Home

Verordening HPA vezelvlas en vezelhennep 2006

Geldig van 28 juli 2007 tot 14 februari 2009
Geldig van 28 juli 2007 tot 14 februari 2009

Verordening HPA vezelvlas en vezelhennep 2006

Opschrift


[Regeling ingetrokken per 14-02-2009]

Aanhef

Het bestuur van het Hoofdproductschap Akkerbouw;

Gelet op artikel 23 van de Landbouwwet, artikel 2 van de Regeling medebewind Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, artikel 49a van de Regeling In- en uitvoer landbouwgoederen, de artikelen 96, 97 en 98 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, artikel 16, derde lid, van het Instellingsbesluit Akkerbouwproductschappen en Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep (PbEG L 193);

Gehoord de Commissie Vlas;

Besluit:

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

a. hoofdproductschap

Hoofdproductschap Akkerbouw:

b. raadsverordening

Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep;

c. commissieverordening

Verordening (EG) nr. 245/2001 van de Commissie van 5 februari 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep;

d. EG-verordeningen

de raadsverordening, de commissieverordening en de ter uitvoering daarvan vastgestelde verordeningen van de Raad en de Commissie;

e. verwerker

de eerste verwerker van vezelvlas onderscheidenlijk vezelhennep, bedoeld in artikel 1, tweede lid, onder b) van de raadsverordening, die is erkend ingevolge artikel 3 van de commissieverordening alsmede de landbouwer, bedoeld in artikel 2, eerste lid, derde alinea, onder a) van de raadsverordening, die zich ertoe verbindt vezelvlas onderscheidenlijk vezelhennep voor eigen rekening en risico te verwerken en die is erkend ingevolge voornoemd artikel 3;

f. gelijkgestelde teler

de met een verwerker gelijkgestelde teler bedoeld in artikel 2, eerste gedachtestreepje van de commissieverordening;

g. vezels

vezels bedoeld in artikel 2, tweede gedachtestreepje, van de commissieverordening;

h. vezelvlas

vlas bedoeld in artikel 1, eerste lid van de raadsverordening;

i. vezelhennep

hennep bedoeld in artikel 1, eerste lid van de raadsverordening;

j. verzamelaanvraag

formulier, bedoeld in artikel 55 van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006;

k. steunaanvraag

aanvraag bedoeld in artikel 9 van de commissieverordening;

l. koopcontract

aankoop-verkoopcontract bedoeld in artikel 5 van de commissieverordening;

m. loonverwerkingscontract

contract voor loonverwerking bedoeld in artikel 5 van de commissieverordening;

n. verwerkingsverbintenis

verbintenis bedoeld in artikel 5 van de commissieverordening;

o. verwerkstaat

overzicht bedoeld in artikel 6, tweede lid van de commissieverordening;

p. verkoopseizoen

de periode bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de commissieverordening;

q. relatienummer

relatienummer dat de Dienst Regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan de landbouwer heeft toegekend;

r. importeur

de importeur van de uit derde landen afkomstige producten bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de raadsverordening;

s. erkende importeur

de importeur van niet voor inzaai bestemd hennepzaad, die is erkend ingevolge artikel 5, tweede lid, derde gedachtestreepje, van de raadsverordening.

en neemt overigens over de terminologie van de EG-verordeningen.

Artikel 2

1.

Met inachtneming van het bij of krachtens deze verordening en de EG-verordeningen bepaalde, stelt het hoofdproductschap jaarlijks, overeenkomstig de artikelen 2 en 4 van de raadsverordening, op aanvraag een subsidie, en in voorkomend geval een aanvullende subsidie, vast voor:

  • verwerkers: voor het tot vezels verwerken van vezelvlas en vezelhennep, afkomstig van in Nederland gelegen percelen;

  • gelijkgestelde telers: voor het in de handel brengen van de in het eerste gedachtestreepje bedoelde vezels, welke zijn verkregen van de verwerker, met wie hij een loonverwerkingscontract heeft gesloten.

2.

Met inachtneming van het bij of krachtens deze verordening en de EG-verordeningen bepaalde stelt het hoofdproductschap voor de verkoopseizoenen 2001/2002 tot en met 2007/2008 jaarlijks op aanvraag een subsidie vast voor de productie van korte vlasvezels en hennepvezels, bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel b, tweede en derde alinea, van de raadsverordening. Om voor deze subsidie in aanmerking te komen moet de verwerker onderscheidenlijk de gelijkgestelde teler in de steunaanvraag opgeven welk percentage aan onzuiverheden en scheven hij voor het betreffende verkoopseizoen in acht zal nemen. Dit percentage moet voor korte vlasvezels liggen tussen 7,5 en 15 en voor hennepvezels tussen 7,5 en 25.

