Home

Examenreglement Besluit vluchtige organische stoffen Wms 2000

Geldig van 13 april 2000 tot 28 april 2006
Geldig van 13 april 2000 tot 28 april 2006

Examenreglement Besluit vluchtige organische stoffen Wms 2000

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 13-04-2000 tot 28-04-2006]
[Regeling ingetrokken per 28-04-2006]

Aanhef

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

a. VROM:

Het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

b. Commissie van Toezicht:

commissie als bedoeld in artikel 7 van de Regeling erkenning en examinering Besluit vluchtige organische stoffen Wms;

c. erkende instelling:

Instelling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, van het Besluit vluchtige organische stoffen Wms;

d. examen:

examen dat is gericht op het verkrijgen van het milieucertificaat verf-/lakspuiten;

e. examencommissie:

examencommissie als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Regeling erkenning en examinering Besluit vluchtige organische stoffen Wms.

Artikel 2. Praktijkruimte

De ruimte waarin het praktijkgedeelte van het examen wordt afgenomen, is geschikt voor het uitvoeren van de praktijkproeven volgens de eisen van dit reglement, alsmede aan andere, voor die ruimte bij of krachtens wet gestelde eisen.

Artikel 3. Inhoud van het examen

1.

Het theoriegedeelte van het examen bestaat uit ten minste vijf vragen per deelonderwerp, die zijn gericht op kennis omtrent:

  1. voor het spuiten relevante milieuwetgeving;

  2. beperking van de uitworp van vluchtige organische stoffen;

  3. beheersing van afvalstromen, en

  4. persoonlijke bescherming van de spuiter.

2.

Het theoriegedeelte van het examen wordt schriftelijk en in de Nederlandse taal afgenomen in een theorieruimte. In bijzondere gevallen kan de examencommissie hiervan afwijken.

3.

Het praktijkgedeelte van het examen bestaat uit ten minste zes opdrachten, die zijn gericht op het milieubewust handelen bij:

  1. de aan het spuiten voorafgaande werkzaamheden;

  2. het aanmaken van de juiste hoeveelheid verf of lak op de juiste viscositeit;

  3. het controleren en het, zo nodig, corrigeren van de afstellingen van het spuitpistool;

  4. het reinigen van de gebruikte apparatuur;

  5. het verzamelen en sorteren van het ontstane afval, en

  6. branche-afhankelijke aspecten.

4.

Het praktijkgedeelte van het examen wordt afgenomen in een praktijkruimte op basis van schriftelijke opdrachten.

Artikel 4. Inschrijving voor het examen

Artikel 5. Toelating tot de examenruimte

Artikel 6. Verhindering deelname aan het examen

Artikel 7. Gedragsregels

Artikel 8. Uitslag van het examen

Artikel 9. Bezwaar

Artikel 10. Inzage in examenstukken

Artikel 11

Artikel 12. Intrekking Examenreglement Besluit vluchtige organische stoffen

Artikel 13. Inwerking

Artikel 14. Citeertitel