Home

Parket bij de Hoge Raad, 16-11-2010, BN8214, 09/00017 B

Parket bij de Hoge Raad, 16-11-2010, BN8214, 09/00017 B

Gegevens

Instantie
Parket bij de Hoge Raad
Datum uitspraak
16 november 2010
Datum publicatie
17 november 2010
ECLI
ECLI:NL:PHR:2010:BN8214
Formele relaties
Zaaknummer
09/00017 B

Inhoudsindicatie

Beklag beslag. De Rb heeft de beschikking niet ex art. 24.1 Sv in het openbaar uitgesproken. HR doet wat de Rb had behoren te doen.

Conclusie

Nr. 09/00017 B

Mr. Vellinga

Zitting: 21 september 2010

Conclusie inzake:

[Klager]

1. De Rechtbank te Amsterdam heeft bij beschikking van 23 december 2008 klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag, strekkende tot teruggave aan klager van één hond en negen katten.

2. Tegen deze beschikking is door klager op 5 januari 2009 beroep in cassatie ingesteld.

3. Namens verdachte heeft mr. B.P. de Boer, advocaat te Amsterdam, één middel van cassatie voorgesteld.

4. Het middel behelst de klacht dat de bestreden beschikking niet in het openbaar is uitgesproken.

5. Art. 552a, zesde lid, Sv bepaalt dat de behandeling van het klaagschrift door de raadkamer plaatsvindt in het openbaar. Ingevolge art. 24, eerste lid, Sv moet dan de beschikking in het openbaar worden uitgesproken. Deze voorschriften zijn van zodanig wezenlijke betekenis dat - wat betreft de behandeling behoudens toepassing van art. 22, tweede en derde lid, Sv - de niet-naleving daarvan tot nietigheid van de behandeling en de beschikking leidt (HR 19 december 2006, LJN AZ1667).

6. Het proces-verbaal van de behandeling van de raadkamer van 16 december 2008 houdt in dat de behandeling in het openbaar heeft plaatsgevonden en dat de beslissing zal worden uitgesproken in openbare raadkamer van 23 december 2008. De bestreden beschikking houdt niet in dat deze in het openbaar is uitgesproken maar wel dat de beslissing is gegeven op 23 december 2008. Een en ander brengt mee dat het ervoor moet worden gehouden dat de bestreden beschikking in het openbaar is uitgesproken.

7. Het middel faalt en kan worden afgedaan met de in art. 81 RO bedoelde motivering.

8. Gronden waarop de Hoge Raad gebruik zou moeten maken van zijn bevoegdheid de bestreden uitspraak ambtshalve te vernietigen heb ik niet aangetroffen. Deze conclusie strekt tot verwerping van het beroep.

De Procureur-Generaal

bij de Hoge Raad der Nederlanden

AG