Home

Rechtbank Gelderland, 21-01-2022, ECLI:NL:RBGEL:2022:248, 05/258674-21

Rechtbank Gelderland, 21-01-2022, ECLI:NL:RBGEL:2022:248, 05/258674-21

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
21 januari 2022
Datum publicatie
24 januari 2022
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2022:248
Zaaknummer
05/258674-21

Inhoudsindicatie

De rechtbank veroordeelt een 23-jarige man tot een gevangenisstraf van 232 dagen waarvan 120 dagen voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden, voor afpersing en mishandeling van zijn ex-vriendin en diefstal door middel van een valse sleutel. Vrijspraak voor bedreiging en dwang.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Team strafrecht

Zittingsplaats Zutphen

Parketnummer: 05/258674-21

Datum uitspraak : 21 januari 2022

Tegenspraak

vonnis van de meervoudige kamer

in de zaak van

de officier van justitie

tegen

[verdachte] ,

geboren op [geboortedag 1] 1998 in [geboorteplaats] ,

zonder vaste woon- of verblijfplaats,

op dit moment gedetineerd in de P.I. Arnhem.

Raadsman: mr. A.D. Kloosterman, advocaat in Amsterdam.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting op 11 januari 2022.

1 De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:

1.

hij in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 2 september 2021, gedurende voor de nachtrust bestemde tijd te Apeldoorn, op/aan een parkeerplaats in Apeldoorn Zuid, althans op of aan de openbare weg, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van een mobiele telefoon en/of inloggegevens van een (online) bankaccount, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan voornoemde [slachtoffer] , in elk geval aan een derde

toebehoorde(n), door:

- zijn, verdachtes, hand(en) tegen de mond en/of de neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] te drukken en/of

- de mond en/of neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] dicht te knijpen en/of dicht te houden en/of

- ( daarbij) voornoemde [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Dit is je eigen schuld, geef mij je gegevens, niet schreeuwen"

2.

hij in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 2 september te Apeldoorn [slachtoffer] heeft mishandeld door:

- zijn, verdachtes, hand(en) tegen de mond en/of de neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] te drukken en/of

- de mond en/of neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] dicht te knijpen en/of dicht te houden en/of

- voornoemde [slachtoffer] een of meerdere malen in/op/tegen het gezicht/hoofd, althans op/tegen het lichaam te slaan en/of te stompen;

3.

hij in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 2 september 2021 te Apeldoorn

[slachtoffer] heeft bedreigd met verkrachting, en/of enig misdrijf tegen het leven gericht en/of zware mishandeling, door die [slachtoffer] dreigend de woorden toe te voegen: "Dit is het minste wat ik jou aan kan doen" en/of "Ik kan jou ook verkrachten zonder dat iemand het ziet of merkt" en/of "breng me thuis anders sla ik je dood", althans woorden van gelijke

dreigende aard of strekking;

4.

hij op of omstreeks 1 september 2021 te Apeldoorn een geldbedrag ter waarde van 20,00 euro, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat

weg te nemen geldbedrag onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door:

- via de [naam 1] (internet)bankrekening(en) van voornoemde [slachtoffer] geld over

te maken naar, zijn, verdachtes, (internet)bankrekening, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte, niet gerechtigd was;

5.

hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 4 september 2021 te Apeldoorn, een ander, te weten [slachtoffer] , door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die ander en/of derden, te weten [slachtoffer] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te weten met hem, verdachte, af te spreken en/of hem, verdachte te ontmoeten en/of contact te hebben met hem, verdachte, en/of hem, verdachte, te vervoeren door:

- voornoemde [slachtoffer] filmpje(s) en/of foto(‘s), althans screenshot(s), waarop te zien is dat voornoemde [slachtoffer] seks heeft met verdachte, althans met een of meerdere personen, althans naakt is te sturen en/of

- ( daarbij) voornoemde [slachtoffer] (app/messenger/snapchat)-berichten te sturen inhoudende, zakelijk weergegeven: "Ik ga jou moeder cc" en/of "Ik laat haar al die foto's zien" en/of " [slachtoffer] vandaag of morgen haal je mij op om mij spullen op te halen. Laatste keer dat ik het zeg. Zo niet. Ga ik jou ruïneren als eerste vertel ik alles tegen je moeder. Ik ga deze en de rest aan je ma laten zien verder verwijder ik ze van me tel" en/of "Ik denk niet dat die vids alleen naar je ma gaan", althans door te dreigen filmpje(s) en/of foto(‘s), althans screenshot(s) waarop te zien is dat voornoemde [slachtoffer] seks heeft met verdachte, althans met een of meerdere personen, althans naakt is, openbaar te maken;

2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs 1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de feiten 1, 2, 3 en 4. Ter zitting heeft de officier van justitie de bewijsmiddelen opgesomd en nader toegelicht. De officier van justitie vordert vrijspraak voor feit 5.

