Home

Wijzigingswet Vreemdelingenwet 2000, enz. (vaststelling criteria en instrumenten ter bepaling van de verantwoordelijke lidstaat voor behandeling verzoek om internationale bescherming)

Geldig van 11 december 2013 tot 1 januari 2014
Geldig van 11 december 2013 tot 1 januari 2014

Wijzigingswet Vreemdelingenwet 2000, enz. (vaststelling criteria en instrumenten ter bepaling van de verantwoordelijke lidstaat voor behandeling verzoek om internationale bescherming)

Opschrift

[Regeling treedt in werking op 01-01-2014]

Aanhef

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is enkele wijzigingen aan te brengen in de Vreemdelingenwet 2000 ter uitvoering van de Verordening (EU) nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I [Nog niet in werking]

[Wijzigt de Vreemdelingenwet 2000.]

Artikel II [Nog niet in werking]

[Wijzigt de Algemene wet bestuursrecht.]

Artikel III [Nog niet in werking]

1.

Vreemdelingen die onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze wet houder waren van een verblijfsrecht onder artikel 8, onderdeel m van de Vreemdelingenwet 2000, worden vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geacht houder te zijn van een verblijfsrecht onder artikel 8, onderdeel f van de Vreemdelingenwet 2000.

2.

Vreemdelingen die onder de reikwijdte van de Dublinverordening vallen en onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze wet in bewaring waren gesteld op grond van artikel 59, worden vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geacht in bewaring te zijn gesteld op grond van artikel 59a, tenzij de inbewaringstelling niet kan worden voortgezet wegens strijd met artikel 28 van de Dublinverordening.

Artikel IV [Nog niet in werking]