Hoge Raad, 21-09-2007, BA6234, C06/100HR
Hoge Raad, 21-09-2007, BA6234, C06/100HR
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 21 september 2007
- Datum publicatie
- 21 september 2007
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2007:BA6234
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:BA6234
- Zaaknummer
- C06/100HR
- Relevante informatie
- Wet op de rechterlijke organisatie [Tekst geldig vanaf 01-07-2023] art. 81
Inhoudsindicatie
Verbintenissenrecht. Geschil over koopoptie in huurovereenkomst (81 RO).
Uitspraak
21 september 2007
Eerste Kamer
Nr. C06/100HR
MK/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. C.A.J. van der Meulen,
t e g e n
[Verweerster],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. D. Stoutjesdijk.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en [verweerster].
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiseres] heeft bij exploot van 20 februari 2004 [verweerster] gedagvaard voor de rechtbank Haarlem, sector kanton, locatie Haarlem en gevorderd, kort gezegd, [verweerster] te veroordelen om aan [eiseres] te betalen een bedrag van € 194.202,45, althans € 178.104,60, met rente en kosten.
[Verweerster] heeft de vordering bestreden.
De kantonrechter heeft bij vonnis van 12 mei 2004 geoordeeld dat hij niet bevoegd was van de zaak kennis te nemen en de zaak verwezen naar de sector civiel van de rechtbank Haarlem voor voortzetting van de procedure.
De rechtbank heeft, nadat op 25 augustus 2004 een comparitie van partijen had plaatsgevonden, bij tussenvonnis van 5 januari 2005 de zaak naar de rol verwezen voor nadere conclusie aan de zijde van [eiseres].
Tegen dit tussenvonnis heeft [verweerster] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij arrest van 5 januari 2006 heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en, opnieuw rechtdoende, de vordering van [eiseres] afgewezen.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [eiseres] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerster] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 367,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.B. Fleers als voorzitter en de raadsheren O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, A. Hammerstein en J.C. van Oven, en in het openbaar uitgesproken door de president W.J.M. Davids op 21 september 2007.