3.

Het steunbedrag wordt mede vastgesteld op basis van de door de Dienst Regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan het hoofdproductschap verstrekte gegevens over beteelde oppervlakten vezelvlas en vezelhennep.

Artikel 3

1.

De erkenning als verwerker bedoeld in de artikelen 3 en 17, tweede lid, van de commissieverordening wordt bij het hoofdproductschap aangevraagd door middel van een bij het hoofdproductschap te verkrijgen formulier. De erkenning wordt door het hoofdproductschap verleend en kan worden ingetrokken overeenkomstig het bepaalde in de EG-verordeningen.

2.

De erkenning als importeur bedoeld in artikel 17bis, tweede lid, van de commissieverordening, wordt bij het hoofdproductschap aangevraagd door middel van een bij het hoofdproductschap te verkrijgen formulier. De erkenning wordt door het hoofdproductschap verleend nadat is geverifieerd dat aan alle in het derde lid gestelde voorwaarden is voldaan.

3.
  1. De erkenning als importeur wordt slechts verleend aan in Nederland gevestigde importeurs die ten genoegen van het hoofdproductschap een voldoende activiteit gedurende 12 maanden, voorafgaand aan de erkenningsaanvraag, kunnen aantonen in de handel in granen, zaden en of peulvruchten ten behoeve van diervoeders, dan wel bewijsstukken, waaronder een bedrijfsplan, kunnen overleggen waaruit blijkt dat de genoemde activiteiten op korte termijn zullen worden gestart;

  2. De erkenning wordt tevens verleend aan in Nederland gevestigde organisaties die kunnen aantonen hennepzaad te gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek en in dat kader in aanmerking willen komen voor een erkenning als importeur.

4.

De erkende importeur is verplicht:

  1. volledig en naar waarheid een voorraadboekhouding te voeren waarin worden opgenomen de aangevoerde partijen, de be- of verwerkte partijen en de afgeleverde partijen;

  2. binnen 3 maanden na de in artikel 17bis, tweede lid, tweede alinea van de commissieverordening genoemde termijn van 12 maanden, verklaringen te overleggen waaruit blijkt dat de ingevoerde partijen, waarvoor een certificaat, bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de raadsverordening, is afgegeven, voldoen aan de voorwaarden, bedoeld in voornoemd artikel 17bis, tweede lid, tweede alinea;

  3. de onder a. bedoelde voorraadboekhouding en overige bewijsstukken over te leggen aan de met controle en/of uitvoering van deze verordening belaste instanties, indien deze zulks verzoeken;

  4. alle op de voorraadboekhouding onderscheidenlijk administratie betrekking hebbende bescheiden gedurende een periode van ten minste 5 jaar in chronologische volgorde te bewaren.

5.

Overeenkomstig artikel 17bis, tweede lid, derde alinea van de commissieverordening kan het hoofdproductschap op verzoek van de erkende importeur overgaan tot verlenging van de in het vierde lid onder b genoemde termijn van 12 maanden met één of twee periodes van 6 maanden.

6.

Indien niet wordt voldaan aan een of meer voorwaarden, genoemd in het vierde lid, wordt

  1. in geval van een in Nederland gevestigde importeur, de erkenning door het hoofdproductschap ingetrokken voor een door het hoofdproductschap naar gelang van de aard van de overtreding vast te stellen periode, gedurende welke geen certificaten voor de invoer van niet voor de inzaai bestemd hennepzaad kunnen worden aangevraagd, maar reeds afgegeven certificaten wel mogen worden benut;

  2. in geval van een in een andere Lidstaat gevestigde importeur, de bevoegde autoriteit van die Lidstaat hiervan in kennis gesteld.

7.

Het certificaat, bedoel in het vierde lid, onder b, moet door de importeur worden aangevraagd bij het hoofdproductschap. Het certificaat wordt afgegeven door het hoofdproductschap overeenkomstig het bepaalde in de EG-verordeningen en is geldig tot en met een kwartaal na het kwartaal van afgifte. Het certificaat moet bij invoer aan de douane worden overgelegd ter afschrijving en moet worden teruggezonden naar het hoofdproductschap binnen twee maanden na afloop van het kwartaal, waarin de geldigheidsduur van het certificaat is verstreken. Indien de ingevoerde hoeveelheid ten hoogste 5% hoger is dan de op het certificaat genoemde hoeveelheid, wordt zij beschouwd als op grond van dat certificaat te zijn ingevoerd.

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 15