Hoge Raad, 23-06-2009, BI9277, 07/13062
Hoge Raad, 23-06-2009, BI9277, 07/13062
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 23 juni 2009
- Datum publicatie
- 23 juni 2009
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2009:BI9277
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2009:BI9277
- Zaaknummer
- 07/13062
Inhoudsindicatie
Het cassatieberoep is gericht tegen een vonnis van de Kantonrechter (Ktr). De AG concludeert tot nietigheid van de bestreden uitspraak omdat geen pv is opgemaakt van tz. bij de Ktr. HR: het middel, dat klaagt over de verwerping van een in het vonnis van de Ktr weergegeven verweer, doch niet over het ontbreken van het pv van de tz., kan niet tot cassatie leiden. 81 RO.
Uitspraak
23 juni 2009
Strafkamer
nr. 07/13062
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een vonnis van de Rechtbank te Amsterdam, sector Kanton, locatie Amsterdam, van 30 oktober 2007, nummer 13/724605-07, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboorteplaats] 1987, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. V.H. Hammerstein, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De waarnemend Advocaat-Generaal Bleichrodt heeft geconcludeerd tot vernietiging van het vonnis van de Kantonrechter en tot terugwijzing van de zaak naar de Kantonrechter in de Rechtbank te Amsterdam opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
2. Beoordeling van het middel
Het middel, dat klaagt over de verwerping van een in het vonnis van de Kantonrechter weergegeven verweer doch niet over het ontbreken van het proces-verbaal van de terechtzitting, kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en W.F. Groos, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.J. Verhoeven, en uitgesproken op 23 juni 2009.