Home

Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 29 oktober 2009.

Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 29 oktober 2009.

Harmonisatie van wetgevingen - Maatregelen ter verwezenlijking en inzake werking van interne elektriciteitsmarkt - Richtlijn 2003/54 (Richtlijn 2003/54 van het Europees Parlement en van de Raad, art. 23, lid 5) (cf. punt 23)

2. Harmonisatie van wetgevingen - Maatregelen ter verwezenlijking en inzake werking van interne elektriciteitsmarkt - Richtlijn 2003/54 (Richtlijn 2003/54 van het Europees Parlement en van de Raad, art. 23, lid 2, sub a) (cf. punt 31)

Voorwerp

Niet-nakoming - Verzuim om alle bepalingen vast te stellen die noodzakelijk zijn om te voldoen aan artikel 23, leden 2 en 5, van richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van richtlijn 96/92/EG (PB L 176, blz. 37) - Bevoegdheden van de regelgevende instantie in de elektriciteitssector

Dictum

1) Het Koninkrijk België is de verplichtingen niet nagekomen die op hem rusten krachtens richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van richtlijn 96/92/EG,

- door niet overeenkomstig artikel 23, lid 5, van richtlijn 2003/54 te bepalen dat gevallen van weigering van toegang tot het elektriciteitsdistributie- of transportnet kunnen worden voorgelegd aan de regelgevende instantie, die vervolgens binnen twee maanden bij wege van bindende beslissing uitspraak moet doen, en

- door in strijd met artikel 23, lid 2, sub a, van richtlijn 2003/54 aan een andere instantie dan de regelgevende instantie de bevoegdheid te verlenen om met betrekking tot bepaalde elektriciteitstransportinstallaties doorslaggevende elementen voor de berekening van de tarieven te bepalen.

2) Het Koninkrijk België wordt verwezen in de kosten.