„De bestuurder moet op het registratieblad de volgende gegevens aanbrengen:
-
naam en voornaam, bij het begin van het gebruik van het blad;
-
datum en plaats, bij het begin en aan het einde van het gebruik van het blad;
-
nummer van de kentekenplaat van het voertuig waarop hij werkt, vóór de eerste rit die op het blad wordt geregistreerd, en vervolgens, indien van voertuig wordt gewisseld, tijdens het gebruik van het blad;
-
kilometerstand:
-
vóór de eerste rit die op het blad wordt geregistreerd,
-
aan het einde van de laatste rit die op het registratieblad wordt geregistreerd,
-
indien van voertuig wordt gewisseld gedurende de werkdag (kilometerteller van het gebruikte voertuig en kilometerteller van het voertuig dat zal worden gebruikt),
-
-
eventueel het tijdstip waarop van voertuig wordt gewisseld.”