Home

Ontgrondingenwet

Geldig van 1 juli 2016 tot 1 januari 2024
Geldig van 1 juli 2016 tot 1 januari 2024

Ontgrondingenwet

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-07-2016 tot 01-01-2024]
[Regeling ingetrokken per 01-01-2024]

Aanhef

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is wettelijke regelen te stellen teneinde een doelmatige afweging van de verschillende bij ontgrondingen betrokken belangen te verzekeren;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  1. Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;

  2. planologisch medewerking verlenen: het nemen van een of meer besluiten krachtens de Wet ruimtelijke ordening door de raad onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders van een gemeente of het bestuur van een provincie waarin die gemeente is gelegen, waardoor een ontgronding kan plaatsvinden zonder strijd met het bepaalde bij of krachtens die wet;

  3. zomerbed:

    1. 1°.

      oppervlakte tussen de denkbeeldige lijnen ter weerszijden van de stroomgeul bij gewoon hoog zomerwater of gewone vloed, die de as van de rivier volgen en de worteleinden van de kribben in de rivier met elkaar verbinden;

    2. 2°.

      voor zover geen kribben in de rivier aanwezig zijn: de oppervlakte tussen de oeverlijnen van de stroomgeul bij gewoon hoog zomerwater of gewone vloed, waarbij de oeverlijnen in een denkbeeldige lijn worden doorgetrokken op plaatsen waar water in de uiterwaard in open verbinding staat met de stroomgeul;

    3. 3°.

      nevengeulen in beheer bij het Rijk;

    4. 4°.

      bij het Rijk in beheer zijnde havens die in open verbinding staan met de stroomgeul.

Artikel 2

Een ontgronding wordt geacht in de zee plaats te hebben, indien zij plaats heeft daar, waar de bodem bij gewone vloed of gewoon zomerpeil door het water van de zee wordt bedekt.

Artikel 3

Artikel 3a

Artikel 4

Artikel 4a

Artikel 4b

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 7a [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 7b [Vervallen per 01-01-2009]

Artikel 7c [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 7d [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 7e [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 7f [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 7g [Vervallen per 01-02-2008]

Hoofdstuk II. Vergunningen

Artikel 8

Artikel 9 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 10

Artikel 10a

Artikel 10b

Artikel 10c

Artikel 10d

Artikel 10e

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 14 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 15 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 16

Hoofdstuk III. Beroep

Artikel 17 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 18 [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 19 [Vervallen per 01-01-1994]

Artikel 20

Artikel 21 [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 21a [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 21b [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 21c [Vervallen per 01-01-2009]

Artikel 21d [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 21e [Vervallen per 01-01-2009]

Hoofdstuk IIIA. Heffing

Artikel 21f

Hoofdstuk IV. Gedoogplichten en handhaving

Artikel 21g

Artikel 21h

Artikel 22

Artikel 23 [Vervallen per 01-04-1994]

Artikel 24 [Vervallen per 01-09-1976]

Artikel 25 [Vervallen per 01-01-1998]

Hoofdstuk V. Schadevergoeding

Artikel 26

Artikel 27

Artikel 28

Artikel 29 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 29a

Hoofdstuk VI. [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 30 [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 31 [Vervallen per 01-02-2008]

Artikel 31a [Vervallen per 01-01-1997]

Artikel 31b [Vervallen per 01-01-1997]

Artikel 31c [Vervallen per 01-01-1997]

Artikel 32 [Vervallen per 01-02-2008]

Hoofdstuk VII. Slotbepalingen

Artikel 33

Artikel 34

Artikel 35

Artikel 36