Home

Advies van het Comité van de Regio's over Een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade

Advies van het Comité van de Regio's over Een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade

24.8.2007

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 197/48


Advies van het Comité van de Regio's over „Een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade”

(2007/C 197/08)

Het is verheugend dat de Commissie niet voor ogen heeft om de nationale maatregelen, die in de meeste lidstaten zijn ingevoerd, door communautaire te laten vervangen of om geharmoniseerde regelgeving voor de preventie van aan alcohol gerelateerde schade uit te werken; het Comité onderschrijft het standpunt van de Commissie dat de in de meeste lidstaten ingevoerde nationale maatregelen overeenkomstig art. 152 van het EG-Verdrag en het subsidiariteitsbeginsel onder de nationale bevoegdheid vallen.

Opgemerkt zij dat de door de Commissie gewenste vergelijking van al door de lidstaten ingevoerde maatregelen en de vaststelling van deugdelijke procedures, en met name ook het bepalen van gebieden waar volgens de Commissie nog vooruitgang kan worden geboekt, slechts mag plaatsvinden binnen de grenzen van de doelstellingen en bevoegdheden die de Commissie in de Verdragen zijn toegekend.

Het Comité onderschrijft het oordeel van de Commissie dat art. 152 van het EG-Verdrag op het gebied van gezondheidsbeleid gewag maakt van een duidelijke taakverdeling tussen de Europese Unie en de lidstaten, met dien verstande dat het optreden van de Unie inhoudelijk beperkt moet blijven tot aanvulling op het beleid van de lidstaten.

De idee van de Commissie dat er ter preventie en beperking van hoge en extreme alcoholconsumptie een gemeenschappelijke definitie van het begrip „alcoholexces” nodig is, wijst het Comité van de hand.

Het is zeer de vraag of het door de Commissie voorgestelde onderzoek naar de verschillen in alcoholconsumptie per land, leeftijd en geslacht wel enig nut heeft. Hetzelfde geldt voor het voorgestelde systeem van flexibele, maar gestandaardiseerde definities voor gegevens over alcohol en van de herhaalde uitvoering van vergelijkbare enquêtes over alcoholconsumptie, waarvan de winst aan kennis — gezien de ook door de Commissie erkende uiteenlopende culturele gewoonten ten aanzien van alcoholconsumptie in de lidstaten — wel eens heel beperkt zou kunnen zijn.

I. Beleidsaanbevelingen

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's „Een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade”

COM(2006) 625 final

STANDPUNTEN VAN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

De Mededeling van de Commissie

1.

De gezondheidsrisico's van schadelijke en riskante alcoholconsumptie staan in samenleving en politiek al geruime tijd ter discussie. Tegen deze achtergrond is het te begrijpen dat de Commissie zich over dit onderwerp uitspreekt en zich met name richt op preventie en beperking van hoge en extreme alcoholconsumptie, alsook op de alcoholconsumptie door minderjarigen, verkeersongevallen ten gevolge van alcohol en het foetale alcoholsyndroom.

2.

Gezien de verschillende culturele gewoonten met betrekking tot alcoholconsumptie in de lidstaten is het volgens het Comité belangrijk dat de Mededeling niet over de alcoholconsumptie als zodanig gaat, maar over het misbruik en de schadelijke gevolgen ervan.

3.

Het is verheugend dat de Commissie niet voor ogen heeft om de nationale maatregelen, die in de meeste lidstaten zijn ingevoerd, door communautaire te laten vervangen of om geharmoniseerde regelgeving voor de preventie van aan alcohol gerelateerde schade uit te werken; het Comité onderschrijft het standpunt van de Commissie dat de in de meeste lidstaten ingevoerde nationale maatregelen overeenkomstig art. 152 van het EG-Verdrag en het subsidiariteitsbeginsel onder de nationale bevoegdheid vallen.

4.

In dit verband zij opgemerkt dat de door de Commissie gewenste vergelijking van al door de lidstaten ingevoerde maatregelen en de vaststelling van deugdelijke procedures, en met name ook het bepalen van gebieden waar volgens de Commissie nog vooruitgang kan worden geboekt, slechts mag plaatsvinden binnen de grenzen van de doelstellingen en bevoegdheden die de Commissie in de Verdragen zijn toegekend.

5.

Het is een goede zaak dat de Commissie bij de uitwerking van maatregelen ter ondersteuning en aanvulling van het beleid in de lidstaten, uitdrukkelijk rekening houdt met de bestaande grote verschillen in consumptieve gewoonten en culturen in de EU.

Taakomschrijving voor het optreden van de Unie

6.

Het Comité onderschrijft het oordeel van de Commissie dat art. 152 van het EG-Verdrag op het gebied van gezondheidsbeleid gewag maakt van een duidelijke taakverdeling tussen de Europese Unie en de lidstaten, met dien verstande dat het optreden van de Unie inhoudelijk beperkt moet blijven tot aanvulling op het beleid van de lidstaten.

7.

Het Comité is het eens met de Commissie dat vele lidstaten nu al over breed opgezette strategieën voor de bestrijding van voor de gezondheid nadelige gevolgen van schadelijke en riskante alcoholconsumptie beschikken en dat er in de meeste lidstaten nu al maatregelen worden genomen om aan alcohol gerelateerde schade te beperken.

8.

Het Comité neemt kennis van de strategie van de Commissie om de lidstaten bij hun inspanningen ter vermindering van aan alcohol gerelateerde schade te steunen. Eventueel gelijkaardige problemen in de lidstaten vergen echter volgens het Comité niet — zoals de Commissie wèl aanvoert — per se een EU-brede oplossing niet alleen vanuit het oogpunt van subsidiariteit, maar ook tegen de achtergrond van de door de Commissie in haar mededeling ondererkende uiteenlopende culturele gewoonten met betrekking tot alcoholconsumptie.

Behoefte aan optreden

9.

Het Comité deelt het standpunt van de Commissie dat schadelijke en riskante alcoholconsumptie grote gevolgen heeft voor de volksgezondheid en daarom ook tot kosten leidt in verband met gezondheidszorg, ziektekostenverzekering, strafvervolging, openbare orde, alsook op de werkplek; de economische ontwikkeling en de samenleving in haar geheel ondervinden daarvan dus nadelen. Jongeren lopen daarbij bijzonder gevaar. In dit licht zijn strategieën die gericht zijn op de preventie en aanpak van schadelijke alcoholconsumptie zonder meer zinvol.

Terreinen die extra aandacht verdienen en deugdelijke procedures

10.

Het Comité onderschrijft het oordeel van de Commissie dat schadelijke alcoholconsumptie juist onder jongeren niet alleen negatieve gevolgen heeft voor de gezondheid en het sociale welzijn, maar ook voor het bereikte opleidingsniveau en hun deelname aan het sociale en democratische leven van de gemeenschap waartoe zij behoren; het stelt voorts vast dat in veel lidstaten alcoholexcessen onder jongeren een stijgende lijn vertonen. In dit verband is het van groot belang in de lidstaten ook economische maatregelen te overwegen waarmee de alcoholconsumptie onder minderjarigen en schadelijke consumptiepatronen onder jongeren worden tegengegaan. Hierbij moeten in de lidstaten wetgevingsmaatregelen heel zorgvuldig overdacht en voorbereid worden om ervoor te zorgen dat het repressieve karakter van een en ander het niet lastiger maakt om in contact te komen met de betrokkenen.

11.

Zoals de Commissie terecht opmerkt kan de doeltreffende uitvoering van nationale en regionale maatregelen ter bestrijding van alcoholgebruik in het verkeer het aantal dodelijke ongevallen, verwondingen en handicaps aanzienlijk terugdringen.

12.

Het Comité pleit er voor dat de Commissie, in het kader van haar in deze Mededeling aangekondigde streven naar de opbouw van een gemeenschappelijke basis van wetenschappelijk vaststaande inzichten, de gevolgen van een matige alcoholconsumptie probeert na te gaan en tot een gemeenschappelijke definitie van „schadelijk en gevaarlijk verbruik” probeert te komen.

13.

De idee van de Commissie dat er ter preventie en beperking van hoge en extreme alcoholconsumptie een gemeenschappelijke definitie van het begrip „alcoholexces” nodig is, wijst het Comité van de hand.

14.

Het Comité staat positief tegenover onderzoek naar de kosten en baten van strategische opties, omdat mede op basis hiervan het effect van de verschillende campagnes ter voorkoming van aan alcohol gerelateerde schade gemeten kan worden.

15.

Het is zeer de vraag of het door de Commissie voorgestelde onderzoek naar de verschillen in alcoholconsumptie per land, leeftijd en geslacht wel enig nut heeft. Hetzelfde geldt voor het voorgestelde systeem van flexibele, maar gestandaardiseerde definities voor gegevens over alcohol en van de herhaalde uitvoering van vergelijkbare enquêtes over alcoholconsumptie, waarvan de winst aan kennis — gezien de ook door de Commissie erkende uiteenlopende culturele gewoonten ten aanzien van alcoholconsumptie in de lidstaten — wel eens heel beperkt zou kunnen zijn.

16.

Afgezien daarvan wijst het Comité erop dat de uitvoering van de EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade geen kosten met zich mee mag brengen voor de regionale en lokale overheden.

Actiegebieden

17.

In het licht van de door de Commissie uitdrukkelijk erkende volledige bevoegdheid van de lidstaten in dezen, is het Comité ingenomen met het initiatief van de Commissie om op drie verschillende actiegebieden maatregelen uit te werken en te stimuleren tegen voor de gezondheid nadelige gevolgen van schadelijke en riskante alcoholconsumptie.

