Verordening PT vakheffing bloemkwekerijproducten 2009

a. bloemkwekerijproducten:

siergewassen, bloemzaden daaronder begrepen, in blad-, bloem- of vruchtdragende toestand in hun geheel of gedeeltelijk, met uitzondering van:

1. 1°.

   winterharde houtgewassen in hun geheel voorzover niet vervroegd of verlaat, alsmede kerstbomen zonder wortels en delen van winterharde houtgewassen welke voor vermeerdering zijn bestemd;

2. 2°.

   voor zover in groene toestand de Japanse azalea's, alsmede variëteiten en hybriden daarvan;

3. 3°.

   dahliastekken, begonia-en gloxiniaplantjes, uitsluitend bestemd voor de teelt van knollen, en

4. 4°.

   aquariumplanten en niet-levende bloemkwekerijproducten;

b. teeltmateriaal:

planten en plantendelen (m.u.v. bloemzaden) die bestemd zijn om voor de teelt van bloemkwekerijproducten of ter vermeerdering te dienen dan wel daartoe gebruikt worden;

c. het kweken van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal:

1. 1°.

   het ter verkrijging van een oogst brengen, hebben of houden in een al dan niet overdekt groeimedium van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal;

2. 2°.

   het ter bevordering van het verkrijgen van een oogst verrichten van alle wijzen van behandelen, bewerken, beschermen, bewaren en verzorgen van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal, of

3. 3°.

   het oogsten van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal;

d. kweker:

de ondernemer die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal kweekt;

e. importeur:

de ondernemer die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal invoert cq inklaart;

f. omzet:

het bruto-verkoopfactuurbedrag (eindbedrag van de factuur) waarover BTW wordt berekend;

g. invoerwaarde:

de cif-waarde van hetgeen de importeur heeft ingevoerd;

h. veiling:

een organisatie die bemiddelt bij de aan- en verkopen van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal.