Home

Rechtbank Limburg, 03-09-2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:8960, C/03/17/697 R

Rechtbank Limburg, 03-09-2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:8960, C/03/17/697 R

Gegevens

Instantie
Rechtbank Limburg
Datum uitspraak
3 september 2019
Datum publicatie
4 oktober 2019
Annotator
ECLI
ECLI:NL:RBLIM:2019:8960
Zaaknummer
C/03/17/697 R

Inhoudsindicatie

Afwijzing verzoek tot tussentijdse beëindiging schuldsaneringsregeling op grond van artikel 350 lid 3 sub c Fw. Rechtbank verlengt schuldsanering met een jaar.

Uitspraak

VONNIS

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht Toezicht / insolventies

afwijzing voordracht/verlenging regeling

insolventienummer: C/03/17/697 R

nummer verklaring: COS1700758357

uitspraak: 3 september 2019

Bij vonnis van deze rechtbank van 12 december 2017 is de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken ten aanzien van

[saniet] ,

geboren op [geboortegegevens saniet] ,

wonende: [adresgegevens saniet] , hierna: saniet.

1 Het verdere verloop van de procedure

1.1.

De bewindvoerder heeft op 24 juni 2019 een verzoek ingediend tot tussentijdse beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling zonder de zogenaamde schone lei.

1.2.

Ter zitting van 22 augustus 2019 zijn verschenen:

[saniet] , bijgestaan door mr. K.A.M.J. Horsch, [naam bewindvoerder] , bewindvoerder.

2 De beoordeling

2.1.

De rechtbank dient, gelet op het bepaalde in artikel 350 lid 3, aanhef sub c, Faillissementswet (Fw), te beoordelen of schuldenaar één of meer van zijn uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen niet naar behoren nakomt of door zijn doen of nalaten de uitvoering van de schuldsaneringsregeling anderszins belemmert dan wel frustreert.

2.2.

Volgens de bewindvoerder is saniet de uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen onvoldoende nagekomen. De rechter-commissaris heeft zich hiermee akkoord verklaard.

2.3.

Saniet is op de hoogte van de regels zoals die gelden in de schuldsaneringsregeling. Hij heeft namelijk bij de toelating ertoe een formulier met de van toepassing zijnde regels ondertekend. Van saniet wordt, gelet op artikel 327 juncto artikel 105 Faillissementswet, verwacht dat niet alleen alle inlichtingen worden verschaft die door de bewindvoerder of rechter-commissaris worden gevraagd, maar ook die inlichtingen waarvan hij weet of behoort te weten dat die van belang zijn voor een doeltreffende uitvoering van de schuldsaneringsregeling. Vanaf aanvang van de schuldsaneringsregeling wordt de informatieverplichting in onvoldoende mate nagekomen. In het aanvangsverslag meldt de bewindvoerder dat een leningsovereenkomst van € 50.000,- tussen saniet, zijn partner en de ouders van saniet, niet is meegenomen tijdens het minnelijk traject dat voorafgaand aan de

toelating tot de schuldsanering heeft plaatsgevonden. Volgens saniet is het niet eerder melden van deze lening op aanraden van de Kredietbank Limburg gebeurd. Wat hiervan ook zij, de rechter-commissaris heeft op 10 januari 2018 reeds beslist dat indien de lening in 2011 is verstrekt, hier geen consequenties voor het lopende schuldsaneringstraject aan worden verbonden. Van belang is dat saniet zich, zeker na deze gebeurtenis, bewust diende te zijn van het belang van de informatieplicht gedurende het schuldsaneringstraject.

