Home

Rechtbank Amsterdam, 24-05-2019, ECLI:NL:RBAMS:2019:4356, C/13/666332 / KG ZA 19-512

Rechtbank Amsterdam, 24-05-2019, ECLI:NL:RBAMS:2019:4356, C/13/666332 / KG ZA 19-512

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
24 mei 2019
Datum publicatie
25 juli 2019
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2019:4356
Zaaknummer
C/13/666332 / KG ZA 19-512

Inhoudsindicatie

voorlopig gebruik woning aan vrouw toegewezen ivm geweld, contactverbod ook toegewezen

Uitspraak

vonnis

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel

zaaknummer / rolnummer: C/13/666332 / KG ZA 19-512 AB/MvG

Vonnis in kort geding van 24 mei 2019

in de zaak van

[eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] ,

wonende te [woonplaats] ,

eiseres in conventie bij dagvaardingen op verkorte termijn van 13 mei 2019,

verweerster in voorwaardelijke reconventie,

advocaat mr. Z. Taspinar te Amsterdam,

tegen

[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,

wonende te [woonplaats] ,

gedaagde in conventie,

eiser in reconventie,

advocaat mr. W. Matadien te Amsterdam.

Partijen zullen hierna [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] worden genoemd.

1 De procedure

Ter zitting van 17 mei 2019 heeft [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] gesteld en gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. Zij heeft haar eis ter zitting verminderd. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorzieningen, en vervolgens in voorwaardelijke reconventie gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte akte. [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] heeft de vordering in reconventie bestreden. Beide partijen hebben producties in het geding gebracht en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] daarnaast ook een pleitnota. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.

Ter zitting waren partijen aanwezig met hun advocaten.

2 De feiten

2.1.

Partijen zijn op 26 augustus 1999 in Amsterdam gehuwd en zijn de ouders van:

- [naam kind 1] , geboren op [geboortedatum] 2003 in [geboorteplaats] ,

- [naam kind 2] , geboren op [geboortedatum] 2009 in [geboorteplaats] .

2.2.

Partijen hebben in gezamenlijk eigendom de woning aan [adres] in [plaats] .

2.3.

[eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] heeft op 10 april 2019 aangifte gedaan van mishandeling, gepleegd door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .

2.4.

Bij beschikking van de burgemeester van de gemeente Amsterdam van 11 april 2019 is aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een huisverbod opgelegd voor een periode van tien dagen. In de beschikking staat, voor zover van belang, het volgende:

Belangrijkste signalen (feiten en omstandigheden) die hebben geleid tot een huisverbod

Echtgenote is geslagen met een bord op haar hoofd en is tevens gewurgd. De kinderen waren in huis aanwezig, waarvan één zoon zelf de politie heeft gebeld. (….) Echtgenoot gebruikt tevens alcohol en daarnaast medicatie ivm depressies. Hulpverlening voor alle betrokkenen teneidne recidive te voorkomen is dringend gewenst.(…)

Echtgenote heeft een baan en heeft daarnaast de verzorging van de 2 minderjarige schoolgaande kinderen. Uithuisgeplaatste is werkeloos en kan eventueel opgevangen worden door zijn zus woonachtig in [plaats] . Vanuit de gecreerde rust kan aan zowel de problematiek van moederen en kinderen als van uithuisgeplaatste (psychische problematiek en alcoholverslaving) gewerkt worden.”

2.5.

Bij beschikking van de burgemeester van Amsterdam van 18 april 2019 is het huisverbod verlengd met een aansluitende periode van 18 dagen, dus tot 9 mei 2019. In de beschikking staat, voor zover van belang, het volgende:

(…) Ten aanzien van de signalen uit het risicotaxatie-instrument Huiselijk Geweld (hierna: RiHG) en de onderliggende documenten is gebleken dat er binnen het gezin sprake is van veel ruzie, verbaal, psychisch en lichamelijk geweld. (…)

Uit het advies van het zorgcoördinatiepunt d.d. 18 april 2019 blijkt dat uithuisgeplaatste goed meewerkt aan de afspraken met het zorgcoördinatiepunt. Hij vindt niet dat hij achterblijver echt heeft geslagen; ze heeft hem in ieder geval teruggeslagen. Desgevraagd geeft hij aan dat hij haar nooit eerder heeft geslagen. Uithuisgeplaatste bevestigt dat hij zijn oudste zoon met een riem heeft geslagen. Dat was vier jaar geleden en dat is maar een keer gebeurd. Uithuisgeplaatste zegt dat hij al zeven jaar depressief is. Hij heeft medicatie die hij echter niet altijd inneemt, omdat hij dan alcohol kan drinken. Hij zegt drie borrels (whisky of jenever) per dag te drinken en soms meer. Hij wilt minderen met het drinken van alcohol. Uithuisgeplaatste vertelt dat hij door het overlijden van zijn ouders en ontslag depressief is geworden en drie jaar geleden in het ziekenhuis opgenomen is geweest voor zes maanden. (…)Uithuisgeplaatste verblijft nu bij zijn zus. (…)

