Home

VERORDENING (EEG) Nr. 2025/90 VAN DE COMMISSIE van 16 juli 1990 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1562/85 houdende uitvoeringsbepalingen ten aanzien van de maatregelen ter bevordering van de verwerking van bepaalde citrusvruchten en de afzet van produkten op basis van citroenen

VERORDENING (EEG) Nr. 2025/90 VAN DE COMMISSIE van 16 juli 1990 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1562/85 houdende uitvoeringsbepalingen ten aanzien van de maatregelen ter bevordering van de verwerking van bepaalde citrusvruchten en de afzet van produkten op basis van citroenen

VERORDENING (EEG) Nr. 2025/90 VAN DE COMMISSIE van 16 juli 1990 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1562/85 houdende uitvoeringsbepalingen ten aanzien van de maatregelen ter bevordering van de verwerking van bepaalde citrusvruchten en de afzet van produkten op basis van citroenen

Publicatieblad Nr. L 184 van 17/07/1990 blz. 0012 - 0012


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2025/90 VAN DE COMMISSIE

van 16 juli 1990

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1562/85 houdende uitvoeringsbepalingen ten aanzien van de maatregelen ter bevordering van de verwerking van bepaalde citrusvruchten en de afzet van produkten op basis van citroenen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2601/69 van de Raad van 18 december 1969 betreffende bijzondere maatregelen om de verwerking van mandarijnen, satsuma's, clementines en sinaasappels te stimuleren (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3848/89 (2), en met name op artikel 3, lid 1,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 1035/77 van de Raad van 17 mei 1977 houdende bijzondere maatregelen voor de verbetering van de afzet van op basis van citroenen verwerkte produkten (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1199/90 (4), en met name op artikel 1, lid 3,

Overwegende dat op grond van artikel 12 van Verordening (EEG) nr. 1562/85 van de Commissie (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2987/89 (6), de verwerker binnen 30 dagen na beëindiging van de verwerking de aanvraag om toekenning van de financiële vergoeding bij de bevoegde instantie van de Lid-Staat moet indienen; dat deze termijn in bepaalde Lid-Staten, wegens administratieve verplichtingen, niet in acht genomen kan worden; dat deze derhalve tot 60 dagen moet worden verlengd en de verordening dienovereenkomstig moet worden aangepast;

Overwegende dat het, om het stelsel van interventiedrempels voor citroenen goed te laten functioneren, nodig is de hoeveelheden citroenen te kennen die van 1 maart tot en met 28/29 februari van het daaropvolgende jaar in het kader van Verordening (EEG) nr. 1035/77 voor verwerking geleverd zijn;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor groenten en fruit,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 1562/85 wordt als volgt gewijzigd:

1. In artikel 12, leden 1 en 2, wordt »30 dagen" vervangen door »60 dagen".

2. Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:

1. de aanhef wordt gelezen:

»Elke Lid-Staat deelt de Commissie uiterlijk drie maanden na het einde van het verkoopseizoen voor elk produkt de volgende gegevens mee:";

2. aan punt 7 wordt de volgende alinea toegevoegd:

»Elke Lid-Staat deelt de Commissie jaarlijks uiterlijk op 31 maart mee hoeveel citroenen vanaf 1 maart van het voorgaande jaar tot en met 28/29 februari van het lopende jaar in het kader van Verordening (EEG) nr. 1035/77 voor verwerking zijn geleverd;".

Artikel 2

Voor het verkoopseizoen 1989/1990 worden de aanvragen voor toekenning van de financiële vergoeding uiterlijk ingediend op:

- 15 juli 1990, voor mandarijnen, satsuma's en clementines;

- 31 juli 1990, voor citroenen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 16 juli 1990.

Voor de Commissie

Ray MAC SHARRY

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 324 van 27. 12. 1969, blz. 21.

(2) PB nr. L 374 van 22. 12. 1989, blz. 6.

(3) PB nr. L 125 van 19. 5. 1977, blz. 3.

(4) PB nr. L 119 van 11. 5. 1990, blz. 61.

(5) PB nr. L 152 van 11. 6. 1985, blz. 5.

(6) PB nr. L 286 van 4. 10. 1989, blz. 10.