Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0111/04 van Minerva Malliori (PSE) aan de Commissie. Dioxines in kweekzalm.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0111/04 van Minerva Malliori (PSE) aan de Commissie. Dioxines in kweekzalm.

3.4.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 84/536


(2004/C 84 E/0613)

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0111/04

van Minerva Malliori (PSE) aan de Commissie

(19 januari 2004)

Betreft: Dioxines in kweekzalm

Volgens een studie die gepubliceerd is in het gezaghebbende wetenschappelijk tijdschrift „Science” en die grote onrust heeft gezaaid onder de consumenten en de viskwekers, zou kweekzalm grote hoeveelheden kankerverwekkende stoffen bevatten zoals PCB's.

Zalm wordt in grote hoeveelheden geconsumeerd omdat het een van de meest gezonde vissen is wegens zijn hoog gehalte aan omega-3-vetzuren, die het hart beschermen. Bovendien speelt zalm een belangrijke economische rol in een aantal gebieden zoals Schotland. Bevestigt de Commissie de informatie inzake de verontreinigde vis en is zij voornemens directe maatregelen te nemen om de risico's voor de consument uit te schakelen en het inkomen van de viskwekers te waarborgen?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(20 februari 2004)

Het geachte parlementslid verwijst naar een studie die is gepubliceerd in het tijdschrift „Science”, waarin 246 monsters van gekweekte en wilde zalm uit de hele wereld op 14 organochloorcontaminanten, met inbegrip van dioxines (som van dioxines, furanen, dioxineachtige PCB's) en gepolychloreerde bifenylen (PCB's), zijn onderzocht.

De andere stoffen dan dioxines, mirex en PCB's zijn organochloorpesticiden of metabolieten daarvan, en het gebruik daarvan is reeds lang verboden, met uitzondering van lindaan dat pas sedert juni 2002 is verboden. Hun aanwezigheid in vis is toe te schrijven aan het feit dat residuen van deze pesticiden nog in het milieu aanwezig zijn lang nadat ze zijn verboden, wat is toe te schrijven aan hun zeer persistente aard.

In Verordening (EG) nr. 2375/2001 van de Raad van 29 november 2001 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 466/2001 van de Commissie tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen(1) worden maximumgehalten aan dioxines in een reeks levensmiddelen, met inbegrip van vis, vastgesteld. De in deze studie aangetroffen gehalten bevonden zich alle onder de vastgestelde maximumgehalten. De Commissie is van mening dat de gehalten aan dioxines en PCB's die in deze studie zijn aangetroffen, in overeenstemming zijn met die welke tevoren zijn gevonden en in deze studie worden geen nieuwe voedselveiligheidproblemen aan de orde gesteld. Derhalve is geen onmiddellijke actie van de Commissie vereist maar de strategie op lange termijn voorziet in een geleidelijke vermindering van de maximumgehalten.