Home

Rechtbank Limburg, 09-02-2018, ECLI:NL:RBLIM:2018:2459, C/03/245091 / KG ZA 18-11

Rechtbank Limburg, 09-02-2018, ECLI:NL:RBLIM:2018:2459, C/03/245091 / KG ZA 18-11

Gegevens

Instantie
Rechtbank Limburg
Datum uitspraak
9 februari 2018
Datum publicatie
16 maart 2018
ECLI
ECLI:NL:RBLIM:2018:2459
Zaaknummer
C/03/245091 / KG ZA 18-11

Inhoudsindicatie

Krakers slooppand. Ontruiming. Termijn. Verstek.

Uitspraak

vonnis

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Maastricht

zaaknummer: C/03/245091 / KG ZA 18-11

Vonnis in kort geding van 9 februari 2018

in de zaak van

de publiekrechtelijke rechtspersoon

GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL,

zetelend te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul,

eiseres,

advocaat mr. N. Kooistra,

tegen

1 [gedaagde sub 1] ,

wonend te [plaats] ,

2. ZIJ DIE VERBLIJVEN in de onroerende zaak staande en gelegen, aan de [adres 1] [plaats] of een gedeelte daarvan,

3. ZIJ DIE VERBLIJVEN in de onroerende zaak staande en gelegen, aan de [adres 2] [plaats] of een gedeelte daarvan,

4. ZIJ DIE VERBLIJVEN in de onroerende zaak staande en gelegen, aan de [adres 3] [plaats] of een gedeelte daarvan,

5. ZIJ DIE VERBLIJVEN in de onroerende zaak staande en gelegen, aan de [adres 4] [plaats] of een gedeelte daarvan,

gedaagden,

niet verschenen.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het exploot van de dagvaarding d.d. 10 januari 2018 met producties;

-

de brief van 19 januari 2018 van eiseres, met productie 17;

-

de brief van 26 januari 2018 van eiseres, met producties 18 t/m 20;

-

de mondelinge behandeling van 30 januari 2018 ter gelegenheid waarvan eiseres heeft overgelegd een machtiging en het originele dagblad waarin het uittreksel van het exploot bekend is gemaakt;

-

het tijdens de behandeling tegen gedaagden verleende verstek.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De beoordeling

2.1.

Eiseres verzoekt de voorzieningenrechter bij vonnis, zo ver mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:1. gedaagden te veroordelen om de appartementsrechten kadastraal bekend gemeente Valkenburg (L), [kadasternummer] , lokaal bekend [adres 1] , [adres 2] , [adres 3] en [adres 4] te [plaats] , alsmede de tot de desbetreffende splitsing behorende gemeenschappelijke gedeelten, binnen 48 uur na betekening van het ten dezen te wijzen vonnis, met al het hunne en de hunnen te ontruimen en ontruimd te houden, met machtiging van eiseres om bij niet tijdige ontruiming deze zelf, voor rekening van gedaagden, te bewerkstelligen door middel van een deurwaarder, desnoods met behulp van de sterke arm van justitie en politie;

2. te bepalen dat het in dezen te wijzen vonnis op de voet van artikel 557a Rv gedurende één jaar na het wijzen daarvan ten uitvoer kan worden gelegd tegen eenieder die zich ten tijde van de ten uitvoerlegging in de appartementsrechten kadastraal bekend gemeente Valkenburg (L), [kadasternummer] , lokaal bekend [adres 1] , [adres 2] , [adres 3] en [adres 4] te [plaats] en/of de tot de desbetreffende splitsing behorende gemeenschappelijke gedeelten bevindt of daar binnentreedt en telkens wanneer zich dat voordoet;3. gedaagden hoofdelijk, derhalve dat wanneer één betaalt de anderen zullen zijn bevrijd, te veroordelen in de kosten van deze procedure met de bepaling dat, als deze kosten niet binnen zeven dagen na dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de achtste dag na dagtekening van het vonnis, wettelijke rente is verschuldigd;4. gedaagden hoofdelijk, derhalve dat wanneer één betaalt de anderen zullen zijn bevrijd, te veroordelen in de nakosten als bedoeld in artikel 237 lid 4 Rv tot een bedrag van € 131,00 zonder betekening, verhoogd met een bedrag van € 68,00 ingeval van betekening, met bepaling dat, als deze kosten niet binnen zeven dagen na de dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de achtste dag na betekening van het vonnis wettelijke rente is verschuldigd.

2.2.

Het gevorderde komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal worden toegewezen, met dien verstande dat de gevorderde machtiging van eiseres om de ontruiming zo nodig zelf, met inroeping van de sterke arm, uit te doen voeren, wordt afgewezen. Uit artikel 556 lid 1 Rv volgt dat eiseres de ontruiming niet zelf ter hand mag nemen en dat gedwongen ontruiming het exclusieve terrein is van de deurwaarder. Eiseres heeft voldoende aan een vonnis om de deurwaarder te mogen inschakelen, indien gedaagden niet vrijwillig tot ontruiming overgaan. Voorwaarde is dat het vonnis door de deurwaarder aan gedaagden wordt betekend en dat aan gedaagden overeenkomstig het bepaalde in artikel 555 Rv bevel wordt gedaan om binnen drie dagen te ontruimen. De deurwaarder zelf behoeft geen rechterlijke machtiging om bevoegd te zijn de hulp van de sterke arm van politie en justitie in te roepen indien de deuren gesloten zijn, of de opening geweigerd wordt. Die bevoegdheid ontleent hij immers rechtstreeks aan artikel 557 Rv, waarin artikel 444 Rv van overeenkomstige toepassing wordt verklaard. Voorziet de deurwaarder problemen bij de ontruiming, dan kan hij op grond van artikel 3 Politiewet - zonder dat daartoe een machtiging van de rechter nodig is - bijstand van de politie inroepen.

2.3.

De voorzieningenrechter ziet ook aanleiding de tenuitvoerleggingstermijn ten aanzien van latere krakers te beperken tot 1 mei 2018 aangezien eiseres heeft gesteld dat de sloop van de panden (gelegen aan de [adres 1] , [adres 2] , [adres 3] en [adres 4] [plaats] ) uiterlijk op die datum zal zijn gerealiseerd. Indien dat niet het geval is, is er in geval van een herkraak reden voor een nieuwe rechterlijke beoordeling van de wens om tot ontruiming over te gaan.

2.4.

Gedaagden zullen als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op:

- dagvaarding € 99,91

- griffierecht € 626,00

- salaris advocaat € 527,00

totaal € 1.252,91.

2.5.

De rente en de nakosten worden toegewezen, zoals nader in het dictum wordt bepaald.

3 De beslissing