De zorgcoördinatiepunt heeft kort met de kinderen gesproken. Ze zijn allebei beleefd en wat verlegen. De jongste geeft aan dat hij bang was tijdens de ruzie. Hij vindt het lekker rustig nu zijn vader niet thuis is. De oudste geeft aan dat hij zijn vader nooit meer hoeft te zien. Hij bevestigt dat hij vaker door zijn vader is geslagen. (…)

De kinderen zijn op een later tijdstip door de Jeugdbeschermer gesproken. Ze hebben aangegeven dat zij beiden door uithuisgeplaatste geslagen worden en dat uithuisgeplaatste heel vaak dronken thuis komt en dan tegen hen gaat schreeuwen. Dat kan ook midden in de nacht zijn. Er heeft een systeemgesprek plaatsgevonden in het bijzijn van de JBRA. Uithuisgeplaatste geeft aan dat hij niet wist dat slaan mishandeling is. Hij vraagt zich af op welke manier hij de kinderen anders naar hem moet laten luisteren. (…) Het valt op dat uithuisgeplaatste totaal voorbijgaat aan de emoties van achterblijver en vooral bezig is met geld en zijn verblijfplaats; hij zegt niet langer bij zijn zus te kunnen blijven. (…)

Het zorgcoördinatiepunt en de JBRA geven aan zorgen te hebben over de kinderen. Zij zijn zowel getuige als slachtoffer (geweest) van het huiselijk geweld. (…)Tevens wordt aangegeven dat het van belang is dat de kinderen en achterblijver rust krijgen. Uithuisgeplaatste lijkt de zorgen over de kinderen niet te delen. Hij maakt zich vooral zorgen over zichzelf. Gezien bovenstaande en het aantal elementen waarop in het RiHG hoog werd gescoord maakt het zorg coördinatiepunt de inschatting dat de kans op een nieuwe escalatie onverminderd hoog is als uithuisgeplaatste zonder hulp terugkeert en adviseert het huisverbod te verlengen.”

2.6.

In een door [naam gezinsmanager] , gezinsmanager bij Jeugdbescherming Regio Amsterdam, opgesteld gezinsplan van 8 mei 2019 staat, voor zover van belang, het volgende:

(…) De kans op toekomstige onveiligheid (gebaseerd op alle factoren) is Hoog (Risicogroep 6) (…)

Vader is alcoholverslaafd en wil hier geen hulp bij. (…)

Vader vindt slaan en schreeuwen normaal.

Vader ziet geweld als middel om bepaald gedrag van moeder en de kinderen af te dwingen. (…)

-Beide kinderen kunnen geen leuke momenten met vader bedenken. Ook niet vanuit het verleden. (…)

Zus heeft een ultimatum gesteld aan het verblijf van vader bij haar. (…)

Gezien bovenstaande verdeling tussen zorgpunten en krachten is Jeugdbescherming van mening dat de situatie van [naam kind 1] en [naam kind 2] blijvend onveilig is. (…)

[naam kind 2] is een leuke spontane jongen die de gezinsmanager netjes te woord staat. (…) Wanneer er gevraagde wordt of hij zijn vader ook zou willen zien in de vakantie, geeft hij dat hij dat wel wilt maar alleen als hij veranderd is. Dit betekent voor hem dat hij niet meer mag schoppen en slaan en schreeuwen naar hun en zijn moeder. (…)

[naam kind 1] is een vriendelijke, welbespraakte jongeman. (…) [naam kind 1] geeft aan dat hij best angstig was op het moment dat zijn vader zijn moeder sloeg en hij zich opsloot in het toilet om de politie te bellen. (…) [naam kind 1] is zelf ook vaak geslagen door zijn vader. De laatste keer is in zijn beleving vorig jaar geweest. (…)

Het overlijden van zijn vader en het achter zijn rug om ontslagen worden, hebben veel met vader gedaan. Hij merkt dat hij sindsdien snel zenuwachtig en paniekerig is. Vader is veel alcohol gaan drinken. Moeder geeft aan dat vader vaak dronken is. Het AMC heeft vader geadviseerd om antidepressiva te nemen, maar deze neemt vader niet omdat het niet goed samen gaat met alcohol.

