op tijd) ontvangen. Eiseres heeft daar geen geldige reden voor gegeven. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb).

6. De rechtbank heeft verder ook gevraagd, bij aangetekende brief van 16 april 2021, om binnen vier weken na datum van verzending van de brief een machtiging te overleggen waaruit blijkt dat [eiseres] (hierna: [eiseres] ) gemachtigd is om namens SV Kampong Voetbal op te treden. dit heeft hij niet gedaan. Dat betekent dat er in deze procedure geen toereikende machtiging is overlegd. Ook om die reden is het beroep niet-ontvankelijk.1

7. Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld.

8. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Deze uitspraak is gedaan door mr. R.C. Stijnen, rechter, in aanwezigheid van

K.F.K. Hoogbruin, griffier. De beslissing is uitgesproken op 29 juni 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.

griffier rechter

Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?