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft bepleit dat verdachte wordt vrijgesproken voor feit 1, 3, 4 en 5 wegens het ontbreken van voldoende wettig en overtuigend bewijs. Voor de feiten 1 en 3 wordt de verklaring van aangeefster onvoldoende ondersteund door andere bewijsmiddelen. Ten aanzien van feit 2 verzoekt de verdediging verdachte partieel vrij te spreken. Verdachte heeft aangeefster niet gewurgd of met een vuist geslagen. Dit wordt ondersteund door het chatgesprek op pagina 33 van het procesdossier waarbij aangeefster ‘nee’ antwoordt op de vraag van verdachte of hij met een vuist heeft uitgehaald naar aangeefster. Bij feit 5 is er geen sprake van een voltooid delict.

Beoordeling door de rechtbank

Vrijspraak voor feit 3

Aangeefster heeft verklaard dat zij in de nacht van 1 september 2021 op 2 september 2021 door verdachte is bedreigd door onder andere de woorden te zeggen ‘ik kan jou ook verkrachten zonder dat iemand het ziet of merkt’ en door te zeggen dat aangeefster verdachte bij hem thuis moest afzetten omdat hij haar anders dood ging slaan. In het dossier bevinden zich geen andere verklaringen of bevindingen die de verklaring van aangeefster dat zij door verdachte is bedreigd ondersteunen. De rechtbank is dan ook van oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte het onder feit 3 tenlastegelegde heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken.

Vrijspraak voor feit 5

Verdachte is tenlastegelegd dat hij aangeefster onder andere heeft gedwongen om hem te vervoeren door te dreigen video’s waarop verdachte en aangeefster seks hebben te versturen naar de moeder van aangeefster. Verdachte heeft bekend deze berichten te hebben verstuurd. Uit het dossier blijkt niet dat aangeefster aan deze dreigementen gehoor heeft gegeven. Nu enkel het voltooide delict ten laste is gelegd, kan feit 5 niet worden bewezen en moet verdachte hiervan worden vrijgesproken.

Feit 1, 2 en 4

Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij in de nacht van 1 september 2021 op 2 september 2021 naar verdachte is gereden. Verdachte is in de auto gestapt en aangeefster moest haar telefoon aan verdachte geven.2 Aangeefster is met verdachte naar een parkeerplaats in Apeldoorn Zuid gereden. Aangeefster zag dat verdachte naar haar [naam 1] -app ging. Aangeefster moest van verdachte inloggen op de [naam 1] -app, maar zij wilde dit niet en heeft haar telefoon teruggepakt. Verdachte heeft vervolgens zijn linkerhand tegen haar keel en zijn rechterhand op de neus en mond van aangeefster gedrukt. Op het moment dat aangeefster begon te gillen, drukte verdachte de neus en mond steeds harder dicht. Aangeefster hoorde verdachte roepen ‘dit is je eigen schuld, geef mij je gegevens, niet schreeuwen’. Aangeefster voelde een stekende pijn in haar keel en pijn in haar neus en aan haar lippen. De verstikking duurde ongeveer twee minuten. Aangeefster voelde dat ze stikte en gaf daarom haar telefoon terug aan verdachte. Op dat moment liet verdachte aangeefster los. Aangeefster heeft vervolgens met de gezichtsscan ingelogd op haar telefoon en zag dat verdachte € 20,- overmaakte van haar rekening naar de rekening van verdachte. Aangeefster hoorde verdachte zeggen dat zij zichzelf moest opnemen en in het filmpje moest zeggen dat ze een kankerhoer was. Aangeefster heeft het filmpje opgenomen en tijdens het opnemen sloeg verdachte haar twee keer met zijn rechterhand hard op haar linkerwang. Aangeefster voelde een scherpe pijn in haar wang en in haar linker kaak. Aangeefster voelde dat haar hoofd begon te tintelen. Aangeefster schreeuwde ‘stop’ en ‘au’. Na de tweede klap liet aangeefster de telefoon los en sloeg verdachte haar voor de derde keer met zijn rechterhand op haar linkerwang. Aangeefster voelde dat haar linkerwang verdoofd was.3 Thuis zag aangeefster dat haar neus was opgezwollen. Ze voelde pijn in haar mond en zag dat er bloed uit haar mond kwam. Ze zag dat ze een tand door de lip had. Ze had schrammen op haar gezicht en de linkerkant van haar gezicht was rood.4 Aangeefster heeft foto’s gemaakt van het letsel op haar gezicht.5 Op het bankafschrift van aangeefster (rekeningnummer [rekeningnummer 1] ) is te zien dat er op 1 september 2021 om 03:56 uur € 20,- is overgemaakt naar [verdachte] (rekeningnummer [rekeningnummer 2] ).6

Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat hij aangeefster twee ‘vlakke handen’ heeft gegeven in haar gezicht. Bij de politie heeft verdachte verklaard dat hij die desbetreffende nacht heel erg boos was.7

Getuige [getuige] heeft bij de politie verklaard dat zij de dag na het voorval naar aangeefster is gegaan. Zij zag dat één oog van aangeefster heel blauw was en dat zij een grote schram had op haar wang. Daarnaast had ze een snee op haar voorhoofd. Aangeefster vertelde de getuige [getuige] dat zij door verdachte naar achteren was gedrukt waarna hij zijn hand op haar mond en neus deed.8