Vader heeft aangegeven geen hulp te willen voor zijn alcoholgebruik. Als vader gedronken heeft, verhoogt de onveiligheid in het gezin, omdat vader dan grenzeloos verbaal geweld gebruikt en hier volgens moeder niet op aangesproken kan worden. (…)

Vader toon geen inzicht toont in het belang van de kinderen en de gevolgen van het huiselijk geweld. Hij bagatelliseert het huiselijk geweld. In de gesprekken die gevoerd zijn met vader, zet hij alleen zijn eigen belang centraal, namelijk dat hij in de woning wil blijven. Als vader letterlijk wordt gevraagd wie op de eerste plaats komt (zijn kinderen of hijzelf) geeft vader aan dat hij op de eerste plaats komt. Doordat het inzicht in de onveilige situatie mist, heeft Jeugdbescherming onvoldoende vertrouwen in dat ouders praktische zaken onderling met elkaar kunnen bespreken. (…)

Aangezien er sprake lijkt te zijn van jarenlange onveiligheid van de kinderen wegens het huiselijk geweld, is het belangrijk dat de kinderen meer tijd en ruimte krijgen om tot rust te komen. (…)

Moeder heeft op 8 mei 2019 aangekondigd dat zij een echtscheiding in gang zet. (…)

Vader heeft een zus in [plaats] die een steun is voor hem en een vriend in [plaats] bij wie hij nu verblijft.”

2.7.

Op vrijdag 10 mei 2019 is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] teruggekeerd in de woning, omdat hij niet langer bij zijn zus of een vriend van hem in [plaats] kan blijven slapen.

2.8.

[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft op 14 mei 2019 zijn huisarts bezocht, die hem heeft doorverwezen naar een (psychische) hulpverlener, met wie hij op 27 mei 2019 een afspraak heeft.

2.9.

In een e-mail van [naam gezinsmanager] van 17 mei 2019 staat, voor zover van belang, het volgende:

Via deze weg wil ik u graag meer uitleg geven over de veiligheidsafspraken die ik gemaakt heb met het gezin [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] / [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] . (…)

Uiteindelijk is toen besloten om veiligheidsafspraken te maken met vader, zodat hij tijdelijk terug kan naar de woning in afwachting van uitspraak van de rechter m.b.t. het kort geding . (…)

Op dat moment was de zittingsdatum ons nog niet bekend, dus heb ik duidelijk gemaakt dat de afspraken gelden tot de zitting van het kort geding en tot die tijd onderstaande veiligheidsafspraken gelden:

(…)

Deze situatie kan niet lang voortduren, want de kinderen worden op deze manier blootgesteld aan de spanning en stress van ouders. Na de heftige periode is het juist belangrijk dat de kinderen rust ervaren, zodat zij zich veiliger gaan voelen en op den duur gewerkt kan worden aan verwerking van het huiselijk geweld.”

3 Het geschil in conventie

3.1.

[eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] vordert – samengevat, na vermindering van eis – op straffe van verbeurte van een dwangsom:

I. dat zij bij uitsluiting van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gerechtigd is tot het gebruik van de echtelijke woning met het bevel dat hij deze woning dient te verlaten en niet verder mag betreden en met machtiging aan [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] dit vonnis in zoverre en zonodig zelf ten uitvoer te leggen met behulp van de sterke arm van politie en justitie,

II. dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] direct na betekening van dit vonnis de echtelijke woning moet verlaten en niet verder mag betreden,

III. dat [naam kind 1] en [naam kind 2] aan haar zullen worden toevertrouwd,

IV. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te verbieden op enigerlei wijze, persoonlijk, telefonisch, schriftelijk, of anderszins contact met [eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie] te zoeken hetzij direct, hetzij via derden, althans een contactverbod in goede justitie te bepalen,

V. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te verbieden om direct contact te zoeken met de kinderen van partijen en te bepalen dat het contact met hen zal verlopen via Jeugdbescherming,

VI. haar te machtigen om in het geval [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] het onder IV en V gevorderde verbod overtreedt, deze overtreding te doen eindigen met behulp van de sterke arm van justitie en politie,

VII. dat indien het onder I en V gevorderde verbod op straffe van een dwangsom eenmaal is overtreden, het verbod bij de volgende overtreding ten uitvoer kan worden gelegd bij lijfsdwang, subsidiair, in het geval [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de verschuldigde dwangsom niet betaalt, dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad zal zijn bij lijfsdwang,

VIII. dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.

3.2.

[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] voert verweer.

3.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 Het geschil in voorwaardelijke reconventie

5 De beoordeling in conventie en in reconventie

6 De beslissing