Home

Rechtbank Den Haag, 20-02-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2489, AWB 16/26721

Rechtbank Den Haag, 20-02-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2489, AWB 16/26721

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
20 februari 2018
Datum publicatie
5 maart 2018
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2018:2489
Formele relaties
Zaaknummer
AWB 16/26721

Inhoudsindicatie

Artikel 64 Vw 2000, medische noodsituatie, Paposhvilli, private facility, feitelijke beschikbaarheid, bewijslast

Uitspraak

Zittingsplaats Amsterdam

Bestuursrecht

zaaknummer: AWB 16/26721

[V-nummer]

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 20 februari 2018 in de zaak tussen

geboren op [geboortedatum] , van Ghanese nationaliteit, eiseres

(gemachtigde: mr. J. van der Wielen),

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. W.A. Kleingeld).

Procesverloop

Bij besluit van 24 maart 2016 (het primaire besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiseres tot uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vreemdelingenwet (Vw) 2000 afgewezen. Eiseres heeft daartegen bezwaar gemaakt. Bij besluit van 21 oktober 2016 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.

Op 17 november 2016 heeft de rechtbank het beroepschrift van eiseres tegen dit besluit ontvangen. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 18 juli 2017. Eiseres is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Verweerder is vertegenwoordigd door mr. J. Nieuwenhuys. Ook was ter zitting aanwezig de heer [geboortedatum] , tolk in de taal Twi. De rechtbank heeft het onderzoek heropend en voortgezet op 21 november 2017. Eiseres is verschenen met haar gemachtigde en voornoemde tolk en verweerder is vertegenwoordigd door zijn voornoemde gemachtigde. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Verzoek vrijstelling griffierecht

1. Bij haar beroepschrift heeft eiseres om vrijstelling van het griffierecht verzocht. Het verzoek wordt toegewezen op grond van de door eiseres versterkte gegevens over haar inkomsten en vermogen.

Feiten

2.1

Eiseres heeft op 26 februari 2016 uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vw 2000 gevraagd. Het Bureau Medische Advisering (BMA) heeft op 22 maart 2016 op verzoek van verweerder een advies uitgebracht (BMA-advies 1). Uit dat advies blijkt onder meer dat eiseres in [jaar] een herseninfarct heeft doorgemaakt en lijdt aan linkszijdige uitval en chronische en ernstige epilepsie. In dit advies heeft het BMA geconcludeerd dat bij uitblijven van de door eiseres benodigde behandeling op korte termijn een noodsituatie zal ontstaan, maar dat de benodigde behandeling dan wel gepaste alternatieven daarvoor in haar land van herkomst Ghana aanwezig zijn. Bij het primaire besluit heeft verweerder de aanvraag van eiseres van 22 maart 2016 afgewezen.

2.2

Eiseres heeft daartegen bezwaar gemaakt en bij de rechtbank een voorlopige voorziening gevraagd, die bij uitspraak van 21 september 2016 met zaaknummer AMS 16/5921 is toegewezen. Naar aanleiding van het bezwaar van eiseres tegen het primaire besluit heeft het BMA op 30 augustus 2016 een aanvullend advies uitgebracht

(BMA-advies 2). In BMA-advies 2 wordt geconcludeerd dat hetgeen de behandelaar van eiseres stelt in haar e-mail niet afdoet aan BMA‑advies 1 en dit dus stand kan houden. Onder verwijzing naar BMA-advies 2 heeft verweerder het bezwaar van eiseres in het bestreden besluit ongegrond verklaard. Eiseres heeft afgezien van een geplande hoorzitting.

Geschil

Beoordeling

Conclusie

Beslissing