Home

Hoge Raad, 21-09-2018, ECLI:NL:HR:2018:1720, 18/00003

Hoge Raad, 21-09-2018, ECLI:NL:HR:2018:1720, 18/00003

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
21 september 2018
Datum publicatie
21 september 2018
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:1720
Zaaknummer
18/00003

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

21 september 2018

Nr. 18/00003

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 1 december 2017, nr. BK-16/00337, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nr. SGR 15/9000) betreffende een aan belanghebbende opgelegde naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij drie middelen voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing