Home

Resolutie over de door de Raad aangebrachte wijzigingen op de amendementen van het Parlement op het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95, afdeling III - Commissie (C4-0138/95)

Resolutie over de door de Raad aangebrachte wijzigingen op de amendementen van het Parlement op het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95, afdeling III - Commissie (C4-0138/95)

Resolutie over de door de Raad aangebrachte wijzigingen op de amendementen van het Parlement op het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95, afdeling III - Commissie (C4-0138/95)

Publicatieblad Nr. C 126 van 22/05/1995 blz. 0013


A4-0086/95

Resolutie over de door de Raad aangebrachte wijzigingen op de amendementen van het Parlement op het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95, afdeling III - Commissie (C4-0138/95)

Het Europees Parlement,

- gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie,

- gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 29 oktober 1993 over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure ((PB C 331 van 7.12.93, blz. 1.)),

- gezien zijn resoluties van 27 oktober 1994 ((PB C 323 van 21.11.1994, blz. 125.)) en 15 december 1994 ((PB C 18 van 23.01.1995, blz. 145.)) over het ontwerp van algemene begroting van de Europese Gemeenschappen voor het begrotingsjaar 1995,

- gezien de op 6 april 1995 in eerste lezing aangenomen amendementen op het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95 ((Bijlage bij de notulen van die datum.)),

- gezien het ontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95 zoals dat na de tweede lezing door de Raad op 10 april 1995 is opgesteld

(C4-0138/95),

- gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A4-0086/95),

A. overwegende dat de Raad diverse amendementen die het Parlement in eerste lezing had ingediend, heeft verworpen zonder daarvoor bijzondere redenen te geven,

B. overwegende dat het door de Commissie voorgestelde voorontwerp van gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95 het standpunt van het Europees Parlement over de indeling van de uitgaven onverlet laat,

C. overwegende dat de gewijzigde en aanvullende begroting nr. 1/95 kredieten die reeds in de op 15 december 1994 vastgestelde begroting zijn opgenomen, naar de operationele begrotingslijnen overhevelt met het oog op de volledige integratie van de nieuwe lid-staten van de Europese Unie en vaststellend dat het maximale percentage voor de verhoging van de niet-verplichte uitgaven ten opzichte van de op 15 december 1994 goedgekeurde vastleggings- en betalingskredieten is verlaagd,

1. onderstreept dat het zich bij zijn eerste lezing gehouden heeft aan de bepalingen van het Verdrag en van het Financieel Reglement, alsook aan de herziene en op 13 december 1994 goedgekeurde financiële vooruitzichten, en zodoende blijk gegeven heeft van het streven naar samenwerking dat van de twee takken van de begrotingsautoriteit wordt verwacht;

2. constateert dat de marges binnen de maxima voor de diverse rubrieken, na de stemming over de amendementen op de ontwerp-begroting, conform punt 19 van het Interinstitutioneel Akkoord van 29 oktober 1993 als volgt zijn vastgesteld: rubriek 1: 1047 miljoen ecu, rubriek 2: 0 ecu, rubriek 3: 5,1 miljoen ecu, rubriek 4: 22,4 miljoen ecu en rubriek 5: 22,7 miljoen ecu;

3. betreurt dat de Raad met betrekking tot onderafdeling B1 afgeweken is van de in het VOGAB uitvoerig beschreven voorstellen van de Commissie en in strijd met het Interinstitutioneel Akkoord van 29 oktober 1993 geweigerd heeft de door het Parlement gevraagde ad hoc procedure in te leiden; is van oordeel dat deze drie "wijzigingen" van de Raad van invloed zijn op de procedure van het beroep dat hij op 21 februari 1995 tegen het Europees Parlement heeft ingesteld en zodoende de werkzaamheden van het Hof van Justitie doorkruisen;

4. stemt gezien een en ander in met de handhaving in tweede lezing van de door de Raad als "wijziging" beschouwde amendementen tot wederopvoering van de kredieten van het VOGAB, stemt met betrekking tot de andere begrotingslijnen van onderafdeling B1 in met de ramingen van de Commissie en is van mening dat de goedkeuring van die bedragen in generlei opzicht een wijziging impliceert van het standpunt dat het Parlement bij de stemming in december 1994 ten aanzien van de indeling heeft ingenomen;

5. stemt in met het besluit tot herindiening in tweede lezing van alle door de Raad verworpen amendementen, met uitzondering van het amendement in eerste lezing op begrotingslijn B7-5202, waarvoor het ontwerp van de Raad acceptabel is;

6. verheugt zich erover dat de Raad alle amendementen op rubriek 5 van de financiële vooruitzichten heeft goedgekeurd;

7. verzoekt zijn Voorzitter deze begrotingsbesluiten te doen toekomen aan de Commissie en de Raad.