Home

Wet op de naburige rechten

Geldig vanaf 7 juni 2021
Geldig vanaf 7 juni 2021

Wet op de naburige rechten

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 07-06-2021]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met het voornemen toe te treden tot het in 1961 te Rome gesloten Internationaal Verdrag inzake de bescherming van uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties (Trb. 1986, 182) en de in 1971 te Genève gesloten Overeenkomst ter bescherming van producenten van fonogrammen tegen het ongeoorloofd kopiëren van hun fonogrammen (Trb. 1986, 183) wenselijk is regelen te treffen inzake de bescherming van uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties en dat het voorts in verband hiermee wenselijk is de Auteurswet 1912 te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 1. Definities

Artikel 1

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder:

  1. uitvoerende kunstenaar: de toneelspeler, zanger, musicus, danser en iedere andere persoon die een werk van letterkunde, wetenschap of kunst of een uiting van folklore opvoert, zingt, voordraagt of op enige andere wijze uitvoert, alsmede de artiest, die een variété- of circusnummer of een poppenspel uitvoert;

  2. opnemen: geluiden, beelden of een combinatie daarvan voor de eerste maal vastleggen op enig voorwerp dat geschikt is om deze te reproduceren of openbaar te maken;

  3. fonogram: iedere opname van uitsluitend geluiden van een uitvoering of andere geluiden;

  4. producent van fonogrammen: de natuurlijke of rechtspersoon die een fonogram voor de eerste maal vervaardigt of doet vervaardigen;

  5. omroeporganisatie: een instelling, die in overeenstemming met de wetgeving van het land waar de uitzending plaatsvindt, programma’s verzorgt en onder haar verantwoordelijkheid uitzendt of doet uitzenden;

  6. reproduceren: de directe of indirecte, tijdelijke of duurzame, volledige of gedeeltelijke reproductie van een opname of een reproductie daarvan, met welke middelen en in welke vorm ook; onder reproduceren wordt niet verstaan de tijdelijke reproductie die van voorbijgaande of incidentele aard is, en die een integraal en essentieel onderdeel vormt van een technisch procédé dat wordt toegepast met als enig doel de doorgifte in een netwerk tussen derden door een tussenpersoon of een rechtmatig gebruik mogelijk te maken, en die geen zelfstandige economische waarde bezit;

  7. uitzenden: het verspreiden van programma’s door middel van een omroepzender als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008 of een omroepnetwerk als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008;

  8. doorgeven via de kabel: de gelijktijdige, ongewijzigde en integrale doorgifte, door middel van een kabel- of microgolfsysteem, aan het publiek, van een oorspronkelijke uitzending, al dan niet via de ether, ook per satelliet, van in een radio of televisieprogramma opgenomen op grond van deze wet beschermd materiaal, die voor ontvangst door het publiek bestemd is, ongeacht de wijze waarop degene die de doorgifte via de kabel verzorgt de programmadragende signalen van de omroeporganisatie ten behoeve van de doorgifte verkrijgt;

  9. programma: een uitgezonden radio- of televisieprogramma, of -programma-onderdeel;

  10. verhuren: het voor een beperkte tijd en tegen een direct of indirect economisch of commercieel voordeel voor gebruik ter beschikking stellen;

  11. uitlenen: het voor een beperkte tijd en zonder direct of indirect economisch of commercieel voordeel voor gebruik ter beschikking stellen door voor het publiek toegankelijke instellingen;

  12. uitvoering: de activiteit van de uitvoerend kunstenaar als zodanig;

  13. beschikbaar stellen voor het publiek: op grond van deze wet beschermd materiaal per draad of draadloos voor leden van het publiek beschikbaar stellen op zodanige wijze dat zij daartoe op een door hen individueel gekozen plaats en tijd toegang toe hebben;

  14. technische voorzieningen: technologie, inrichtingen of onderdelen die in het kader van hun normale werking dienen voor het voorkomen of beperken van handelingen ten aanzien van het op grond van deze wet beschermd materiaal, die door de uitvoerend kunstenaar, producent van fonogrammen, producent van eerste vastleggingen van films uitgever van perspublicaties, of omroeporganisatie niet zijn toegestaan; technische voorzieningen worden geacht «doeltreffend» te zijn indien het gebruik van op grond van deze wet beschermd materiaal door de uitvoerend kunstenaar, producent van fonogrammen, producent van eerste vastleggingen van films uitgever van perspublicaties, of omroeporganisatie, of hun rechtverkrijgenden, wordt beheerst door middel van toegangscontrole of door toepassing van een beschermingsprocédé zoals encryptie, vervorming of andere transformatie van op grond van deze wet beschermd materiaal of een kopieerbeveiliging die de beoogde bescherming bereikt;

  15. informatie betreffende het beheer van rechten: alle door de uitvoerende kunstenaar, producent van fonogrammen, producent van eerste vastleggingen van films, uitgever van perspublicaties, of omroeporganisaties, en hun rechtverkrijgenden verstrekte informatie, welke is verbonden met een reproductie van op grond van deze wet beschermd materiaal of bij de openbaarmaking dan wel het in het verkeer brengen daarvan is bekend gemaakt, die dient ter identificatie van dat materiaal, of informatie betreffende de voorwaarden voor het gebruik van het op grond van deze wet beschermd materiaal alsmede de cijfers of codes waarin die informatie is vervat;

  16. doorgeven langs andere weg: de gelijktijdige, ongewijzigde en integrale doorgifte anders dan het doorgeven via de kabel, bedoeld in onderdeel h, aan het publiek, van een oorspronkelijke uitzending, per draad of via de ether, met inbegrip van satellietuitzending, met uitzondering van een online uitzending, van in een radio- of televisieprogramma opgenomen op grond van deze wet beschermd materiaal, die voor het publiek bestemd is, ongeacht de wijze waarop degene die de doorgifte verzorgt de programmadragende signalen van de omroeporganisatie ten behoeve van de doorgifte verkrijgt; de tweede volzin van artikel 12, negende lid, van de Auteurswet is van overeenkomstige toepassing;

