Home

VERORDENING (EEG) Nr. 3667/91 VAN DE RAAD van 11 december 1991 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 (1992) #

VERORDENING (EEG) Nr. 3667/91 VAN DE RAAD van 11 december 1991 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 (1992) #

VERORDENING (EEG) Nr. 3667/91 VAN DE RAAD van 11 december 1991 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 (1992) -

Publicatieblad Nr. L 349 van 18/12/1991 blz. 0001 - 0002


VERORDENING (EEG) Nr. 3667/91 VAN DE RAAD van 11 december 1991 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 (1992)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 113,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Gemeenschap in het kader van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel (GATT) de verplichting op zich heeft genomen om voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 een jaarlijks communautair tariefcontingent te openen voor een hoeveelheid van 53 000 ton, uitgedrukt in gewicht van vlees zonder been, tegen een recht van 20 %; dat dit contingent derhalve voor 1992 dient te worden geopend;

Overwegende dat met name dient te worden gewaarborgd dat alle handelaren in de Gemeenschap gebruik kunnen maken van dit contingent en dat het contingentrecht zonder onderbreking wordt toegepast op alle invoer van de betrokken produkten totdat het contingent geheel is uitgeput;

Overwegende dat de Commissie in het kader van deze regeling de beschikbare hoeveelheden enerzijds toewijst aan de traditionele importeurs en anderzijds aan handelaren met belangstelling voor de handel in rundvlees met derde landen, waarbij laatstgenoemden geleidelijk ruimere toegang krijgen tot de regeling; dat, om die ruimere toegang mogelijk te maken, het voor die handelaren gereserveerde deel moet worden verhoogd; dat, om garanties te hebben inzake een aanvaardbare omvang van de activiteit van de betrokkenen, uitsluitend rekening mag worden gehouden met voor de handel met derde landen representatieve hoeveelheden van een zekere omvang;

Overwegende dat, met het oog op een optimale gebruikmaking van de contingenthoeveelheid, een uiterste datum moet worden vastgesteld voor de indiening van de aanvragen om invoercertificaten en een regeling moet worden vastgesteld voor de overdracht naar het laatste kwartaal van 1992 van de hoeveelheden waarvoor eventueel op de bedoelde datum nog geen aanvragen zijn ingediend en voor de toewijzing van die hoeveelheden, met name aan de hand van het resterende volume, zonder dat daarbij rekening wordt gehouden met de geldende criteria voor de verdeling over de verschillende categorieën handelaren;

Overwegende dat de bepalingen ter uitvoering van deze verordening moeten worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 27 van Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1628/91 (2),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Voor het jaar 1992 wordt voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en voor de produkten van GN-code 0206 29 91 een communautair tariefcontingent geopend voor een totale hoeveelheid van 53 000 ton, uitgedrukt in gewicht van vlees zonder been.

Voor de afboeking op dit contingent komt 100 kg vlees met been overeen met 77 kg vlees zonder been.

2. In het kader van deze verordening wordt als bevroren rundvlees aangemerkt vlees dat in bevroren toestand wordt aangeboden bij de aanvaarding van de invoeraangifte.

3. In het kader van dit contingent wordt het toe te passen recht van het gemeenschappelijk douanetarief vastgesteld op 20 %.

Artikel 2

Het contingent van 53 000 ton wordt in twee delen gesplitst, te weten:

a) een eerste deel, gelijk aan 80 %, zijnde 42 400 ton, wordt verdeeld over de importeurs die kunnen aantonen in de laatste drie jaar bevroren rundvlees van GN-code 0202 en produkten van GN-code 0206 29 91 die onder deze invoerregeling vallen, te hebben ingevoerd;

b) een tweede deel, gelijk aan 20 %, zijnde 10 600 ton, wordt verdeeld onder de handelaren die kunnen aantonen dat zij in het kader van de handel met derde landen in rundvlees dat niet onder deze invoerregeling of onder de regelingen actieve of passieve veredeling valt, een activiteit uitoefenen die gedurende een nog te bepalen periode betrekking heeft op een nog nader vast te stellen minimumhoeveelheid.

Artikel 3

1. Hoeveelheden waarvoor op 31 augustus 1992 geen invoercertificaten zijn aangevraagd, worden in het vierde kwartaal van dat jaar opnieuw toegewezen, in voorkomend geval zonder dat daarbij rekening wordt gehouden met de in artikel 2 bedoelde verdeling.

2. De Lid-Staten delen de Commissie vóór 16 september 1992 de hoeveelheden mee waarvoor op 31 augustus van dat jaar geen aanvragen waren ingediend.

Artikel 4

De bepalingen ter uitvoering van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 27 van Verordening (EEG) nr. 805/68 en omvatten met name:

a) de verdeling en de toewijzing van de beschikbare hoeveelheden aan de in artikel 2 bedoelde handelaren, en

b) de voorwaarden voor afgifte en de geldigheidsduur van de invoercertificaten.

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1992. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 11 december 1991. Voor de Raad

De Voorzitter

P. BUKMAN

(1) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24. (2) PB nr. L 150 van 15. 6. 1991, blz. 16.