Uit het proces-verbaal van bevindingen komt naar voren dat verdachte op 1 september 2021 omstreeks 12:05:13 uur een audiobericht heeft verstuurd. Hierin zegt verdachte: ‘Eh wha ... ik zie mijn broertje daar, ik kreeg error joh nog nooit zo'n error gehad. Ben meteen daar naartoe gegaan en alle 'doekoe' van haar rekening gepakt, overgeboekt naar mijn rekening. Haar twee platte handen gegeven en gezegd: 'je moet jezelf filmen dat je een kankerhoer bent’.9

De rechtbank is van oordeel dat feiten 1, 2 en 4 wettig en overtuigend kunnen worden bewezen gelet op het voorgaande. Aangeefster heeft haar telefoon pas aan verdachte gegeven nadat hij haar neus, mond en keel had dichtgedrukt. Het geld is ook daadwerkelijk van haar rekeningnummer naar dat van verdachte overgemaakt, waarna verdachte haar nog heeft geslagen. De verklaring van verdachte dat aangeefster zelf € 20,- heeft overgemaakt naar de bankrekening van verdachte acht de rechtbank niet geloofwaardig. In het audiobericht zegt verdachte immers dat hij het geld van haar rekening heeft ‘gepakt’. De rechtbank heeft ook voor het overige geen reden om de te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaring van [slachtoffer] , met name nu haar verklaring wordt ondersteund door de hiervoor opgesomde bewijsmiddelen.

De rechtbank acht niet bewezen dat aangeefster is gedwongen tot afgifte van de inloggegevens van een (online) bankaccount. In het arrest van de Hoge Raad van 13 juni 1995 (NJ 1995, 635) is bepaald dat het (onvrijwillig) noemen van een pincode niet kan worden aangemerkt als afgifte van enig goed in de zin van artikel 317 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). De wetgever heeft deze bepaling zodanig gewijzigd dat onder meer strafbaar is gesteld het door geweld of met bedreiging van geweld iemand dwingen tot het ter beschikking stellen van gegevens met geldswaarde in het handelsverkeer. Het gaat hierbij om gegevens die in het economische verkeer verhandelbaar zijn. Bij deze verruiming van de strafbaarstelling kan aldus gedacht worden aan het ter beschikking stellen van een pincode.

Gelet hierop kan naar het oordeel van de rechtbank ook het verstrekken van gegevens waarmee kan worden ingelogd op een online bankaccount niet worden aangemerkt als afgifte van enig goed als bedoeld in artikel 317 Sr, maar valt dit onder het ter beschikking stellen van gegevens in de zin van deze bepaling. Nu de overtreding van dat deel van deze strafbepaling in deze zaak niet ten laste is gelegd, zal de rechtbank verdachte van dat deel van de tenlastelegging onder feit 1 vrijspreken.

De rechtbank merkt op dat op grond van voornoemde bewijsmiddelen blijkt dat het bewezenverklaarde zich heeft voorgedaan in de nacht van 31 augustus 2021 op 1 september 2021. Naar het oordeel van de rechtbank valt dit onder het bereik van de tenlastelegging en maakt dit het oordeel niet anders.

3 De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:

1.

hij in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 2 september 2021, gedurende voor de nachtrust bestemde tijd te Apeldoorn, op/aan een parkeerplaats in Apeldoorn Zuid, althans op of aan de openbare weg, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van een mobiele telefoon en/of inloggegevens van een (online) bankaccount, in elk geval enig goed, dat/die die geheel of ten dele aan voornoemde [slachtoffer] , in elk geval aan een derde

toebehoorde(n), door:

- zijn, verdachtes, hand(en) tegen de mond en/of de neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] te drukken en/of

- de mond en/of neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] dicht te knijpen en/of dicht te houden en/of

- ( daarbij) voornoemde [slachtoffer] de woorden toe te voegen: “Dit is je eigen schuld, geef mij je gegevens, niet schreeuwen”

2.

hij in of omstreeks de periode van 1 september 2021 tot en met 2 september te Apeldoorn [slachtoffer] heeft mishandeld door:

- zijn, verdachtes, hand(en) tegen de mond en/of de neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] te drukken en/of

- de mond en/of neus en/of de keel van voornoemde [slachtoffer] dicht te knijpen en/of dicht te houden en/of

- voornoemde [slachtoffer] een of meerdere malen in/op/tegen het gezicht/hoofd, althans op/tegen het lichaam te slaan en/of te stompen;

4.

hij op of omstreeks 1 september 2021 te Apeldoorn een geldbedrag ter waarde van 20,00 euro, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat

weg te nemen geldbedrag onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door:

- via de [naam 1] (internet)bankrekening(en) van voornoemde [slachtoffer] geld over

te maken naar, zijn, verdachtes, (internet)bankrekening, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte, niet gerechtigd was;

Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.

Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.

Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4 De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:

feit 1:

afpersing

feit 2:

mishandeling

feit 4:

diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels

5 De strafbaarheid van de feiten

6 De strafbaarheid van de verdachte

7 De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

8 De beoordeling van de civiele vordering

9 De toegepaste wettelijke bepalingen

10 De beslissing