Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1333/03 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Het ten onrechte in rekening brengen van commissies door banken.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1333/03 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Het ten onrechte in rekening brengen van commissies door banken.

6.2.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 33/105


(2004/C 33 E/106)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1333/03

van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie

(9 april 2003)

Betreft: Het ten onrechte in rekening brengen van commissies door banken

Hoewel de euro inmiddels in omloop is gebracht en ondanks verordening (EG) nr. 2560/2001(1) van het Europees Parlement en de Raad van 19 december 2001 over grensoverschrijdende betalingen in euro, blijven de banken commissiekosten doorberekenen voor cheques uit andere Europese landen,

overwegende dat de Belgische posterijen bij cheques uit andere Europese landen nog steeds spreken van „afkomstig uit het buitenland”,

gelet op de extra lasten en het ongemak voor de burger, vooral de emigrant die het meest te maken heeft met grensoverschrijdende betalingen en cheques, luidt de vraag:

kan de Commissie ervoor zorgen dat cheques en betalingen tussen lidstaten van de eurozone voortaan „afkomstig uit de Unie” heten en dat niet langer mag worden gesproken van „afkomstig uit het buitenland”?

Kan de Commissie meedelen of het doorberekenen van commissie door de banken in overeenstemming is met de geldende Europese regels?

Wat denkt de Commissie te doen wanneer er sprake is van schending van de richtlijn?

Hoe denkt de Commissie ervoor te zorgen dat bij cheques en betalingen uit lidstaten van de Unie dezelfde kosten in rekening worden gebracht als bij binnenlands betalingsverkeer?

Antwoord van de heer Bolkestein namens de Commissie

(4 juni 2003)

Verordening (EG) nr. 2560/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 19 december 2001 betreffende grensoverschrijdende betalingen in euro voert het beginsel van gelijke kosten in tussen louter nationale betalingen en grensoverschrijdende betalingen in euro op het grondgebied van de gemeenschap. Met betrekking tot de elektronische betalingen is deze bepaling op 1 juli 2002 in werking getreden. Vanaf 1 juli 2003 is zij op overmakingen van toepassing. Het beginsel van gelijke kosten is daarentegen niet van toepassing op cheques: de wetgever was van mening dat de cheque geen toekomst heeft als grensoverschrijdend betalingsmiddel.

Tijdens het eerste semester van 2003 zullen voor grensoverschrijdende overmakingen in euro nog hogere kosten worden aangerekend dan voor nationale overmakingen. Deze situatie zal in juli wijzigen. De situatie zal daarentegen niet wijzigen voor cheques: het bankwezen voert een beleid dat erop gericht is het gebruik van cheques te ontmoedigen, door het stopzetten van de verspreiding ervan of door een verdere verhoging van de tarieven.

Einde 2002 zijn enkele gevallen van niet-naleving van de verordening ter kennis gebracht van de Commissie. Zij heeft onmiddellijk contact opgenomen met de verschillende nationale autoriteiten die bevoegd zijn voor de uitvoering van de tekst, overeenkomstig artikel 7 van de verordening, en de problemen zijn snel opgelost. De betrokken banken hebben hun fouten — bij het drukken van documenten (niet-aangepaste tarieven) of bij de toepassing op bepaalde betalingsverrichtingen — zonder problemen toegegeven.

Het spreekt voor zich dat de Commissie verder toezicht zal houden op de correcte naleving van Verordening (EG) nr. 2560/2001, in het kader van de haar door het Verdrag toegewezen wettelijke bevoegdheden.