Home

Zaak C-317/09 P: Hogere voorziening ingesteld op 10 augustus 2009 door ArchiMEDES tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Vijfde kamer) van 10 juni 2009 in de gevoegde zaken T-396/05 en T-397/05, ArchiMEDES/Commissie

Zaak C-317/09 P: Hogere voorziening ingesteld op 10 augustus 2009 door ArchiMEDES tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Vijfde kamer) van 10 juni 2009 in de gevoegde zaken T-396/05 en T-397/05, ArchiMEDES/Commissie

7.11.2009

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 267/36


Hogere voorziening ingesteld op 10 augustus 2009 door ArchiMEDES tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Vijfde kamer) van 10 juni 2009 in de gevoegde zaken T-396/05 en T-397/05, ArchiMEDES/Commissie

(Zaak C-317/09 P)

2009/C 267/67

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirante: Architecture, Microclimat, Énergies Douces Europe et Sud, sarl (ArchiMEDES) (vertegenwoordiger: P.-P. Van Gehuchten, advocaat)

Andere partij in de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

ArchiMEDES verzoekt het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen om vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen van 10 juni 2009 in de gevoegde zaken T-396/05 en T-397/05 en om toewijzing van het in haar inleidende verzoekschriften gevorderde, namelijk:

nietigverklaring van de in de brief van 5 oktober 2005 vervatte beschikking van de Commissie, die op 10 oktober 2005 aan haar is betekend, om haar een verrekening van hun wederzijdse schuldvorderingen tegen te werpen;

nietigverklaring van de in de brief van 30 augustus 2005 vervatte beschikking tot terugvordering en van debetnota nr. 3240705638 van 23 augustus 2005, die op 2 september 2005 aan haar zijn betekend;

vernietiging van de beschikking van de Commissie om het contract per 30 augustus 2005 op te zeggen;

veroordeling van de Commissie tot betaling van 125 906 EUR, vermeerderd met de wettelijke vertragingsrente sinds 12 februari 2002;

subsidiair, veroordeling van de Commissie tot betaling van 103 551,90 EUR, vermeerderd met de wettelijke vertragingsrente sinds 12 februari 2002,

en verwijzing van de Commissie in alle kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

ArchiMEDES baseert haar hogere voorziening op vier middelen:

Met haar eerste middel betreffende haar verzoek tot nietigverklaring van de in de brief van de Commissie van 5 oktober 2005 vervatte beschikking tot verrekening van schuldvorderingen stelt rekwirante, dat het Gerecht artikel 230 EG en artikel 1291 van het Franse burgerlijk wetboek heeft geschonden en het bestreden arrest onjuist of helemaal niet heeft gemotiveerd. Volgens rekwirante is de beschikking tot verrekening een voor beroep vatbare handeling als bedoeld in artikel 230 EG en is de door de Commissie in casu gegeven beschikking vastgesteld in strijd met de voorwaarden van artikel 1291 van het Franse burgerlijk wetboek die gelden voor het tussen ArchiMEDES en de Commissie gesloten contract volgens hetwelk een vordering bij betwisting ervan pas zeker is wanneer er een uitspraak is waarbij de schuldenaar wordt veroordeeld tot betaling van die vordering aan de schuldeiser. Het Gerecht heeft derhalve voornoemde bepalingen geschonden met zijn beslissing dat ArchiMEDES geen belang meer had bij de nietigverklaring van de beschikking van 5 oktober 2005 omdat die beschikking een onregelmatige eenzijdige handeling zou zijn.

Met haar tweede middel stelt ArchiMEDES schending van artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, van artikel 64 van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, van het algemene beginsel van litis denuntiatio, van de rechten van verdediging en van het recht op een eerlijk proces voor zover het Gerecht, zonder opgaaf van redenen, heeft geweigerd haar verzoek toe te wijzen dat de andere partijen bij het contract werden opgeroepen om te verschijnen, en dat de uitspraak voor alle partijen bij het contract geldt. Daardoor zou de facto de procedurele gelijkheid worden doorbroken tussen partijen bij een contract dat de Commissie bindt aan verschillende partners omdat de Commissie in voorkomend geval haar beroep zou kunnen richten tegen al haar wederpartijen terwijl die mogelijkheid niet zou bestaan in het geval dat een van de contractpartijen beroep instelt.

Met haar derde middel, dat twee onderdelen bevat, stelt ArchiMEDES dat het Gerecht de artikelen 1134 en 1165 van het Franse burgerlijk wetboek, het beginsel van het gezag van de handelingen, de artikelen 1.1 en 10 van contract BU/209/95, de artikelen 2.1, 2.2, 21.1 en 21.4 van bijlage II bij dat contract heeft geschonden en het bestreden arrest niet of onjuist heeft gemotiveerd. Zij voert aan dat het Gerecht voornoemde bepalingen heeft geschonden enerzijds door de rechten en plichten van de verschillende contractpartijen van elkaar te scheiden terwijl op hen gezamenlijk en hoofdelijk de verplichting tot uitvoering van contract BU/209/95 rust, en anderzijds door haar als een derde bij het contract aan te merken omdat zij een onderaannemer is, terwijl zij wel degelijk een contractpartij is.

Met haar vierde middel stelt ArchiMEDES dat het Gerecht de artikelen 1134 en 1184 van het Franse burgerlijk wetboek, het beginsel van het gezag van de handelingen en artikel 5 van bijlage II bij contract BU/209/95 heeft geschonden en dat het bestreden arrest een motiveringsgebrek en een tegenstrijdigheid bevat, voor zover het Gerecht de Commissie het recht heeft toegekend om voornoemd contract per 30 augustus 2005 eenzijdig op te zeggen, hoewel het heeft vastgesteld dat de Commissie het eindverslag meer dan drie jaar eerder stilzwijgend had goedgekeurd.