Vervolgens kon de bewindvoerder niet traceren op welke bankrekening het Kindgebonden budget door saniet werd ontvangen, terwijl de belastingdienst wel uitkeerde. Saniet bleek een SNS bankrekening te zijn vergeten te melden bij de bewindvoerder, waarop het Kindgebonden budget maandelijks werd ontvangen. Ter zitting verklaarde saniet dat hij niet meer wist van het bestaan van de rekening bij de SNS, omdat hij dacht dat de rekening was opgeheven. Voorts gaat saniet, een aantal maanden na toelating, op vakantie in Italië waar hij een bedrag van€ 1.885,65 heeft besteed met de creditcard van zijn vader. Via de bankafschriften merkt de bewindvoerder de vakantie op, waarna namens de rechter­ commissaris op 30 juli 2018 een waarschuwingsbrief is verzonden, waarin saniet wordt gewaarschuwd om de informatieplicht beter na te komen. Ter zitting verklaart saniet dat het bedrag geschonken is door zijn vader. De rechter-commissaris heeft 27 augustus 2018 reeds beslist dat het bedrag aan de boedel toekomt. Vanaf aanvang van de schuldsanering tot en met het laatste voortgangsverslag worden bij ieder verslag door de bewindvoerder nieuwe 'ontdekkingen' gedaan, waarover saniet spontaan de bewindvoerder had dienen te informeren. Door het niet spontaan melden van vermogensbestanddelen, zoals bestaande bankrekeningen of schenkingen, wordt niet voldaan aan de informatieplicht, maar geeft saniet ook geen blijk van een saneringsgezinde houding. Kern van het schuldsaneringstraject is dat saniet gedurende de looptijd zoveel mogelijk baten voor zijn schuldeisers weet te vergaren en dat saniet er alles aan doet om zich zoveel mogelijk in te spannen dit te verwezenlijken. Tot op heden is dit onvoldoende gebleken.

2.4.

Ook het met regelmaat laten ontstaan van nieuwe schulden is niet toegestaan tijdens het schuldsaneringstraject. Saniet heeft de meeste nieuwe schulden weten af te lossen dan wel een betalingsregeling getroffen, maar dit neemt niet weg dat de verplichting om geen nieuwe schulden te maken een kernverplichting is tijdens het schuldsaneringstraject.

2.5.

Tot slot is er een boedelachterstand van€ 2.565,55, die mede is ontstaan door het geschonken bedrag van€ 1.885,65. Ten aanzien van deze achterstand doet saniet een voorstel tot inlopen. Saniet verzoekt om de schuldsanering met één jaar te verlengen, zodat hij gedurende 29 maanden het bedrag van€ 2.565,- aflost in termijnen van tenminste € 88,50 per maand.

2.6.

De bewindvoerder heeft ter zitting verklaard dat de tekortkomingen saniet kunnen worden aangerekend. De bewindvoerder wil saniet nog een kans geven, mits saniet zijn financiën adequaat gaat beheren dan wel hulp inschakelt om aan de verplichtingen van de schuldsanering te voldoen. Saniet heeft ter zitting verklaard dat hij de schuldsaneringsregeling serieus neemt. Zijn advocaat verklaart ter zitting dat saniet voldoende gewaarschuwd is en hij ervoor wil gaan, wat mede blijkt uit zijn werkersmentaliteit.

2.7.

Saniet voldoet aan de arbeids- en sollicitatieplicht. Nadat hij zijn fulltime baan verloor, doordat de werkgever het arbeidscontract niet wenste voor të zetten, had hij binnen een paar dagen een nieuwe fulltime baan gevonden. Saniet zal echter de informatieplicht beter dienen na te komen en wellicht hulp dienen te zoeken om zijn financiën te beheren,

zodat geen nieuwe schulden meer ontstaan en de boedelachterstand, naast de reguliere afdrachtplicht, conform zijn voorstel wordt ingelopen. De rechtbank geeft saniet een laatste kans om aan alle verplichtingen voortvloeiende uit de schuldsaneringsregeling te voldoen en zal het verzoek om de schuldsanering tussentijds te beëindigen afwijzen. Gezien de tekortkomingen zal de rechtbank, ingevolge artikel 349a Fw, de termijn wijzigen gedurende welke de schuldsaneringsregeling van kracht is. Zij zal, conform het voorstel van saniet, de termijn vaststellen op vier jaar, te rekenen vanaf de dag van de uitspraak tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Saniet dient zich gedurende de resterende looptijd stipt te houden aan alle verplichtingen voortvloeiende uit de schuldsaneringsregeling. Indien blijkt dat saniet dat niet doet, dan lijkt een beëindiging van de schuldsaneringsregeling zonder de zogenaamde schone lei onafwendbaar.

3 De beslissing

De rechtbank

3.1.

wijst het verzoek van de bewindvoerder tot tussentijdse beëindiging van de wettelijke schuldsaneringsregeling af;

3.2.

bepaalt dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt voortgezet;

3.3.

wijzigt de termijn van de toepassing van de schuldsaneringsregeling, en stelt deze vast op vier jaar, derhalve tot 12 december 2021,

3.4.

bepaalt dat gedurende de verlengde periode alle regels van de schuldsanerings- regeling op saniet van kracht blijven.

Dit vonnis is gewezen door mr. K.J.H. Hoofs en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 september 2019 in tegenwoordigheid van de griffier.