Home

Zaak C-244/08: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 16 juli 2009 - Commissie van de Europese Gemeenschappen/Italiaanse Republiek (Niet-nakoming - Zesde btw-richtlijn - Artikel 17 - Achtste richtlijn (79/1072/EEG) - Artikel 1 - Dertiende richtlijn (86/560/EEG) - Artikel 1 - Btw-aftrek of -teruggaaf - In andere lidstaat of in derde land gevestigde belastingplichtige die echter vaste inrichting heeft in betrokken lidstaat)

Zaak C-244/08: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 16 juli 2009 - Commissie van de Europese Gemeenschappen/Italiaanse Republiek (Niet-nakoming - Zesde btw-richtlijn - Artikel 17 - Achtste richtlijn (79/1072/EEG) - Artikel 1 - Dertiende richtlijn (86/560/EEG) - Artikel 1 - Btw-aftrek of -teruggaaf - In andere lidstaat of in derde land gevestigde belastingplichtige die echter vaste inrichting heeft in betrokken lidstaat)

Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 16 juli 2009 - Commissie van de Europese Gemeenschappen/Italiaanse Republiek

(Zaak C-244/08) [1]

Partijen

Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: A. Aresu en M. Afonso, gemachtigden)

Verwerende partij: Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: I. Bruni, G. De Bellis en G. Palmieri, gemachtigden)

Voorwerp

Niet-nakoming - Schending van artikel 1 van de Achtste richtlijn (79/1072/EEG) van de Raad van 6 december 1979 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet in het binnenland gevestigde belastingplichtigen (PB L 331, blz. 11) en van artikel 1 van de Dertiende richtlijn (86/560/EEG) van de Raad van 17 november 1986 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet op het grondgebied van de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen (PB L 326, blz. 40) - Teruggaaf van btw aan een belastingplichtige die in een andere lidstaat of in een derde land is gevestigd, doch in Italië een vaste inrichting heeft

Dictum

1) De Italiaanse Republiek is, op het gebied van de teruggaaf van belasting over de toegevoegde waarde aan een belastingplichtige die in een andere lidstaat of in een derde land woonachtig is, doch een vaste inrichting heeft in de betrokken lidstaat, de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 1 van de Achtste richtlijn (79/1072/EEG) van de Raad van 6 december 1979 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet in het binnenland gevestigde belastingplichtigen, en artikel 1 van de Dertiende richtlijn (86/560/EEG) van de Raad van 17 november 1986 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet op het grondgebied van de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen, door een belastingplichtige die in een andere lidstaat of in een derde land is gevestigd, doch in Italië een vaste inrichting heeft en in de betrokken periode goederen heeft geleverd of diensten heeft verricht in Italië, te verplichten voor de teruggaaf van als voorbelasting betaalde belasting over de toegevoegde waarde gebruik te maken van de procedures waarin deze richtlijnen voorzien, in plaats van deze belasting waarde gewoon te kunnen aftrekken, wanneer de verkrijging uit hoofde waarvan om teruggave van deze belasting wordt verzocht, niet via de vaste inrichting in Italië, maar rechtstreeks door de hoofdvestiging van deze belastingplichtige is afgewikkeld.

2) De Italiaanse Republiek wordt verwezen in de kosten.

[1] PB C 209 van 15.8.2008

--------------------------------------------------