Home

Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Venezuela

Geldig vanaf 1 juli 1998
Geldig vanaf 1 juli 1998

Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Venezuela

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-07-1998]

Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Venezuela

Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Venezuela

Preambule

Het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Venezuela;

Geleid door de wens de onderlinge samenwerking op het gebied van het strafrecht verder te ontwikkelen en de mogelijkheid te scheppen dat onderdanen van een der Partijen die gedetineerd zijn als gevolg van het plegen van een strafbaar feit hun veroordelingen binnen hun eigen samenleving ondergaan door hen naar hun eigen land over te brengen;

Zijn als volgt overeengekomen:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van dit Verdrag wordt verstaan onder:

  1. „veroordeling": elke straf of maatregel door een rechter opgelegd en met zich medebrengende vrijheidsbeneming wegens een strafbaar feit;

  2. „vonnis": een rechterlijke beslissing of bevel waarbij een veroordeling wordt uitgesproken;

  3. „gevonniste persoon": een persoon die bij een onherroepelijk vonnis van een tribunaal of een rechter van een der Partijen is veroordeeld en is gedetineerd;

  4. „de Staat van veroordeling": de Staat waarin de veroordeling werd uitgesproken tegen de persoon die kan worden of reeds is overgebracht. Voor wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft wordt onder Staat van veroordeling verstaan, Nederland, de Nederlandse Antillen, of Aruba, al naar gelang het land waarin het vonnis is gewezen;

  5. „de Staat van tenuitvoerlegging": de Staat waarnaar de gevonniste persoon kan worden of reeds is overgebracht, teneinde zijn veroordeling te ondergaan of verder te ondergaan. Voor wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden wordt onder de Staat van tenuitvoerlegging verstaan, Nederland, de Nederlandse Antillen, of Aruba, al naar gelang het land waarin de gevonniste persoon zijn hoofdverblijf heeft, tenzij dit Verdrag anders bepaalt;

  6. „de Minister van Justitie": in het Koninkrijk der Nederlanden, de Minister van Justitie van Nederland, van de Nederlandse Antillen, of van Aruba, al naar gelang het land waarin de gevonniste persoon zijn hoofdverblijf heeft, of waar het vonnis is gewezen.

Artikel 2. Algemene beginselen

Artikel 3. Voorwaarden voor overbrenging

Artikel 4. Verplichting tot het verstrekken van inlichtingen

Artikel 5. Verzoeken en antwoorden

Artikel 6. Stukken ter ondersteuning

Artikel 7. Gevolgen van de overbrenging voor de Staat van veroordeling

Artikel 8. Gevolgen van de overbrenging voor de Staat van tenuitvoerlegging

Artikel 9. Voortgezette tenuitvoerlegging

Artikel 10. Omzetting van de veroordeling

Artikel 11. Gratie, amnestie, strafvermindering

Artikel 12. Herziening van het vonnis

Artikel 13. Beëindiging van de tenuitvoerlegging

Artikel 14. Bericht inzake tenuitvoerlegging

Artikel 15. Talen en kosten

Artikel 16. Inwerkingtreding

Artikel 17. Toepassing naar tijdstip

Artikel 18. Schorsing en opzegging