  17. ondersteunende onlinedienst: het online aanbieden van radio- of televisieprogramma’s gelijktijdig met of voor een bepaalde periode na de uitzending ervan door een omroeporganisatie, alsmede van materiaal dat een ondersteuning vormt van die uitzending;

  18. perspublicatie: een verzameling die voornamelijk bestaat uit literaire werken van journalistieke aard maar ook andere werken of op grond van de Databankenwet of deze wet beschermde prestaties kan omvatten, en die

    1. 1°.

      een afzonderlijk element onder één titel vormt in een periodiek uitgegeven of regelmatig bijgewerkte publicatie, zoals een krant of een tijdschrift met een algemene of specifieke inhoud;

    2. 2°.

      als doel heeft het algemene publiek informatie te verstrekken over nieuws of andere onderwerpen; en

    3. 3°.

      via een medium wordt gepubliceerd op initiatief van en onder redactionele verantwoordelijkheid en controle van een dienstverlener;

    periodieke publicaties die voor wetenschappelijke of academische doeleinden worden uitgegeven, zoals wetenschappelijke bladen, worden voor de toepassing van deze wet niet beschouwd als perspublicaties;

  19. aanbieder van een onlinedienst voor het delen van inhoud: een aanbieder van een dienst van de informatiemaatschappij die als belangrijkste of een van de belangrijkste doelstellingen heeft een grote hoeveelheid door de gebruikers van de dienst aangeboden opnames van uitvoeringen, fonogrammen, eerste vastleggingen van films, opnames van programma’s, of reproducties daarvan, op te slaan en toegankelijk te maken voor het publiek, waarbij hij die op grond van deze wet beschermde prestaties ordent en promoot met een winstoogmerk; aanbieders van diensten als online-encyclopedieën zonder winstoogmerk, onderwijs- of wetenschappelijke gegevensbanken zonder winstoogmerk, platforms voor het ontwikkelen en delen van opensourcesoftware, aanbieders van elektronische communicatiediensten, onlinemarktplaatsen en business-to-business clouddiensten en clouddiensten waarmee gebruikers informatie kunnen uploaden voor eigen gebruik, zijn geen aanbieders van een onlinedienst voor het delen van inhoud;

  20. onderzoeksorganisatie: een universiteit, inclusief de bibliotheken ervan, een onderzoeksinstelling of een andere entiteit die hoofdzakelijk tot doel heeft wetenschappelijk onderzoek te verrichten of onderwijsactiviteiten te verrichten die ook de verrichting van wetenschappelijk onderzoek omvatten:

    1. 1°.

      zonder winstoogmerk of door herinvestering van alle winst in haar wetenschappelijk onderzoek, of

    2. 2°.

      op grond van een door een staat die partij is bij de Europese Unie of Europese Economische Ruimte, erkende taak van algemeen belang;

    op zodanige wijze dat de toegang tot de door zulk wetenschappelijk onderzoek voortgebrachte resultaten niet op preferentiële basis kan worden aangewend door een onderneming die een beslissende invloed heeft op dit soort organisatie;

  21. tekst- en datamining: een geautomatiseerde analysetechniek die gericht is op de ontleding van tekst en gegevens in digitale vorm om informatie te genereren zoals, maar niet uitsluitend, patronen, trends en onderlinge verbanden;

  22. instelling voor cultureel erfgoed: een voor het publiek toegankelijke bibliotheek of een voor het publiek toegankelijk museum, een archief of een instelling voor cinematografisch of audio(visueel) erfgoed.

Artikel 1a

Behoudens bewijs van het tegendeel wordt voor de houder van een naburig recht gehouden degene die op of in het op grond van deze wet beschermde materiaal als zodanig is aangeduid, of bij gebreke van een dergelijke aanduiding, degene die bij de openbaarmaking of het in het verkeer brengen van dit materiaal als uitvoerende kunstenaar, producent van fonogrammen, producent van eerste vastleggingen van films, uitgever van een perspublicatie of omroeporganisatie, daarvan is bekend gemaakt door degene die het materiaal openbaar maakt of in het verkeer brengt.

Hoofdstuk 2. Inhoud van de naburige rechten

Artikel 2

Artikel 2a

Artikel 2b

Artikel 3

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 7a

Artikel 7b

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 9a

Artikel 9b

Artikel 9c

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Hoofdstuk 3. De uitoefening en de handhaving van de naburige rechten

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 14a

Artikel 14b

Artikel 14c [Vervallen per 07-06-2021]

Artikel 14d [Vervallen per 07-06-2021]

Artikel 15

Artikel 15a

Artikel 15b

Artikel 15c

Artikel 15d

Artikel 15e

Artikel 15f

Artikel 15g

Artikel 16

Artikel 17

Artikel 18

Artikel 18a

Artikel 19

Artikel 19a

Artikel 19b

Artikel 19c

Artikel 20

Hoofdstuk 4. Bepalingen van strafrecht

Artikel 21

Artikel 22

Artikel 23

Artikel 24

Artikel 25

Artikel 26

Artikel 27

Artikel 27a

Artikel 28

Artikel 29

Artikel 30

Artikel 31 [Vervallen per 26-03-2008]

Hoofdstuk 5. Toepassingscriteria

Artikel 32

Artikel 32a

Artikel 32b

Artikel 33

Artikel 33a

Artikel 34

Hoofdstuk 6. Overgangsbepaling

Artikel 35

Hoofdstuk 7. Slotbepalingen

Artikel 36

Artikel 37