Home

Hoge Raad, 14-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2968, 12/05507

Hoge Raad, 14-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2968, 12/05507

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
14 oktober 2014
Datum publicatie
15 oktober 2014
ECLI
ECLI:NL:HR:2014:2968
Formele relaties
Zaaknummer
12/05507

Inhoudsindicatie

Profijtontneming. HR: art. 81.1 RO.

Uitspraak

14 oktober 2014

Strafkamer

nr. 12/05507 P

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 14 november 2012, nummer 22/000119-11, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:

[betrokkene] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1942.

1 Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft mr. J.P.A. van Schaik, advocaat te Veenendaal, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2 Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 14 oktober 2014.