18.

Het Comité juicht het in principe toe dat, met name in samenwerking met de lidstaten, steun wordt gegeven aan strategieën ter beperking van alcoholconsumptie van jongeren beneden de wettelijke leeftijd; het pleit ervoor dat het door de Commissie nagestreefde forum voor alcohol en gezondheid onlosmakelijk deel uitmaakt van het EU-platform voor voeding, lichamelijke beweging en gezondheid, omdat er zo voor kan worden gezorgd dat al die activiteiten met elkaar samenhangen, dat de bureaucratie wordt teruggedrongen en dat het aantal instanties wordt verminderd, iets waarop door de Commissie steeds wordt aangedrongen. De inspanningen op EU-niveau op het gebied van alcohol en gezondheid dienen gericht te zijn op het delen van kennis en het uitwisselen van best practices uitgaande van de al op nationaal, regionaal en lokaal niveau getroffen maatregelen.

19.

Het Comité stemt in met de suggestie van de Commissie om binnen het 7e kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling na te gaan hoe onderzoek op Europees niveau kan bijdragen aan een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade.

20.

Het valt zeker toe te juichen dat de Commissie in haar mededeling ingaat op en rekening houdt met de al bestaande maatregelen en benaderingen van de lidstaten om alcoholmisbruik tegen te gaan; het Comité onderschrijft in dit verband het oordeel van de Commissie dat de specifieke nationale volksgezondheidsmaatregelen ter beperking van aan alcohol gerelateerde schade op de culturele omstandigheden van ieder land zijn afgestemd.

21.

Het Comité schaart zich volledig achter het standpunt van de Commissie dat nationale strategieën doeltreffender kunnen worden als ze door lokale en gemeentelijke acties ondersteund worden; het is daarom altijd een goede zaak als de EU regionale en lokale bestuurders betrekt bij haar werkzaamheden conform art. 152 van het EG-Verdrag.

22.

Het Comité is het met de Commissie eens dat gemeenten kunnen bijdragen aan preventie- en stimuleringsstrategieën ter bescherming van de burger tegen aan alcohol gerelateerde schade, maar benadrukt dat zulks al op vele plaatsen gebeurt en neemt derhalve kennis van de strategie van de Commissie ter ondersteuning van de lokale en regionale overheden.

23.

Wat de coördinatie van maatregelen in EU-verband betreft verwijst het Comité naar art. 152 van het EG-Verdrag, waar voor de volksgezondheid ontegenzeggelijk een duidelijke taakverdeling tussen de Europese Unie en de lidstaten is vastgelegd: de actieradius van de Unie is inhoudelijk beperkt tot aanvulling op het beleid van de lidstaten. Het streven van de Commissie naar verbetering van de coherentie van besluitvorming mag er niet toe leiden dat deze ondubbelzinnige verdeling van bevoegdheden terzijde wordt geschoven. De invoering van uniforme waarschuwingen op etiketten, die de Commissie in haar Mededeling niet uitsluit, wijst het Comité daarom af; het ondersteunt evenwel uitdrukkelijk initiatieven voor zelfregulering in de reclamesector.

De conclusies

24.

Het Comité is het met de Commissie eens dat de belangrijkste bijdrage van de Commissie aan de bestrijding van alcoholmisbruik dient te bestaan in het ondersteunen van nationaal beleid en strategieën op dit terrein. Een dergelijke ondersteunende rol is in overeenstemming met art. 152 van het EG-Verdrag; het Comité is er ten zeerste mee ingenomen dat de Commissie, op grond van de duidelijke verdeling van bevoegdheden tussen de EU en de lidstaten, niet van zins is op dit gebied nieuwe wetsvoorstellen in te dienen.

25.

Het Comité juicht het verder toe dat de Commissie bij de uitvoering van de strategie het subsidiariteitsbeginsel en het streven naar „betere regelgeving” uitdrukkelijk op de voorgrond plaatst.

Brussel, 6 juni 2007.

De voorzitter

van het Comité van de Regio's

M. DELEBARRE

II. Procedure

Titel

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's „Een EU-strategie ter ondersteuning van de lidstaten bij het beperken van aan alcohol gerelateerde schade”

Referentiedocument

COM(2006) 625 final

Rechtsgrondslag

Artikel 265, lid 1, EG-Verdrag

Reglement van orde

Raadpleging door de Commissie

24.10.2006

Besluit van het bureau

25.4.2006

Bevoegde Commissie

Duurzame ontwikkeling (DEVE)

Rapporteur

Volker Hoff, minister voor federale en Europese aangelegenheden van de deelstaat Hessen (DE/EVP)

Analysedocument

22.12.2006

Behandeling door de Commissie

6.3.2007

Datum van goedkeuring door de Commissie

6.3.2007

Uitslag van de stemming

bij meerderheid

Goedkeuring door de voltallige vergadering

6.6.2007

Eerder advies van het Comité