Besluit zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs
Besluit zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29 april 2008, nr. WJZ/11507 (2646), directie Wetgeving en Juridische Zaken, mede namens Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
Gelet op de artikelen 38a, tweede lid, en 176i van de Wet op het primair onderwijs, 38a, tweede lid, en 162l van de Wet op de expertisecentra en 38, tweede lid, 118l, derde lid, onder b, en 118r van de Wet op het voortgezet onderwijs;
De Raad van State gehoord (advies van 5 juni 2008, nr. W05.08.0164/I);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 2 juli 2008, nr. WJZ/27997 (2646), directie Wetgeving en Juridische Zaken, mede namens Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Paragraaf 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsbepalingen
In dit besluit wordt verstaan onder:
assessment: onderdeel van het geschiktheidsonderzoek, bedoeld in artikel 172, tweede lid, onderdeel b, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 152, tweede lid, onderdeel b, van de Wet op de expertisecentra of artikel 7.27, vierde lid, onderdeel b, van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
bekwaamheidsonderzoek: bekwaamheidsonderzoek, bedoeld in artikel 175 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 155 van de Wet op de expertisecentra of artikel 7.31 van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
betrokkene: degene op wie het geschiktheidsonderzoek of het bekwaamheidsonderzoek betrekking heeft;
bevoegd gezag: bevoegd gezag, bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra of artikel 1.1 van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
geschiktheidsonderzoek: geschiktheidsonderzoek, bedoeld in artikel 172 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 152 van de Wet op de expertisecentra of artikel 7.27 van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
instellingsbestuur: instellingsbestuur dat op grond van artikel 174 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 154 van de Wet op de expertisecentra of artikel 7.29 van de Wet voortgezet onderwijs 2020 bevoegd is om een geschiktheidsverklaring af te geven dan wel een instellingsbestuur als bedoeld in artikel 170, onderdeel b, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 150, onderdeel b, van de Wet op de expertisecentra en artikel 7.26 van de Wet voortgezet onderwijs 2020 dat bevoegd is een bekwaamheidsonderzoek af te nemen.
Artikel 2. Aanwijzing onderwijs in beroepsgerichte vakken
De beroepsgerichte vakken, bedoeld in de artikelen artikelen 152, derde lid, onderdeel b, van de Wet op de expertisecentra en 7.27, derde lid, onderdeel b, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, zijn de volgende van de in artikel 2.21, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020 genoemde vakken:
bouwen, wonen en interieur;
produceren, installeren en energie;
mobiliteit en transport; en
horeca, bakkerij en recreatie.